Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit de Afdeelingen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de Afdeelingen.

5 minuten leestijd

Afd. Middelharnis en Sommelsdijk.

Woensdag 17 December trad voor onze afdeeling op Ds. V. d. Pol van Bergschenhoek. Z.Eerw. sprak naar aanleiding van Psalm 137: 1—6, handelende over het volk Israel in Babel,

Z.Ew. stond er eerst bij stil hoe de bannelinge toen ze nog woonden in hun eigen land, de erve hunner vaderen, hen door Gods eigen hand toegewezen, welke toch een land was vloeiende van melk en honing, hoe ze daar den God hunner vaderen hadden verlaten en de afgoden gediend; hoe God hun nog had doen waarschuwen door getrouwe getuigen, doch ze deze vermaningen in den wind hadden geslagen, verachtende de roepstemmen Gods die hun toch niets dan goed had gedaan en Wien ze nu kwaad voor goed vergolden. Waarom ook het rechtvaardig oordeel Gods over hen kwam en dat groote.volk eertijds de schrik der heidenen, omdat God voor hen streed, dat volk hetwelk een eenig volk genoemd was, een volk waar God zulke bemoeienissen mede gehouden had, dat volk wordt nu om zijn eigen zonden door den vijand uit zijn land gevoerd om de slaaf te zijn der heidenen. Nu zaten zij aan de rivieren van Babel; ook weenden zij als ze dachten aan Sion; maar nu te laat; ze hadden beter kunnen luisteren naar de waarschuwingen Gods toen ze nog in hun eigen land waren, dan had het zoo ver niet gekomen. Want de barmhartigheden des Heeren zijn vele, maar nu. ondervonden zij, dat de barmhartigheden der goddeloozen wreed zijn, want bij al hun ellende — kwam nog, dat de vijanden van hen begeerden, dat ze nu toch eens een van die liederen Sions zouden zingen; dat verdubbelde hunne smart, want nu dachten zij weer aan die schoone liederen die ze eens zoo schoon en plechtig met muziek begeleid ter eere van dien God Israels gezongen hadden.

Maar nu zingen? Neen, dat kunnen zij niet; zij hingen nu de harp aan de wilgen, die als het ware medetreurden. Het was nu wat anders, nu was het niet de deugden des Heeren te bezingen in hun eigen land, maar nu treuren en weenen over hun zonden in het land hunner gevangenschap; nu niet bij den tempel des Heeren maar bij de tempelen der afgoden, welke ze eens verkoren hadden boven den waren God, die hen zoo dikwijls gered had uit nood en dood.

Nu zaten zij aan de rivieren buiten het gejoel der stad met het gezicht naar Jerusalem gedachtig aan Sion en het hart vol rouw. Want het ware Israël besefte het, dat door hun schuld en zonde Jeruzalem verwoest was en die heerlijke tempel van Jehova ter aarde lag den heidenen tot een bespotting.  Zij begrepen het, dat het woord op hunne lippen paste: »wij en onze vaderen hebben gezondigd en gedaan dat kwaad was in Uw oogen. Daarom was er verwachting voor dat volk. Want als in liet hart van een volk boete : en berouw gevonden wordt, dan is ook die God, met ', wien ze te doen hebben een barmhartig en genadig God en groot van goedertierenheid. Hij hield hen dan ook staande tegen den vijand en deed hen vasthouden aan Jeruzalem. Men kan dat lezen: ze zwoeren als het ware trouw aan Jeruzalem, want ze zeiden: hoe zouden wij een lied des Heeren zingen, m een vreemd land? Indien ik u vergete, o Jeruzalem, zoo vergete mijn rechterhand zichzelf. Mijn tong kleve aan mijn gehemelte, zoo ik Jeruzalem niet verheffe boven het het hoogste mijner blijdschappen« Dus leeren wij hieruit, dat God het verbroken en verslagen hart kracht geeft om stand te houden tegen den vijand, waarom God zelf zegt: mijne kracht wordt in zwakheid volbracht.

Z.Ew. stelde toen voor oogen dat het in onze Herv. Kerk ook zoo droevig gesteld is, en dat ook daarvan onze zonde de oorzaak is. Waarom ook wij wel mogen belijden: wij en onze vaderen hebben gezondigd. Dat ook wij wel hebben te luisteren naar de roepstemmen en vermaningen Gods, willen wij niet in hetzelfde oordeel vallen als het volk van Israël. Z.Ew. wees er ook het ware Israël van onze dagen op, dat ze tegenwoordig zoo lauw zijn en dat  ze het over het algemeen zoo gemakkelijk met de wereld kunnen deelen, daar hunne gezichten toch dienden te zijn als reizende naar Jeruzalem. Ook dat  het hen beter voegde te treuren en te weenen over de verbreking Sions, dat hun gebed maar gedurig mocht zijn voor onze diep gevallen Kerk, want dan alleen is er verwachting, het is nog die zelfde God die Zich ontfermt op het gebed.

Z.Ew. maande allen aan die mannen te steunen, die het goede voor onze diep gevallen Kerk zoeken, met hun gebed, met hun persoon en ook met hun geld, wijl wij een God hebben Wiens het goud is en het vee op duizend bergen.

Z.Ew. wekte daarom ook op het Leerstoelfonds in alles te steunen, hetwelk ten doel heeft de opleiding en vorming van onze a.s. herders en leeraars in gereformeerden geest.

Waarbij wordt opgemerkt, dat de Kerk hier op aarde geen lijdelijke Kerk, maar een strijdende Kerk is.

Dat ook een iegelijk eenmaal verantwoording zal hebben af te leggen wat wij voor die Kerk, welke door onze eigene zonden zoo diep gevallen is, gedaan hebben.

Het was voor ons een leerzame, boeiende, maar ook beschamende rede, daar wij toch allen in dezen schuldig staan, want wij denken zoo spoedig genoeg té hebben gedaan.

De rede werd met groote aandacht gevolgd; de opkomst was goed; de collecte bedroeg f43.14 1/2, waar af moet wegens noodzakelijke onkosten f 2.70, blijft f40.44 1/2, alzoo f5 voor de bondskas en f 35.44 1/2 voor het Leerstoelfonds.

Ook hebben wij nog tien nieuwe leden er er zullen er nog wel méér volgen.

Namens de afdeeling Middelharnis-Sommelsdijk,

G. VAN DEN BOOGERT, Secr. te Sommelsdijk.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 december 1913

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Uit de Afdeelingen.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 december 1913

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's