Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De sympathie van Christus

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De sympathie van Christus

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

M. J. G. van der Velden.

„Want wij hebben geen Hogepriester, die niet kan medelijden hebhen met onze zwakheden, maar die in alle dingen gelijk als wij is verzocht geweest, doch zonder zonde." Hebr. 4 : 15.

De prediking van Christus als de Kurios neemt terecht een centrale plaats in bij het theologisch bezig-zijn van de Kerk van onze dagen en in de Dienst des Woords. Temidden van de dreiging van de machten dezer eeuw, die ons zo dikwijls benauwt, dient dit getuigenis voluit te klinken tot troost en bemoediging van de strijdende en lijdende Kerk: Hèm is gegeven alle macht in de hemel en op de aarde. Hij zit aan de rechterhand van Zijn Vader met eer en heerlijkheid gekroond en alle machten zijn Hem onderworpen.

Toch kan juist de gedachte aan de heerlijkheid en verhevenheid van Christus ons ook wel eens benauwen. De afstand wordt voor ons besef vaak zo groot. De vragen van ons leven worden dan zo klein, niet voor ons, maar voor Hem. Is Christus niet te hoog en te ver? Zou Hij wel afweten van ons getob op de weg van het geloof, van ons struikelen en vallen? Zou Hij Zich in kunnen denken waar wij zo vaak mee zitten: de verzoekingen, die op ons afkomen, groot en klein, waarvoor wij altijd maar weer bezwijken, de aanvechting en de bestrijding, het leed, waaraan wij zo zwaar kunnen torsen? Zou Christus werkelijk weten van ons ieder persoonlijk, dat de zwakheid, die inherent is aan ons mens-zijn na de val, ons zo kan benauwen?

Dergelijke gedachten kunnen ons zo bezig houden, dat zij een schaduw leggen over ons gebed en ons geloofsleven. Ze nemen de veerkracht weg uit ons werk in de dienst van de verheerlijkte Christus en ze geven ons soms het sterke gevoel van eenzaam te zijn in onze persoonlijke noden en vragen. De liefdedienst, die niet verdriet, dreigt te worden tot een moeitevol zwoegen zonder echte vreugde.

De geadresseerden van de brief aan de Hebreeën leden onder dezelfde nood. Gnostische en docetische invloeden dreigden van Christus een verheven, onbewogen grootheid te maken, die over het kleine menselijke leven met al zijn noden héénziet en zich niet inlaat met wat in de verborgenheid van het menselijk bestaan omgaat en zich beweegt. De reactie in de gemeente op deze gedachtengang is, dat de spankracht van het geloof verslapt, de strijd van het geloof wordt gemeden en het lijden om het geloof, desnoods ten koste van de belijdenis, wordt ontvlucht.

Het antwoord van de schrijver is duidelijk en afdoend. Hij bemoedigt zijn lezers en wekt hen op vol te houden in geloof en gebed, doordat hij „Christus diep in het vlees trekt". Hij vertroost door sterke nadruk te leggen op het mens-zijn van Jezus Christus. De Zoon van God is mens geweest op deze aarde en nu Hij als de Here en machthebbende zit aan de rechterhand van Zijn Vader is Hij het nog.

Dat wil zeggen, dat Hij alles afweet van ons mens-zijn. Hij wéét, dat het ons bestaan is zonde te zijn en zonde te doen. Hij wéét, hoe weerloos we zijn tegenover de verzoekingen, die op ons afkomen. Hij wéét, dat we geneigd zijn de weg van de minste weerstand te kiezen, en de pijn en het lijden te ontvluchten ten koste van alles. Hij kent onze nood en onze zwakheden. Hij weet dat het kennen van onze zwakheden in het licht van de volmaaktheid Gods ons terneerdrukt, omdat we ons in die zwakheid machteloos en eenzaam voelen.

Hij heeft medelijden met onze zwakheden. Dat betekent niet een soort van al te menselijke toegeeflijkheid in de trant van: alles weten is alles vergeven, de mensen zijn nu eenmaal zo, we moeten de wil maar voor de daad nemen. Het betekent wel, dat Hij zo volkomen kan meevoelen met ons, het zich zo volledig kan indenken, omdat Hij Zelf de weg van het lijden onder de zwakheden van het menselijk vlees tot in de uiterste consequentie is gegaan. De brief aan de Hebreeën schroomt niet deze gedachte met nadruk door te voeren. Het deel hebben van Christus aan de menselijke natuur en haar zwakheden is volledig geweest.

Als gezegd wordt, dat Hij is verzocht als wij in alles, heeft dat niet alleen maar betrekking op de gevallen, waar de evangeliën ons expliciet zeggen, dat Jezus verzocht werd, maar dan gaat het om die algemene verzoeking, die inherent is aan onze menselijke zwakheid en waaraan wij allen zijn blootgesteld door het simpele feit, dat wij mensen zijn, die leven na de val. De mens Jezus was , , vatbaar" voor elke verzoeking. Deze last heeft Christus gedragen en Hij heeft er onnoemelijk onder geleden. Hij heeft niet alleen vóór de mensen geleden, maar ook mét de mensen.

Als wij dit aspect van het lijden van Christus doordenken, kan ons dit diep troosten. Christus komt dan heel dicht bij ons staan: Hij strijdt mee. Hij lijdt mee. Wat kan ons dat goed doen als we weten, dat iemand onze

moeiten werkelijk begrijpt, het zich kan indenken, omdat hij hetzelfde ervaren heeft. Hoe moet het ons troosten, dat de verheerlijkte Zoon van God Zich zozeer kan inleven in de strijd van de zonde, in ons struikelen en vallen, in onze weerloosheid en machteloosheid, in onze verlatenheid, angst, bestrijding en verzoeking. Er is er altijd Eén, die ervan weet. Wie geen menselijke nood vreemd is: Jezus Christus, Zoon van God, die mens werd en de last van het mens-zijn in alle intensiteit gedragen heeft en daarom mede-lijden kan met onze zwakheden.

Maar de sympathie van Christus is meer dan begrijpen en doorgemaakt hebben wat het betekent, mens te zijn. Zijn mede-lijden gaat niet op in de solidariteit alleen. In dit mede-lijden was en is Christus de Hogepriester van het nieuwe verbond. Hij lijdt hogepriesterlijk mee in het tweeledig aspect van verzoening en voorbede. We hebben méér nodig dan mede-lijden in de zin van solidariteit: we hebben in onze zwakheden van ons zondige vlees een Verzoener en Paracleet nodig.

Daarin gaat het , , zonder zonde" meespreken en meetroosten. Deze zondeloosheid van Christus beperkt niet Zijn menselijkheid, ze maakt Zijn hogepriesterschap effectief. Nu wordt het zo: De Zoon van God werd mens, niets menselijks is Hem vreemd, de nood en de angst benauwden Hem, verzoeking en aanvechting belaagden Hem op zijn allerhevigst, maar het heeft Hem niet gebracht tot zondigen. De zonde heeft niet zo vat op Jezus gekregen, dat ze Hem neerwierp in de machteloosheid van eigen schuld. Zo is Hij de volmaakte mede-lijdende Hogepriester, Die voor anderen de schuld droeg en verzoende, ook de schuld van de zwakheden van het menselijk vlees.

Op grond van Zijn volkomen offer kan de verheerlijkte Hogepriester bij de Vader de voorbede doen voor hen, die dagelijks met de zwakheid van hun mens-zijn te strijden hebben, om hun te geven de kracht van het nieuwe leven, dat Hij door Zijn opstanding verworven heeft. Naar dat nieuwe leven zonder zwakheden is Hij ons voorgegaan en straks zullen volgen, die onder Zijn biddende handen hebben moed gehouden en doorgestreden.

Het is niet waar, wat wij in nood en bekommernis dreigen te denken. De Hogepriester van onze belijdenis is niet te hoog en te ver om onze nood te verstaan en onze zwakheden te begrijpen. Hij voelt mee en bidt mee als we vast komen te zitten met onze schuld en zwakheid, als we de moed verliezen, de hoop opgeven, de veerkracht kwijtraken. Hij lijdt mee. Hij verzoent. Hij bidt. Hij wil nieuwe kracht, nieuwe hoop, nieuwe moed geven.

Laat ons dan met vrijmoedigheid toegaan tot de troon der genade, opdat wij barmhartigheid mogen verkrijgen, en genade vinden om geholpen te worden ter bekwamer tijd.

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologia Reformata

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 maart 1961

Theologia Reformata | 48 Pagina's

De sympathie van Christus

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 maart 1961

Theologia Reformata | 48 Pagina's