Psalm 124.
Had niet de Heere ons Zijn hulpe gezonden, —
Israel, kondige uw loflied het aan!-
had niet de Heere ons Zijn hulpe gezonden,
toen tegen ons zich de menschen verbonden,
dan had hun gramschap ons levend verdaan;
dan had het water geheel ons bedolven,
dan had een stroom ons de ziel overstort;
dan dekte, roofziek en wreed als de wolven,
ons reeds de zee met haar ziedende golven,
zooals het hulkjen aan stuk gebeukt wordt.
God zij geloofd, die ons niet in hun tanden
gaf tot een roof, door hun moordzucht geveld.
Ja, onze ziel is ontsnapt aan hun handen,
zooals de vogel ontvliedt aan de banden,
hem door den vooglaar arglistig gesteld.
't Net is verscheurd en de wonden genezen;
wij zijn ontkomen; de boeien geslaakt.
Ja, onze hulp is in d'eeuwig geprezen
Naam van Jehovah, het heilige Wezen,
dat eens den Hemel en de aard heeft gemaakt.
1912.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 augustus 1912
De Waarheidsvriend | 4 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 augustus 1912
De Waarheidsvriend | 4 Pagina's