Van de redactie

Zoals uit het vorige nummer bleek, hebben we als redactie we een aantal wijzigingen in de opmaak van Theologia Reformata doorgevoerd. De tekst is gezet in een nieuwe letter, de Minion; de kantlijnen zijn iets breder; bij de Abstracts en de titels van boeken zijn horizontale lijnen aangebracht en de boekbesprekingen zijn − net als vroeger − in twee kolommen gedrukt. Op deze wijze willen we de leesbaarheid van het blad bevorderen. Omdat deze wijzigingen in financieel opzicht ongunstiger zijn, zullen we als redactie strenger dan voorheen de hand houden aan de lengte van de artikelen. In onze richtlijnen voor scribenten is het aantal woorden (‘maximaal 7000’) niet verminderd, maar in het verleden lieten we soms kon het gebeuren dat flinke overschrijdingen toeplaatsvonden. Dat wordt nu dus anders. De ervaring leert bovendien dat wanneer auteurs pregnanter formuleren er meer vaart in de artikelen zit. Een andere manier om het blad betaalbaar te houden is het niet meer uitbetalen van een honorarium aan auteurs van binnuiten [????] de kring der redactie. Het geld dat hiermee vrijkomt wordt weer geïnvesteerd in de kwaliteit van het blad. In de loop van 2011 zal worden bezien of de prijs van het abonnement gehandhaafd kan blijven. De laatste wijziging betreft de verschijningsdatum: we zullen trachten het blad op de eerste dag van de maand van verschijnen uit te brengen, hetgeen achter de schermen betekent dat er nieuwe deadlines zijn en nieuwe afspraken zijn gemaakt met de drukker in Woerden. De enige maand waarin het vanwege de zomervakantie mogelijk later kan worden, zal die van het septembernummer zijn.

Met ingang van het huidige nummer is het colofon van Theologia Reformata aanzienlijk uitgebreid. Op de achterzijde van de omslag zijn traditiegetrouw de namen van de leden van de redactie vermeld, alsmede de adressen van de scribenten. Nieuw is dat op de binnenzijde van het achterplat voortaan de leden van de Advisory Board worden vermeld. In goed overleg met de Gereformeerde Bond is ruim een jaar geleden nagedacht op welke wijze het mogelijk is om meer binding te houden met collega’s die in binnen- en buitenland vanuit eenzelfde inspiratie theologie bedrijven. Aldus zijn we als redactie gekomen tot de installatie van de Advisory Board. Bij het werven van buitenlandse leden gold een aantal criteria, te weten: de Nederlandse taal kunnen lezen, gepromoveerd zijn alsmede ‘boven het academische maaiveld’ uitstijgen en tenslotte het passen bij het gereformeerde profiel van Theologia Reformata. Het is niet zo dat met deze buitenlandse en andere leden de voertaal van het blad gaat veranderen, want deze is en blijft de Nederlandse. Ook is het zeker niet de bedoeling om van Theologia een puur academisch tijdschrift te maken; de meeste lezers hebben een bijzondere taak in de pastorie en hun behoeften staan vrijwel altijd centraal in de afweging of een artikel wel of niet wordt gepubliceerd. Dit was zo en zal zo blijven. Belangrijke taken van de leden van de Board zijn verstrekken van advies bij redactionele beleidszaken; het signaleren van publicaties die een recensie verdienen; het in bepaalde gevallen mede beoordelen van aangeboden artikelen en het schrijven van een artikel op verzoek van de redactie. Leden van deze Board zijn in principe niet aanwezig bij de redactievergaderingen en voor het werk is geen geldelijke vergoeding beschikbaar gesteld. Leden kunnen uit eigen beweging contact opnemen met leden van de redactie om bepaalde initiatieven te initiëren en het zal ook gebeuren dat redacteuren zelf contact opnemen met, en een verzoek richten aan leden van de Board. Over de hoeveelheid werk wordt vooraf niets vastgelegd; het staat ieder lid van de Board vrij om, bijvoorbeeld vanwege drukke werkzaamheden, bepaalde verzoeken van de redactie niet te honoreren. De installatie van de Board verliep voorspoedig, niet in [als je ‘in’ laat staan, staat er het tegendeel van wat je volgens mij wilt zeggen] het minst doordat ieder die gevraagd werd voor de Board [geldt het van een iegelijk? Zou je niet liever neutraler formuleren: niet het minst doordat we een verheugend positieve respons van hen die wij aanzochten ontvingen. We prijzen ons gelukkig dat men ons blad kennelijk de moeite waard vindt om zich er zo voor in te zetten. .] zich vereerd voelde om zich op deze wijze voor Theologia te mogen inzetten en dat zegt iets over de reputatie van het blad. Zoals bekend heeft Theologia Reformata sinds de oprichting in 1958 als één van de academische grotere [zijn we één van de grotere? Maar hoeveel zijn er helemaal nog?] theologische tijdschriften in Nederland een duidelijk profiel, namelijk het belichten van theologische vragen vanuit een gereformeerde levensovertuiging op het gebied van kerk, geloof en cultuur. Gezien de ondertitel van ons tijdschrift lijkt het goed te proberen om van tijd tot tijd met een nummer te komen, waarin − vanuit de gereformeerde insteek en gedachtegoed − een onderwerp wordt belicht, dat zowel voor theologen als niet–theologen interessant is en dat aansluit bij de ‘hedendaagse cultuur’. Ook hier geldt dat Theologia een theologisch tijdschrift is en blijft. Dat er binnen onze kerken behoefte is om algemenere thema’s te belichten blijkt onder andere uit de uitvoerige reactie op het decembernummer over schepping en evolutie in de pers en uit het aantal bijbestelde lossen nummers. Dit laatste ging het beschikbare aantal met 200 % te boven.

Tenslotte vonden binnen de redactie belangrijke mutaties plaats. Twee redacteuren namen afscheid en twee anderen zijn in hun plaats benoemd. Een scherpe lezer las al in de Reflexen van prof. dr. W. Verboom in het maartnummer de toevoeging ‘deze laatste van mijn hand’. Verboom kwam in 1988 in de redactie en werd in 2000 voorzitter, na het overlijden van dr. A. van Brummelen. Hij beëindigt zijn redacteurschap wegens het bereiken van de leeftijd van zeventig jaar. Als voorzitter stond hij boven de partijen en discussies wist hij met tact zo te leiden dat hij recht deed aan de gevoelens in de vergadering. Dat neemt niet weg dat hij visie op de toekomst van Theologia had. Wanneer het zijns inziens noodzakelijk was, wist hij deze, naar de mens gesproken, op een even persoonlijke als innemende wijze veilig te stellen. Als zijn opvolger op deze plaats is prof. dr. J. Hoek benoemd. Ook teruggetreden is de nestor van de redacteuren, dr. A. Noordegraaf. Hij was lid sinds 1984. Hij was langer dan een kwart eeuw actief in de redactie; iemand met niet alleen een enorm geheugen en belezenheid, maar die ook in staat was al deze kennis meteen bij de beraadslagingen in te zetten. Waren bij Noordegraaf als wetenschapper vroomheid en wetenschap verbonden, als pastor was het zijn liefde voor de kerk. Maar beide vanuit kennis van en eerbied voor de Schrift. In verband met het vertrek heeft het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond twee nieuwe redactieleden benoemd. Het zijn dr. G. van Ek (docent bijbelse theologie aan de PThU) en dr. T.T.J. Pleizier (praktisch theoloog en predikant te Langerak). We zijn blij te kunnen melden dat beide personen hun benoeming hebben aangenomen. De ‘wisseling van de wacht’ vindt D.V. rond 1 juli formeel plaats. We danken de vertrekkende redacteuren Noordegraaf en Verboom heel hartelijk voor de vele jaren waarin zij hun krachten gaven voor dit mooie werk. Arbeid, die niet zonder vrucht is gebleven, want zij dragen een blad over met zoveel abonnees, dat menig theologisch tijdschrift er jaloers op zou zijn. Daarnaast wensen we de nieuwe redactieleden van harte veel vreugde en vooral Gods zegen toe bij dit mooie, maar ook verantwoordelijke werk.

Prof. dr. J. Hoek, voorzitter
Dr. R.P. de Graaf, secretaris

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen