DAVID, KONING VAN ISRAEL

E. de Vries, DAVID, KONING VAN ISRAEL, dl. 2, 60 blz., ƒ 11, — uitg. J. H. Kok, Kampen, z.j.

In een zevental Schriftverhalen die stuk voor stuk een ernstige prediking bevatten wordt de 'neergang van het koningschap van David' getekend.

Onze geschiedenis is de geschiedenis van de menselijke emancipatie, geschiedenis van de gevolgen van de zondeval. Dat komt uit in Davids leven. Maar er is meer: ook van David zal waar worden, dat waar de zonde groot is daar zal de genade groter zijn. Als David bij de puinhopen van Ziklag staat, dan mag hij zich sterken in Gods toezeggingen (zo in het eerste verhaal, 1 Sam. 30). Van David verwachtte men een bepaalde Messiaanse volmaaktheid. Maar 2 Sam. 12 beschrijft Davids 'zondeval'. De geschiedenis met Bathseba is het scharnier tussen opgang en neergang. 'David heeft met zijn daden de vijanden des Heren doen lasteren'. Dus niet alle mensen tekent de schr. hierbij aan: niet mensen met kennis van zichzelf en van God, mensen die voor David hebben gebeden. En straks zijn er weer de mensen die zich ergeren aan Gods vergevende genade! 'Rondom de zaak van Uria de Hethiet vormt zich een evangelie' (Noordmans).

De levende macht van de zonde is een doodgevaarlijke vampier, de doorwerking van de zonde in kinderen en kindskinderen, waarover David bidt in Ps. 25. 2 Sam. 13 tekent de nasleep in de geschiedenis van Amnon en Tamar. En daaruit vloeit weer een moord en in de familie van Bathseba voltrok zich een tragedie, de dood van Achitofel: 'Achftofels God, waaraan hij alles (op)offert is zijn gevoel van eigenwaarde'. Straks

valt Absalom en wij horen de benauwende klacht van David: ijn zoon, mijn zoon...' Het zijn niet de minsten die schreiend roepen: are ik in uw plaats gestorven; het was het derde kind, een exempel! En daarna nog de dood van Adonia. Het verhaal van de Gibeonieten is een verschrikkelijk verhaal. Alleen het gebed blijft over: e Gibeonieten bidden en Rizpa bidt en de Here hoorde. Aangrijpend is niet minder 1 Kon. 2:1. De auteur zegt hiervan: ier probeert een mens in het reine te komen met God en het leven ... David deed alles aan de zonden, voor de toekomst, voor het volk.

Niet altijd ben ik met de schr. eens. bijv. als hij schrijft over het schimmige van het hiernamaals in het O.T., maar onderstreept wordt, in het gehele werk, dat het oordeel begint bij het huis Gods.

H.

Bt.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen