Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit het kerkelijk leven.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit het kerkelijk leven.

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

DE GEHOUDEN CLASSICALE VERGADERINGEN.

Lang niet van alle Classicale Vergaderingen — 44 in getal — hebben we een verslag gelezen. Een volledig overzicht dus te geven kunnen we niet. Op geen stukken na ! Wat jammer toch, dat niet alle scriba's een kort, duidelijk verslag aan onze Christelijke dagbladen toezenden. Doen de redacties er misschien geen moeite voor ? Zou b.v. „De Nederlander", „De Standaard", „De Rotterdammer", enz., niet aan eiken scriba vóór de vergadering een verzoek om een kort verslag te mogen ontvangen kunnen en willen toezenden ? En dan liefst een verslag naar uniform model : eerst de bestuursverkiezing, dan de bespreking der Synodale voorstellen, vervolgens wat verder ter tafel is geweest.

Ons dunkt, de zaak is belangrijk genoeg om er wat moeite voor te doen en er een paar dagen een paar kolommen voor open te stellen.

Maar, zooals we zeiden, dit jaar hebben we zoo'n algemeen overzicht niet. En dus kan wat we zeggen gaan, ook niet anders dan zéér, zéér onvolledig zijn.

Wat de Bestuursverkiezingen betreft, valt er niet veel wat bepaald merkwaardig is, te vermelden. Wat rechtzinnig was, bleef dat en wat vrijzinnig was, veranderde niet.

Alleen lazen we van de Classis Edam het volgende, wat we niet nader kunnen controleeren :

„In Noord-Holland zijn 2 Classes met 'n groote rechtsche meerderheid en wel Amsterdam en Haarlem ; daarnaast 2 Classes met groote linksche meerderheid en wel Alkmaar en Hoorn ; waarbij dan de 5e Classis die van Edam, komt, welke tot nu toe een kleine linksche meerderheid had, maar nu zoowel in het Provinciaal als in het Classicaal Bestuur orthodoxe leden heeft gekozen."

Als dat bericht waar is, kan dat voor het Prov. Kerkbestuur van Noord-Holland van het grootste belang zijn, gelijk ook voor de afvaardiging naar de Synode en de samenstelling van de Commissie van voordracht ter benoeming van kerkelijke hoogleeraren. In plaats van moderne dominé's en ouderlingen kunnen op deze manier — gelijk aanvankelijk reeds het geval is nu — wel eens orthodoxe heeren aan 't woord komen. Wat ons niet onwelgevallig zou wezen. 

Overigens werd uit de Classis Haarlem bericht :

„In de plaats van den uit de Classis ver­trekkenden predikant (rechtzinnig) ds. Creutzberg, werd de vrijzinnige predikant ds. Sypkens van Krommenie tot lid van het Classicaal bestuur van Haarlem gekozen. Tot secundus-lid werden gekozen dé vrijzinnig-predikant ds. Groenman en de ouderling E. G. Duyn. Verscheidene rechtzinnigen vonden het blijkbaar billijk, dat aan de vrijzinnigen meer invloed in het Classicaal Bestuur gegeven werd."

Dat de rechtzinnigen in de Classis Haarlem, waaronder ook wel mannen als ds. Van Paassen en ds. Vunderink zullen behooren, krachtens hetgeen deze heeren predikanten publiceeren, nu zoo'n goeden kijk op de zaak hebben, kunnen we niet vinden.

Maar men moet het zelf weten en men zal zelf de gevolgen van deze en dergelijke dingen, waarvan de rechtzinnigen over het algemeen niet weten willen, moeten dragen !

Wat de gevoelens aangaande de Synodale voorstellen aangaat, men weet het ging over 10 voorstellen, waarvan no. 1 ging over de verkiezing tot leden van het Prov. Kerkbestuur, no. 2 over de verkiezing tot leden van de Synode ; no. 3 over de vergaderplaats der Classis ; no. 4 over de Synode van 45 leden ; no. 5 over het veto-recht der Prov. Kerkbesturen en de eindstemming der Synode over wijzigingen in het Alg. Regl. ; no. 6 over de binnenlandsche inrichtingen van Hooger Onderwijs ; no. 7 over de Kerkvisitatie ; no. 8 over het beheer ; no. 9 over de predikantstractementen en no. 10 over de kosten van het bestuur.

. Over no, .l.(verkiezing van leden der Prov. Kerkbesturen, waarbij de eisch van eerst lid van een Cl. Bestuur geweest te zijn vervalt) s over 't algemeen een gunstig advies gegeven ; eveneens over no. 2 „tot leden van de Synode zijn benoembaar predikanten, ouderlingen, enz." waarbij de bepaling dat men eerst in een Prov. Kerkbestuur moet hebben gezeten, vervalt.

Ook no. 3 won de vóórstemmers, daar men óók wel in een andere, dan de hoofdplaats der Classis, wil samenkomen, als die plaats gemakkelijker te bereiken is.

Bij no. 4 (de groote Synode) viel meer te praten. De vrijzinnigen op de Class. Verg. van Zutphen zeiden b.v. : „dat met de verkiezing van de Synode door de Classis geen enkele wijziging ten goede geboren werd. De Synode werd door gereformeerden en confessioneelen-systematisch verdacht gemaakt. De onevenredigheid tusschen aantal gemeenten of lidmaten en hun vertegenwoordiging zou juist nog grooter worden. Het eenige resultaat zou zijn dat de wind van ruzie en strijd sterker zou gaan waaien. Zooal niet de bedoeling, dan toch wel het resultaat zou zijn heftiger partijstrijd." Zonder verdere discussie verklaarden zich echter 50 vóór en 29 tegen het voorstel.

En zoo is het zoowat overal gegaan.

Van Rotterdam lezen we : met algemeene stemmen, op één na, aangenomen ; Den Haag : algemeen vóór ; Leiden : algemeen vóór ; Brielle : 28 vóór en 15 leden steunden het voorstel van de Vereeniging van Vrijz. Hervormden (n.l. de verkiezing der Synodeeden rechtstreeks door de lidmaten) ; Amsterdam : allen vóór — 3 leden steunden het oorstel der Vrijz. Hervormden ; Heerenveen : meerderheid vóór ; Arnhem : algeeen vóór ; Wijk bij Duurstede : algemeen vóór ; Zwolle : 31 stemmen vóór — 19 st. tegen ; (het voorstel der Vrijz. Hervormden verkreeg 8 stemmen) ; Middelburg : met algemeene stemmen op één na, aangenomen ; (25 leden spraken op voorstel van ds. De Visser den wensch uit, dat de Synode een commissie benoemen tot het uitwerken van de wijze, waarop de nieuwe Synode zal erkennen dit rapport aan de Classicale vergaderingen opnieuw aanbieden). Goes : algemeen vóór ; 's-Hertogenbosch : „voorstel 4 wordt met 14 tegen 7 stemmen van de hand gewezen ; maar met 16 tegen 5 stemen wordt aangenomen het voorstel van de vereen, van Vrijz. Hervormden over een Syode van 45 leden, mits deze leden dan door de kerkeraden — niet door de lidmaten — zullen worden gekozen." Van Breda lezen we : „voorstel 4 wordt aangenomen, doch in en amendement werd bezwaar gemaakt tegen het overwegend aantal predikanten waarin (30 pred. en 15 ouderl.), als zijnde dit in strijd met wat de Synode zelf in haar toelichting op 8 (regl. beheer), zegt, dat zij „geen predikantenregeering" wil. (Het voorstel der Vrijz. Hervormden verkreeg geen enkele stem). In Eindhoven werd voorstel IV aangenomen met algemeene stemmen op één na (de tegenstemmer volgde het advies der Vereen, van Vrijz. Hervormden). Maastricht stemde ook vóór. Franeker 42 stemmen vóór en 34 tegen (met 2 blanco). Een amendement van dr. Niemeyer om in de nieuwe Synode het aantal predikanten en ouderlingen gelijk te doen zijn, werd aangenomen met 52 st. vóór en 25 tegen ; verworpen werd een amendement van denzelfde om de Synodeleden te laten verkiezen door lidmaten of kerkeraden. Meppel heeft het voorstel van de groote Synode verworpen met 21 tegen en 11 st. vóór. Leeuwarden was ook tegen in groote meerderheid ; men wenscht rechtstreeksche verkiezingen van de leden der Prov. Kerkbesturen en der Synode en opheffing va het onderscheid tusschen predikanten en niet-predikanten (ouderlingen). Assen verwierp het voorstel met 23 st. tegen en 12 st. vóór. Een motie werd aangenomen met 31 st. vóór (3 tegen en 1 blanco), luidende : „de vergadering enz. spreekt de wenschelijkheid uit, dat de Synode wegen zoeke voor „evenredige vertegenwoordiging" in de Ned. Herv. Kerk."

Dokkum was in meerderheid vóór, maar 26i'st. vereenigden zich met het voorstel van de vrijz. Hervormden.

In de classis IJzendijke werd het aangenomen met 24 st, terwijl 15 st. tegen werden uitgebracht. Het voorstel der Vrijz. Hervormden voor de nieuwe samenstelling der Synode zal onderteekend door 20 leden der Class. Vergadering, aan de Synode gezonden worden.

In Tiel verhieven zich slechts de 7 st. der vrijzinnigen tegen het voorstel No. IV.

In Winschoten vond IV bij de groote meer derheid een ongunstig onthaal.

In Deventer bleek de helft der vergadering vóór het voorstel de Synode te doen verkiezen door de Class. Vergaderingen.

Utrecht adviseerde gunstig.

Zwolle stemde met groote meerderheid vóór ; (31 st. vóór en 19 st. tegen). Een voorstel der vrijzinnigen om de leden der Synode door de leden der Kerk te doen verkiezen werd verworpen met 42 tegen 8 st.

Dat zijn zoo de verslagen die we gelezen hebben in de dagbladen.

De volgende week hopen we nog een en ander te vermelden.

(Wordt vervolgd).

PREDIKANTSPENSIOEN EN VERZOR­ GING VAN PREDIKANTSWEDUWEN EN - WEEZEN.

Wij zijn wel eens uitgelachen vanwege onze onmogelijke kerkbeschouwing. Wat bazelen die Geref. bonders toch van de rechten en de plichten der plaatselijke gemeente?

Onzin !

Wij sloegen dezer dagen onze — we zeggen met opzet „onze" — Dordtsche Kerk orde nog eens op. En we lazen art. 13, dat als volgt luidt:

„Zoo het geschiedt, dat eenige Dienaars door ouderdom, ziekte, of anderszins onbekwaam worden tot uitoefening huns Dienstes, zoo zullen zij nochtans desniettemin de eere en den naam eens Dienaars behouden en van de Kerk die zij gediend hebben eerlijk in hunne nooddruft (gelijk ook de weduwen en weezen der Dienaren in 't gemeen), verzorgd worden."

Hier wordt dus als plicht der plaatselijke Kerk voorgeschreven om de emeriti-predikanten te verzorgen en de predikantsweduwen en - weezen niet onverzorgd te laten.

Misschien kan het dienstig zijn in dit verband iets mee te deelen van hetgeen in het midden van de Gereformeerde Kerken op de Synode van 1905 in deze is bepaald en voorgeschreven aan de Kerken.

Ie. heeft de Synode besloten aan de Kerken aan te bevelen, dat zij bij de beroeping van een Dienaar des Woords de noodige stipulatie (regeling met belofte) maken, niet alleen voor het tractement, maar óók voor het pensioen, — dat zij dit alsnog doen voor degenen, die thans bij haar in functie zijn — en dat zij te dien aanzien eene regeling vaststellen, als waarvan in het volgende een ontwerp haar wordt aangeboden enz. ; terwijl voorts mag vertrouwd worden, dat Kerken, die tot gunstiger financiëeele bepalingen in staat zijn, niet zullen staanblijven bij de minimum bedragen, waartoe 'n ontwerp, dat ook voor minvermogende Kerken bestemd is, zich wel moest bepalen.

Recht op pensioen heeft de Dienaar des Woords, die op wettelijke wijze emeritus verklaard is, tegenover de Kerk, aan welke hij laatstelijk verbonden was, wanneer de oorzaak van zijn emeritaat gelegen is, hetzij in zijn ouderdom, waardoor hier verstaan wordt de 70-jarige leeftijd, of in een diensttijd van minstens 40 jaren, of wel in voortdurende ziekte of gebreken of kwalen, die hem voor de waarneming van zijn dienst onbekwaam' maken, enz. enz.

Aan de weduwe van een Dienaar des Woords, die ten tijde van zijn overlijden zelf pensioen had of daarop eventueel recht zou gehad hebben, wordt een pensioen toegeken'd, voor zoolang zij weduwe is, ten bedrage van twee derde van het pensioen, dat haar overleden echtgenoot had of waarop hij ten tijde van zijn overlijden eventueel recht zou gehad hebben ; enz. enz.

Ten behoeve van de kinderen van een Dienaar des Woords, die als (emeritus ge­ pensioneerd is, of die als nog dienstdoende) kwam te overlijden, wordt voor ieder kind beneden de 18 jaren een jaarlijksche toelage uitgekeerd enz. enz.

Voor de Classes was daarbij het volgende door de Synode bepaald :

Aan de Classes wordt aanbevolen, dat zij voor het hulpbetoon, dat bij de uitvoering van art. 13 Kerkorde blijken zal noodig te zijn a. toezicht te houden, dat in haar ressort zoo goed mogelijk voldaan worde aan hetgeen zij zelve en de Particuliere (Prov.) en Generale Synoden te dezer zake noodig achten ; b. voor het geval, dat er in of buiten de Classe hulp te verleenen is waarvoor de opbrengst van de daarvoor bestemde collecten of bijdragen nog niet voldoende is, van te voren vast te stellen, welk percentage van het totaal bedrag der te verleenen hulp uit iedere Kerk naar billijkheid te verwachten is ; waarbij het percentage, dat is vastgesteld voor ieders aandeel in de kosten van het kerkverband, ten grondslag kan dienen ; c. Deputaten te benoemen b.v. in elke Classe één, met plaatsvervanger, aan welke wordt opgedragen : 1. in het Classicaal ressort zooveel mogelijk werkzaam te zijn, om de Kerken te doen inzien, dat deze zelve verplicht zijn, ten aanzien van hare predikanten niet alleen voor tractement maar ook voor pensioen te zorgen ; en dat zij dus geroepen zijn, niet alleen de noodige stipulatie daaromtrent te maken voor hare tegenwoordige en toekomstige predikanten, maar ook bij de voorkomende gevallen 't benoodigde bedrag, als het ook maar eenigszins zijn kan, in eigen kring te vinden, ook al wordt de gemeente daardoor tijdelijk in bizondere mate bezwaard. 2. de opbrengst der collecten en bijdragen, uit de Kerken der Classe in ontvangst te nemen en overeenkomstig de besluiten der Classe aan hare hulpbehoevende Kerken uit te keeren enz. enz. 3. wanneer eene Kerk in de Classe zich gedrongen ziet om voor de uitkeering van het door haar verschuldigde pensioen hulp te vragen, zulke aanvragen te onderzoeken enz. enz.

Men ziet uit een en ander wat dus ten opzichte van de pensioneering de gedachtengang is van de Dordtsche Kerkorde en in het midden van de Geref. Kerken.

Waarbij op de Synode van Utrecht in 1905 met betrekking tot de verplichtingen der Synode ten opzichte van deze dingen het volgende is bepaald :

De Generale Synode besluit, het hulpbetoon, dat bij de uitvoering van art. 13 Dordtsche Kerkorde vanwege de gezamenlijke Kerken noodig mocht zijn, aldus te regelen, dat zij 5 Deputaten benoemt aan welke wordt opgedragen : 1. hunne werkzaamheid daarop te richten, dat tot uitvoering van art. 13 K.O. iedere Kerk hare verplichting, om haar predikantspensioen te stipuleeren en zelve uit te keeren, niet alleen erkenne, maar ook zoo goed mogelijk nakome ; en dat, wanneer daarbij inderdaad hulp noodig is, deze verleend worden door de Classen, en eventueel door de Particuliere Synoden, zoodat hulpbetoon vanwege de gezamenlijke Kerken nooit regel worde, maar eene uitzondering zij en blijve ; 2. zich op de hoogte te houden van hetgeen in de onderscheidene Classicale en Particuliere Synodale ressorten (Prov. ressorten) voor hulpbetoon bij de uitvoering van art. 13 K. O. jaarlijks gedaan wordt enz. enz. ; 3. wanneer hunne hulp door of vanwege eene Particuliere Synode gevraagd wordt en deze uit de daarbij aangevoerde motieven blijkt noodig te zijn, de gevraagde hulp te verleenen, en daartoe de noodige gelden aan te vragen bij de Deputaten van de Particuliere Synoden die voor haar eigen ressort geene hulp van elders noodig hebben ; waarbij zij tot bepaling van het bedrag, dat zij uit elk dezer ressorten aanvragen, het percentage dat voor ieders aandeel in de kosten van het kerkverband is vastgesteld enz. enz.

We zullen het hierbij laten.

Wat duidelijk is, is dit, dat een Dienaar des Woords aan een bepaalde gemeente, plaatselijke Kerk, door beroeping verbonden zijnde, zoowel wat tractement als pensioen betreft, voor rekening van die gemeente — van de plaatselijke Kerk — staat, gelijk ook de weduwe en de weezen.

Waarbij te Dordrecht op de Synode van 1893 deze mooie aanteekening is gegeven bij art. 13 K.O. : „De verzorging van Emefiti-predikanten en van predikantsweduwen en - weezen, gegrond in den eisch van Gods Woord en voorgeschreven door art. 13 K.O. is niet zaak der barmhartigheid maar recht der genoemde personen en plicht der betrokken Kerken."

Dat leze men eens óver, ook in onze Herv. Kerken. En iedere kerkvoogd en ieder particulier gemeentelid zegge het na : „ gegrond in den eisch van Gods Woord niet zaak der barmhartigheid, maar recht der genoemde personen en plicht der betrokken Kerken."

De Heere geve in deze spoedig uitkomst in rechte wegen.

De nood is groot.

Dat de Gemeente haar roeping moge verstaan, naar den eisch van Gods Woord !

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 juli 1920

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Uit het kerkelijk leven.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 juli 1920

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's