Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE THEOLOGEN GINGEN VOOROP

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE THEOLOGEN GINGEN VOOROP

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

A. M. Lindeboom, DE THEOLOGEN GINGEN VOOROP, 510 blz., ƒ 49, 50, Uitg.mij. J. H. Kok, Kampen, 1987.

Titel en ondertitel - Eenvoudig verhaal van de ontmanteling van de Gereformeerde Kerken - wijzen met de vinger naar de theologen als verantwoordelijken voor de inzinking van het kerkelijke leven: zij hebben dwaalleer toegelaten en de jeugd in verwarring gebracht. Dat is nogal wat. De auteur neemt woorden van Godfried Bomans over: Onze bezieling is weg. De voorgangers dragen inderdaad een grote verantwoordelijkheid, maar zij niet alleen. Ik denk aan de prediking van Ezechiël. De schr. erkent, dat de christelijke gemeente schuld heeft. Niemand gaat vrijuit, maar de theologen gingen duidelijk voorop.

Allereerst wordt gewezen op de opkomst van het intellectualisme. Men raakte in de greep van de moderne wetenschap; de evolutieleer werd aanvaard en gepropageerd o.a. door J. Lever, H. M. Kuitert; Kuitert ontkent het historisch bestaan van Adam. Dat betekent: ls men de protologie loslaat geeft men ook de eschatologie prijs, nog afgedacht van de plaatsen, waar in het N.T. op Genesis wordt teruggewezen. De schr. wijst op onwelwillige benadering van de Schrift (bijv. Joz. 10). Men ontneemt de gemeente de overtuiging dat voor God niets te wonderlijk is en zaait wantrouwen (bijv. lona). De schr. gaat in op de bestrijding van de betrouwbaarheid van Gen. 1-11. Het gaat om geschiedenis, niet om tijdrekenkunde (zo de schr.). Er zijn plaatsen die moeilijk met elkaar in overeenstemming zijn te brengen, maar de Schrift blijft het gezaghebbend Woord van God. Onderstreept worden woorden als Ps. 105 : 5. Ook de boodschap van Christus en Zijn heil is niet ongerept door de vuurlinie van de kritiek heengekomen. Genoemd worden hier Berkhof, Hofstede de Groot. H. Bouma meent, dat de naam

Zoon van God niet meer is dan een titel, een stelling die Van Ruler ronduit ketterij noemde. Men spreekt van het verhaal van de opstanding en maakt onderscheid tussen verhaal en feit; men propageert daarmede een leeg geloof. Geen wonder dat het kerkbezoek achteruit gaat.

In h. 7 over De wet van God wordt gesproken over de wetteloosheid in de boezem van de kerken. De Bijbel wordt gezien als een tijdgebonden boek. De opvatting van velen over het recht van abortus druist in tegen de Schrift; er is geen plicht om te leven, dus is er vrijheid van suicide. De normen veranderen, voorop ten aanzien van huwelijk en gezin. Uit een preek over Z. 41 worden enige onthutsende uitspraken opgenomen.

Het genadeverbond is veelszins uit de gereformeerde prediking verdwenen. Het is omgewisseld voor het Bondgenootschap met God. De echte bijbelse vroomheid is sedert jaren in gevaar. De mens is geen partner Gods, wèl gunstgenoot (verbond is beschikking (zo de Septuaginta). Het Verbond is eenzijdig in zijn ontstaan, tweezijdig in zijn bestaan'.

Het is wel erg onthutsend als geschreven wordt, dat in de kerk het gezinsleven ondermijnd wordt. Het peil zakt, dat is de klacht als geschreven wordt over de sacramenten. Ook hier is minder besef van de heiligheid en de rijkdom van het sacrament, zowel van de Doop en van het Avondmaal. Voorbeelden worden genoemd van de moeilijkheden bij een beslissing over dopen of niet? En bij het H. Av. 'k Kan mij voorstellen, dat menig gemeentelid bezwaar maakt, dat zelfs ongedoopte kinderen aan het H. Av. deelnemen. De schr. schrijft over een Avondmaalviering in het raam van medemenselijkheid, van theologische denkbeelden, die het H. A. in een ernstige crisis brengen.

De auteur heeft menig bezwaar tegen het rapport over het Schriftgezag: Men gebruikt een wereldse sleutel bij de opening van de schatkamer Gods. Er worden klopjachten gehouden op tegenstrijdigheden. Men ging uit van een rationeel waarheidsbegrip. De wonderen van het N.T. worden tekenen genoemd en als mirakels weggeveegd. Een plurale kerk wordt geproclameerd. Er is leervrijheid. 'Het christelijk geloof is één van de vele wegen tot God.' De enigheid des geloofs ontbreekt. Het fundament is losgelaten. Ook de V.U. heeft voor de leervrijheid gekozen.

Een van de slotconclusies van de schr. is: Het is in onze tijd weer eens gebleken hoe onmogelijk het is om als het fundament is losgelaten, het verval van een kerk tegen te houden.

Het zijn slechts weinige momenten die ik uit het vele als typische stukken doorgeef. Het geheel is een ontdekkend werk. Maar de jaren en eeuwen door zal de Here Zijn Woord bevestigen. Waar twee of drie vergaderd zijn in Mijn naam, daar ben Ik In het midden van hen Mt. 18:20 (voordat ik deze tekst noemde las ik de treffende verklaring in Calvijn Evangelien-Harmonie).

H.

Bt.

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologia Reformata

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 maart 1988

Theologia Reformata | 116 Pagina's

DE THEOLOGEN GINGEN VOOROP

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 maart 1988

Theologia Reformata | 116 Pagina's