Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VIJF BRODEN EN TWEE VISSEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VIJF BRODEN EN TWEE VISSEN

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

A. Noordegraaf, VIJF BRODEN EN TWEE VISSEN, missionair gemeente zijn in een (post) moderne samenleving, 333 p., ƒ44, 50, Boekencentrum, Zoetermeer 1998.

De auteur die tot 1998 werkzaam was als docent Praktische Theologie bij de Kerkelijke Opleiding te Utrecht schreef dit boek ongeveer op het moment dat hij aan het einde was gekomen van zijn vele werk onder de theologie-studenten en in zijn onderzoeksgebied, de Praktische Theologie. De sterke betrokkenheid van de theologie op de christelijke gemeente en andersom van het geloof van

de christelijke gemeente op de wetenschappelijke bezinning kenmerken het levenswerk van de auteur. Het komt ook in dit boek heel duidelijk tot uiting.

Het is daarom een boeiend boek, datje niet vrijblijvend kunt lezen. Noordegraaf Iaat telkens heel duidelijk zien waar hij zelf staat in de driehoek van theologische bezinning, kerk en maatschappij. De onderzoeksvraag van dit boek luidt: Hoe kan de christelijke gemeente in de context van de huidige samenleving, gestalte geven aan haar roeping om het evangelie te communiceren in Woord en daad. In de inleiding zegt Noordegraaf dat hij over dit onderwerp wil nadenken vanuit gereformeerd confessioneel perspectief. Naar mijn mening is dit inderdaad een rode draad die door heel het boek zichtbaar blijft. Het boek telt 6 hoofdstukken. Na een terreinverkenning in hoofdstuk I volgt in hoofdstuk 2 een verantwoording van uitgangspunten. Kernvraag is hierbij natuurlijk: hoe denkt de auteur over communicatie. Hij distantieert zich van de visie van Habermas en stelt de communicatie van God uit naar ons en van ons naar andere mensen als uitgangspunt. In hoofdstuk 3 geeft de auteur een beschrijving van de ontwikkelingen inzake het apostolaat gedurende de laatste halve eeuw in de Hervormde Kerk, de Gereformeerde Kerken, Samen op Weg en ook in de Evangelische beweging.

Van groot belang in de missionaire bezinning is hoe je ecclesiologie er uit ziet. In hoofdstuk 4 gaat hij hierop in en bespreekt achtereenvolgen.s de Christus belijdende volkskerk, de dienende kerk voor anderen en de kerk als getuigende gemeen.schap. Er is ecclesiologisch gesproken sprake van complementariteit. Hoewel de situatie waarin de kerk in onze cultuur leeft totaal anders is dan die van een halve eeuw geleden, opteert Noordegraaf toch voor een Christus belijdende volkskerk. "Want de aandacht voor de schare, de verantwoordelijkheid voor de samenleving, de roeping om profetisch de heerschappij van Christus te betuigen is voor wie in het spoor van het bijbelse getuigenis wil gaan in gemeenschap met de gereformeerde traditie onopgeefbaar' (p.l 17). In hoofdstuk 5 gaat de auteur in op principiële uitgangspunten betreffende de koers die je in het missionair gemeente zijn vaart. De gedachte van de missio Dei, het paradigma van het Koninkrijk van God zijn richtingwijzend. Hier komen ook vragen aangaande de secularisatie, incuituratie en andere vragen aan de orde. In hoofdstuk 6 gaat Noordegraaf in op de aspecten die van belang zijn voor gemeenteopbouw in het licht van het apostolaat, namelijk eredienst, gemeen.schap, missionaire toerusting, missionaire presentie, evangeliseren, dienstbetoon, profetie, structuur, beleid. Achterin het boek is een forse literatuurlijst opgenomen. Ik vind het een evenwichtige studie waarbij duidelijk uit de verf gekomen hoe het antwoord op de onderzoeksvraag er uit ziet. Zelf zou ik meer aandacht hebben geschonken aan de gemeente als gebedsgemeenschap. Als gemeente mogen we in deze tijd van geestelijke crisis pleiten op Gods verbond als het gaat om de vernieuwing van gemeente en samenleving door de Heilige Geest. Noordegraaf heeft met het schrijven van dit boek de kerk en de kerkelijke theologie een goede dienst bewezen. Het waardevolle van de wijze waarop de auteur theologiseert is dat hij dat doet in de breedte van de kerk en de diepte van het persoonlijk geloof. Deze wijze van theologiseren heeft iets van H. Bavinck, die ook probeerde mee te denken met anderen, ook andersdenkenden, maar dan op een gegeven moment, grenzen aanwijst en zegt wat voor hemzelf onopgeefbaar is. Het apostolaat scoort in onze tijd niet hoog. Ik hoop dat dit boek over het missionair karakter van de kerk stimulerend zal werken. Mijn voorstel is dat de IZB of de Commissie Vorming en Toerusting van de Raad voor educatie een handzame leesgids van dit boek maakt, met gespreksvragen, zodat de zaak die in dit boek aan de orde komt, zal doorwerken in de gemeente van vandaag.

W.

W.V.

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologia Reformata

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1999

Theologia Reformata | 307 Pagina's

VIJF BRODEN EN TWEE VISSEN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1999

Theologia Reformata | 307 Pagina's