Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

GEESTELIJKE OPBOUW

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

GEESTELIJKE OPBOUW

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Vrijmetselarij (9)
Wanneer we dat „Zedelijk Wetboek voor den Vrijmetselaar" lezen (zie vorig no. van dit blad) dan kunnen we verstaan, dat de Spreker-Vrijmetselaar in de genoemde lezing (blz. 14) aldus verder gaat:
„De Vrijmetselarij leert dus eigenlijk niets nieuws, niets bizonders. De Vrijmetselaren vinden dan ook geestverwanten buiten de Orde, in alle kringen der maatschappij. Alleen de Bond van Vrijmetselaren onderscheidt zich van de talrijke overige vereenigingen van gelijksoortige strekking, behalve in haar meer universeel karakter, in hoofdzaak hierin, dat zij eene bizondere methode volgt om het menschelijke in den mensch, d.w.z. den drang naar wat goed, waar en schoon is, tot ontwikkeling te brengen".
Over die b i z o n d e r e methode die de Orde der Vrijmetselaren er op na houdt, wordt dan het volgende gezegd (blz. 15 enz.): „De Vrijmetselaren willen degenen die tot hen behooren op een bizondere wijze bekwamen voor de taak, welke, volgens hun opvatting, in het leven is te vervullen. Zij vormen daartoe een leerschool; en die leerschool is de "L o g e". „Tot het wezen van het lidmaatschap der Orde behoort daarom het als lid ingeschreven zijn bij een Loge".
„De Loge („Loge" is de naam, zoowel van eene plaatselijke vereeniging van Vrijmetselaren, als van het gebouw of van het lokaal, waar de Vrijmetselaren tot gezamenlijken arbeid bijeenkomen) is voor den Vrijmetselaar eene gewijde plaats. Hij komt daar, onttrokken aan het gewoel der buitenwereld, samen met gelijkgezinden, van wie hij overtuigd is, dat zij van goeden wille zijn om in eenzelfde richting samen te werken tot het doel, door de Orde gesteld. Hij vindt in de Loge eene zwakke afspiegeling van de maatschappij, zooals hij zich die in idealen vorm denkt — eene maatschappij, gedragen door de idee: vrijheid, gelijkheid en broederschap; — vrijheid van gedachten en van geweten; gelijkheid van allen voor de wet, in het gemeenschappelijk recht van iedereen en van allen om hunne geestelijke, lichamelijke en stoifelijke krachten te verhoogen en ten bate van anderen aan te wenden; broederschap als de uitdrukking en de vrucht van ware menschenliefde, die gevoed wordt door het gevoel van het goddelijke, dat in ieder menschenhart leeft. Verschil in stand, geboorte, nationaliteit, godsdienst en politieke overtuiging wordt hier niet erkend; men beoordeelt er den mensch niet naar het uiterlijke, maar alleen naar zijn innerlijk wezen.
In dezen intiemen kring, waar iedere Vrijmetselaar als broeder wordt beschouwd (vrouwen komen er niet), behandelt hij — behalve de huishoudelijke aangelegenheden der Orde — in de eerste plaats onderwerpen, welke de strekking hebben de aanwezigen te doordringen van het wezen der Vrijmetselarij; hen te leiden op den weg der zelfkennis en der zelfbeheersching; hen op te wekken tot persoonlijke toewijding om de zedelijke en stoffelijke ellende te doen plaats maken voor stoffelijk en zedelijk welzijn.
Met het oog op een ieders roeping in de maatschappij, worden door de meest ter zake kundigen, voorts allerlei onderwerpen en vraagstukken aan de orde gesteld en behandeld, welke betrekking hebben op de bevordering van 's menschen geluk.
leder moet daarbij dan vrijelijk zijn gedachten kunnen openbaren en uitspreken, daarbij kunnende rekenen op geheimhouding, belangstelling, welwillendheid, moreelen steun, zoo noodig op broederlijke terechtwijzing. Daarom wordt hier, in de Loge ook angstvallig gewaakt tegen onbescheiden indringers! Want immers zal niemand het heiligste in zijn gemoed open stellen voor den eerste den beste. Ook zal niemand, zoekende en strevende, maar ook struikelende en vallende, getuigen van de straat roepen om zijne triomfen mede te vieren of bij zijne nederlagen tegenwoordig te zijn. Daarom dan ook laten de Vrijmetselaren in hunne Loges alleen toe: mede - V r ij m e t s e 1 a r e n; het feit, dat zij dezen als zoodanig kennen, biedt hun tevens den waarborg, dat zij uitsluitend met mede broeders samen zijn, van welk deel der aarde overigens deze mochten komen".
„Om het binnendringen van onbevoegden te voorkomen, moeten onbekenden, die zich mochten aanmelden om eene loge-vergadering bij te wonen, zich kunnen legitimeeren (bewijzen dat ze waarlijk Vrijmetselaar zijn); daartoe hebben de Vrijmetselaren enkele teekens — herkenningsteekens — en woorden, die over de geheele beschaafde wereld toegang verkenen tot Vrijmetselaarsnbijeenkomsten. Die teekens en woorden vormen wat men in het gewone leven de „geheimen" zou kunnen noemen, daar de geheimhouding daarvan, evenals van het verhandelde op de vergaderingen, verplichtend is".
Dat geeft dus het „gewijde" en „geheimzinnige" aan de Vrijmetselarij.
„Bovendien" — zoo lezen we verder — „bedient zich de Vrijmetselarij van symbolen, om zóó z e d e l ij k e  waarheden onder een aanschouwelijken vorm voor te stellen.
Sommige van die symbolen zijn ontleend aan de mysteriën der oudheid, andere aan het oude gilde der bouwmeesters of aan andere instellingen. Ze worden bewaard, omdat zij zich, bij de groote verscheidenheid in levens-en wereldbeschouwing, welke zich vooral in onzen tijd openbaart, zoo bij uitstek leenen, om abstracte denkbeelden uit te drukken, zonder aanleiding te geven tot misverstand. Ook die  s y m b o l e n, welke tot het gemoed moeten spreken en alleen, als gevoelsuiting, waarde hebben voor hem, die ze verstaat en hare beteekenis begrijpt, houdt de Vrijmetselaar geheim. Om redenen van practischen aard beschouwt men ook de ledenlijsten der Loges als geheim. Niet zelden toch gebeurt het nog, dat het lidmaatschap der Orde een beletsel wordt geacht voor het bekleeden eener betrekking, terwijl er nog altijd leden zijn, die om redenen van stoffelijk zelfbehoud moeten verzwijgen dat zij macon zijn",
„'t Spreekt vanzelf" — zoo gaat de lezing verder — „dat eene vereeniging als de Orde van Vrijmetselaren, die aan hare leden al aanstonds vele en hooge eischen stelt, zeer kieskeurig is in het aannemen van nieuwe leden. Allereerst neemt zij alleen aan meerderjarige mannen, die in eigen levensonderhoud kunnen voorzien en dus eene betrekkelijk onafhankelijke positie hebben. (Tot nu toe worden v r o u w e n niet tot de Orde toegelaten. De „Gemengde Vrijmetselarij", welke ook in ons land reeds eenige „loges" telt, staat in geenerlei betrekking tot de „Orde van Vrijmetselaren onder het Grootoosten der Nederlanden".) De candidaat moet uit eigen gevoelsdrang tot haar komen en ook, na op de verplichtingen en de bezwaren, welke het lidmaatschap der Orde met zich brengt, gewezen te zijn, blijven volharden in zijn wensch om Vrijmetselaar te worden. Voorts wordt niemand toegelaten, van wien niet, op grond van een nauwgezet en uitgebreid onderzoek, kan worden verklaard, dat hij is van goeden levenswandel en ernstige levensopvatting en zoodanige mate van geestelijke ontwikkeling en beschaving bezit als voor de bevordering van het doel der Vrijmetselarij noodig is". (blz. 18).
,,De Vrijmetselaren worden onderscheiden in drie graden: leerling, gezel en meester — eene onderscheiding van zedelijke waarde. Want de graden van gezel en meester worden eerst verleend nadat de leerling of gezel getoond heeft voldoende belang in de Orde te stellen en den naam van Vrijmetselaar waardig te zijn. Uit de meester-Vrijmetselaren worden de bestuurders der Loges en der Orde gekozen".
(Wordt voortgezet).

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 juli 1927

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

GEESTELIJKE OPBOUW

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 juli 1927

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's