Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Allerlei.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Allerlei.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een zegenende ziel zal vet gemaakt worden

Zeker vader had een eenige dochter, die hij boven alles, maar ook onverstandig lief had. Alles wat zij begeerde, werd haar geschonken, doch temidden van alle weelde, zat zij als een kranke bloem. Alle moed scheen in haar verbroken, alle dagen klaagde zij over nieuwe kwalen, en verscheen haar ziekte in nieuwe vormen. Wat zij heden had gewenscht en verkregen, was haar morgen tot een last en een walg. Alle artsen hadden aan haar en haar herstel hun weten schap beproefd, edoch tot hiertoe was alles vergeefsch geweest, en scheen zij steeds meer weg te kwijnen.

Er leefde in de plaats harer inwoning een arts, die zijn beroep vooral onder de armen uitoefende, en dit met groote nauwgezetheid deed. In de stad liep het gerucht, dat hij raad wist, waar andere artsen deze niet wisten, doch ook, dat hij dikwerf vreemde middelen gebruikte, en daarbij vaak zeer streng te werk ging.

Toen men zijn naam aan den 'bedroefden vader noemde, schudde deze eerst zeer bedenkelijk het hoofd ; doch eindelijk werd toch de in veler oog zonderlinge man ontboden. De vader begon de lange ziektegeschiedenis van zijn kind te vertellen, toonde hem een lange reeks van recepten en bracht hem eindelijk bij de lijderes, die weinig anders dan nauw verstaanbare antwoorden gaf

„Dokter", vraagde de vader bij het afscheid nemen, „is er nog genezing mogelijk ? "

„Met Gods hulp, ja", was het antwoord, , , doch gij en zij moeten mij stipt gehoorzamen."

„Welke middelen wilt gij dan beproeven ? "

„Heel eenvoudige en ook goedkoope. Gij laat voor uwe dochter een eenvoudig en degelijk kleed maken en koopt voor haar een soortgelijken hoed. Ik wil morgen met haar uitgaan", sprak de arts.

„Maar dokter", riep de vader met verbazing uit, „mijn kind is sinds jaar en dag niet in de lucht geweest ! En wilt gij met haar uitgaan ? "

„Als gij niet doen wilt wat ik voorschrijf" was het besliste antwoord, „dan kan ik hier niets uitrichten. Morgen om tien uur ben ik weer hier ; ik heb nu de eer u te groeten."

Daarop vertrok hij.

Wat de arts bevolen had, was echter geschied ; op het bepaalde uur wachtte de dochter, eenvoudig burgerlijk gekleed, den dokter op. Deze reikte haar zijn arm, verliet met haar het huis en zeide, op straat gekomen : „Wij gaan vandaag niet ver." In een nabijzijnde straat gekomen, trad hij een woning binnen, daar klommen zij een trap op, en traden de kamer binnen van een gezin, dat sinds lang aan ziekte en armoede ten prooi was. De dokter gaf zijne voorschriften. De patiënte, die hem vergezelde en nog nimmer iets dergelijks aanschouwd had, had verbaasd in 't rond gezien ; levendig was zij getroffen geworden.

„Maar dokter", zoo sprak zij, weder op straat gekomen zijnde, „hier moet mijn vader toch helpen !" Een blos van opgewektheid vertoonde zich op haar gelaat. „En gij moet hem dit dringend verzoeken", was het antwoord, „en daarbij niet vergeten, dat er ook boven uw vader nog een andere Helper is."

Toen bracht de arts haar thuis.

Op de vragen van den beangstigden vader, hoe ver zij geweest en waar zij geweest was, en hoe het met haar gegaan was, gaf zij ternauwernood antwoord. Zij viel hem in de rede met den uitroep : „Vader, ik heb groote ellende gezien, en gij moet helpen", en nu begon zij alles te vertellen. De vader toonde zich gaarne bereid aan het verzoek van zijn kind gehoor te geven.

Evenwel, de dokter had wederom zijne voorschriften gegeven. , Alles wat de arme menschen van u en uw vader krijgen", zoo had hij bevolen, „moet gij zelf brengen ; de dienstbode mag het wel dragen, doch gij moet het geven. En telkens als gij dit gezin bezoekt, leest gij ook eens iets voor uit den Bijbel of eenig ander goed boek."

De patiënte volgde deze en andere voorschriften met stipte getrouwheid op. Zoo leerde zij weder in iets belangstellen, liefhebben, bidden en zich verblijden. Spoedig was de vrees voor lucht en wind en weer geweken, 't Bezoeken der woningen van armen en zieken was onder den zegen Gods het middel geworden tot hare genezing van lichaam en ziel.

 

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 december 1921

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Allerlei.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 december 1921

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's