Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

RECHTFERTIGUNG UND ZEHN GEBOTE NACH LUTHER

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

RECHTFERTIGUNG UND ZEHN GEBOTE NACH LUTHER

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

Erdmann Schott, RECHTFERTIGUNG UND ZEHN GEBOTE NACH LUTHER, Arbeiten zur Theologie, herausgegeben mit A. Jepsen und O. Michel von T. Schlatter, l.Reihe, Heft 44, 36 S., Calwer Verlag, Stuttgart.

Twee thema's worden door de auteur aan de orde gesteld. Het eerste behandelt de betekenis van de rechtvaardiging in relatie tot het predikambt. Rechtvaardiging door het geloof betekent volgens Schott hetzelfde als rechtvaardiging door het Woord Gods, als Woord van Christus. Daarbij wordt de genade opgevat als favor Dei en niet als gratia infusa, mitsdien de prediking als verkondiging en niet als consecratie.

Luthers afwijzing heeft twee kanten. De scholastieke theologie wordt erdoor getroffen. Genade is niet een supplement van de geboden, maar zij verzekert van de gemeenschap met God en daarmee bewerkt zij de vernieuwing van het gehele leven. Dit geschiedt niet door het ingieten van genade door middel van heilige handelingen, maar door het geloof van het Woord. Anderzijds betekent deze opvatting van de genade een duidelijke afgrenzing ten opzichte van de spiritualistische en doperse visie. Aan een aantal uitspraken van Müntzer maakt de auteur duidelijk wat een en ander inhoudt: geen steunen op bijzondere openbaringen en geen afzondering van de wereld.

In het tweede thema gaat het om Luthers leer van het servum arbitrium. Een korte uiteenzetting van Luthers gedachten volgens De servo arbitrio gaat vooraf aan het behandelen van de vraag, hoe de reformator in zijn kleine en grote catechismus catechetisch en pastoraal spreekt over de onmacht van de vrije wil. Een en ander zou aan duidelijkheid gewonnen hebben, wanneer Schott Luthers positie tegenover Erasmus scherper zou hebben getekend, inplaats van tegenover Luthers stelling het concilie van Trente te plaatsen. Wellicht zou dan ook de confrontatie met de beide leerboeken van Luther grondiger hebben kunnen geschieden. Nü is het uitgelopen op een weliswaar waardevolle tekening van Luthers gedachten over de Wet, het Credo en het gebed, terwijl toch niet een goed inzicht

wordt verkregen in het catechetisch en pastoraal verwerken van wat voor Luther in zijn geschrift tegen Erasmus het hart van zijn theologie was.

A.

W.van'tS.

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologia Reformata

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 maart 1973

Theologia Reformata | 112 Pagina's

RECHTFERTIGUNG UND ZEHN GEBOTE NACH LUTHER

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 maart 1973

Theologia Reformata | 112 Pagina's