KERKELIJKE RONDSCHOUW
De openbaring Gods (3)
Wij belijden dus met Gods Woord „dat de profetie voortijds niet is voortgebracht door den wil eens menschen, maar de heilige menschen Gods, van den Heiligen Geest gedreven zijnde, hebben ze gesproken". (2 Petrus 1 vers 21).
Bij die inspiratie of ingeving van het Woord des Heeren door den Heiligen Geest aan de mannen Gods, onderscheiden we drie dingen, en wel: 1. aandrijving of impulsie; 2. voorlichting of illuminatie; 3. bewaring of directie.
Als we allereerst bij de inspiratie spreken van aandrijving of impulsie, bedoelen we, dat de door God verkoren mannen door den Heiligen Geest werden aangezet en gedreven tot het spreken en tot het schrijven; het kwam niet voort uit eigen begeeren, als bij inval, maar bepaaldelijk werd het in hen gewerkt door Gods Geest, die hen er toe aanzette en er toe dreef. Zoo spreken en schrijven ze op Gods bevel.
Waarbij we dan met het woord voorlichting of illuminatie bedoelen, dat de mannen Gods het rechte inzicht in de waarheid en den rechten kijk op de dingen ontvingen van de verlichtende werking des Heiligen Geestes. Hun wijsheid is niet van hen zélf, maar hun wijsheid is uit God. En dan komt er een derde zaak bij, welke we omschrijven met het woord bewaring of directie, waarmee we bedoelen te zeggen, dat ze door Gods Geest bestuurd en gericht zijn om voor dwaling bewaard te worden.
Zoo is en blijft het een bizonder werk van den Heiligen Geest en is het geenszins, noch positief, noch negatief, werk van den mensch. De mensch is het niet, die het verleden ziet en de geschiedenis beschrijft, het is de Heilige Geest. De mensch is het niet, die het heden onderkent en taxeert, maar de Heilige Geest verlicht daartoe. Het is niet de mensch, die in de toekomst leest en zegt wat de toekomst brengen zal, het is de Heilige Geest die hier het voorhangsel weg schuift en oogen geeft om te zien en een getuigenis om te doen vernemen.
Alles is des Heeren, die bekwaam maakt tot alles.
Daarom wordt de geschiedenis ook niet beschreven als eenvoudig wat er gebeurd is, maar als profeten schrijven ze geschiedenis om te laten zien, hoe het alles is openbaring van Gods Raad en hoe het alles geschiedt naar Zijn wil en tot bereiking van het doel, door Hem gesteld. Zij beschouwen de gebeurtenissen niet van het standpunt der menschen, maar van het standpunt van God zelven: zij laten ons, door den Heiligen Geest daartoe bekwaamd, alles zien als door Gods oogen; zooals Hij alles ziet en waardeert. Waarbij heel helder en klaar telkens uitkomt, dat God de dingen anders taxeert dan de menschen, die alleen aanmerken de dingen, die men ziet, en die tijdelijk zijn. Zoo komt het ook dat de Schrift soms zwijgt over eeuwen, ze slechts even aanstipt met een geslachtsregister, om op andere plaatsen het leven van personen tot in bijzonderheden te teekenen, breedvoerig en duidelijk. 't Is God, die ook hierin regeert, richting en lijn geeft.
De oudste boeken van den Bijbel, handelend over de allereerste geschiedenis in het rijk der natuur en der genade, zijn de 5 Boeken van Mozes, ook wel Pentateuch (letterlijk: 5-deelig boek) geheeten. Ze hooren bij elkaar, vormen één bepaald stuk van de geschiedenis en staan toch ook weer ieder afzonderlijk, handelend over verschillende aangelegenheden.
Laat ons eerst van dat vijf-deelig Boek in z'n geheel genomen, (sommigen spreken van Hexateuch of zes-deelig Boek en rekenen er dan Jozua bij) iets zeggen.
In die eerste bijbelboeken worden ons aanstonds de hoofdlijnen van de Godsopenbaring en de hoofdlijnen van de uitwerking van Gods Raad getoond. Principieel vinden we hier alles bij elkaar. Adam, geschapen naar het beeld Gods, was als profeet, priester en koning, bestemd voor het hemelsche rust- en vredeland Kanaan, dat Boven is.
................................................... moet de mensch kiezen de wegen Gods en andere wegen; hij kan zondigen en kan niet-zondigen, en kiest zondig en schuldig den weg van den vader der leugen, den overste der wereld, den menschenmoorder van den beginne, zijnde de duivel.
Nu treedt God aanstonds op, om Israël Zich te maken tot een knecht en het te kiezen tot een kind, om het te brengen in het aardsche Kanaan, belovend in den Silo een beter en hemelsch Kanaan. De draad, in Adam gebroken, wordt door God Zelf weer opgenomen, waarbij Hij Israël verkiest tot Zijn volk.
In Genesis wordt ons de opkomst van Israël, den knecht des Heeren, geteekend; in Exodus wordt het Israël Gods bedeeld met Zijn woorden en gemaakt tot een profetisch volk, in Leviticus geteekend als een priesterlijk volk; in Numeri wordt zijn koninklijke gestalte geteekend en in Deuteronomium komt Israël, de knecht des Heeren, aan de grenzen van Kanaan; de poort ziet Mozes wijd open staan — terwijl Jozua, de held, van Jehova gegeven, het kind des Heeren, Israël, dan na vele omzwervingen in Kanaan mag binnen leiden; de knecht Gods, Israël, gaat dan in tot het erfelijk bezit, door God voor hem weggelegd.
Dan is eigenlijk het doel bereikt.
Een profetisch volk, waaraan de woorden Gods zijn toebetrouwd; een priesterlijk volk, Gode gewijd en geheiligd; een koninklijk volk, door God bekleed met kracht en macht en heerlijkheid. Aan het eind van het boek Jozua vinden we dan ook het graf van Jozua, den profeet; van Jozef, den koning; van Eleazar, den priester. Hierdoor komt tot Israël in Kanaan de sprake, dat de hoogste Profeet, de eeuwige Koning en de eenige Hoogepriester, Jezus Christus, nu komen moet, naar Wien het volk verlangend moet uitzien.
In de Psalmen wordt er dan van gezongen.
De profeten getuigen van Hem.
De Wijsheid spreekt over Hem.
En zoo wordt de Christus als Priester-Koning-Profeet ten voeten uit door de godsmannen geteekend en den volke voorgesteld. Israël is door dat alles een heel bizonder volk en de geschiedenis, die zich op dat doel richt en dezen inhoud heeft, wordt hierdoor een heel hizondere geschiedenis, gansch anders dan andere volken en andere volkshistoriën.
(Wordt voortgezet).
Te weinig Predikanten.
Het halfjaarlijksche lijstje van al de vacante gemeenten onzer Nederl. Hervormde kerk heeft weer in de nieuwsbladen gestaan, en 't lijstje wordt telkens langer, 't aantal vacante gemeenten neemt nog steeds toe.
De provincie Gelderland heeft maar liefst 43 gemeenten, die vacant zijn of een vacature hebben, o.a. Aalst, Asch, Brakel, Harderwijk, Hellouw, Lienden, Oldebroek (2), Otterloo, Slijk-Ewijk, Wapenvelde, Zuilichem, enz. Zegge 43 vacaturen in Gelderland.
Dan komt de provincie Zuid-Holland met het ontstellend groot aantal vacaturen, tot een totaal van 69. Bleskensgraaf, Brandwijk, Giessendam, Goedereede, Groot-Ammers, Hagestein, Hei-en Boeicop, Langerak, Leerbroek, Leerdam, Middelharnis, Moercapelle, Mijnsheerenland, Nieuw-Beijerland, Noorden, Ooltgensplaat, Oud-Alblas, Oud-Beijerland, Ouddorp, Oudewater, Schelluinen, Schoonrewoerd, Stellendam, Streefkerk, Waddingsveen, Willige Langerak, Wijngaarden, enz. Tezamen 69 plaatsen!
De provincie Noord-Holland heeft 43 vacaturen. Assendelft, Beets, Bovenkarspel, Den Burg (op Texel), Callantsoog, Driehuizen, Eenigenburg, Enkhuizen, 's Graveland, Grootebroek, Groot-Schermer, Krommeniedijk, Limmen, Lutjebroek, Midwoud, Oudkarspel, Scharwoude, Ursem, Venhuizen, enz. enz. Tezamen 43 plaatsen.
In Zeeland zijn 19 vacaturen: St. Annaland, Biezelinge, St. Kruis, St. Maartensdijk, Meliskerke, Oostburg, Oudelande, OuweAerk, Ovezande, Schoondijke, Schore, Sirjansland, Terneuzen, Tholen, Waarde, enz. In totaal 19 plaatsen.
Dan krijgen we de provincie Utrecht met 24 vacatures, zijnde: Bunnik, Bunschoten, Eemnes-Buiten, Harmelen, Houten, Jaarsveld, Kockengen, Lage-Vuursche, Leersum, Lopik, Lopikerkapel, Maarn, Neerlangbroek, Odijk, Schalkwijk, Utrecht (1 pl.) Vinkeveen, Vreeswijk, Waverveen, Wilnis, enz. Tezamen 24 plaatsen.
De provincie Friesland heeft niet minder dan 50 vacatures: Augustinusga, Beetgum, Boxum, Boyl, Britswerd, Dokkum, Drogeham, Ee, St. Jansga, Jutrijp-Hommerts, Koudum, Oudemirdum, Parrega, Suameer, Wanswerd, Wouterswoude, enz.
In Overijsel zijn 13 plaatsen vacant: Blokzijl (1), Enschedé (1), Enter, Hengelo, (1), Holten, Kampereiland, Mastenbroek, enz. enz.
De provincie Groningen heeft ook maar liefst 42 vacatures: Lettelbert, Midwolda, Nieuw-Stadskanaal, Noordbroek, Sebaldeburen, Tolbert, Vlagtwedde, Westerbroek, Westerlee, Warfhuizen, enz.
Dan hebben we de provincie Noord-Brabant met 16 vacatures: Aalburg, Asten, Babyloniënbroek, Bergeijk, JDongen, Eethen, Klundert, Kruisland, Loon op Zand, Meeuwen, St. Michielsgestel, Oosterhout, Sleeuwijk, Sprang, Waspik, Woudrichem.
Dan nog Limburg met 2 vacante gemeenten: Blitterswijk en Eijsden.
En eindelijk Drenthe met 16 vacante plaatsen: Annerveen, Bovensmilde, Coevorden (1), Eext, Emmercompascuum (pas van Evangelisatie een zelfstandige gemeente geworden), Havelte, Hoogersmilde, Kolderyeeiï, Nieuw-Buinen, Peize, enz.
Wanneer we deze lange lijst van vacatures overzien, bemerken we dus dat er 1 Juli 1929 niet minder dan 337 plaatsen vacant zijn. Dat was 1 Januari 1929 een getal van 333, en 1 Juli 1928 een getal van 324. Er zijn dus sinds 1 Juli 1928 nog weer 13 vacatures bijgekomen.
Wij vragen ons angstig af: Waar moet dat op uitloopen? 337 vacatures. Dat is dus: 337 predikanten komen we tekort; 337 gemeenten zijn herderloos; 337 gemeenten verkeeren in 't grootste gevaar van voor een groot deel verwaarloosd te worden wat betreft allerlei arbeid, anders door een predikant verricht. Daarbij komt, dat er door die 337 vaante plaatsen andere gemeenten, die een eigen dominé hebben, voor een deel ook beroofd worden van den predikdienst.
In tal van Ringen zijn ongeveer alle predikantsplaatsen vacant (neem b.v. den Ring Leerdam); waardoor de dorpen, die een eigen dominé hebben, hun leeraar Zondag aan Zondag moeten afstaan aan vacante kerken. Zelden wordt er dan meer dan éénmaal per Zondag gepreekt! Aan Catechisusbehandeling komt 't nooit toe, enz. enz. Tal van vacante gemeenten willen blijkbaar altijd vacant blijven. Heel eigenzinnig willen zij zich niet onderwerpen aan het reglement op de Predikantstractementen, en alsof men zelf het recht heeft om zich aan alles te onttrekken, legt men anderen lasten op, te zwaar om te dragen. Gelukkig, dat men blijkbaar hier en daar tot een ander inzicht komt. Zwaar drukt ons de omstandigheid, dat zooveel gemeenten, waar anders een Gereformeerd predikant zou kunnen staan, vacant is.
En dat komt mee hierdoor, dat er veel te weinig Gereformeerde candidaten, veel te weinig Gereformeerde predikanten zijn in de Hervormde Kerk. Aalst, Brakel, Harderwijk, Hellouw, Lienden, Oldebroek (2), Otterloo, Slijk-Ewijk, Wapenvelde, Zuilichem enz. in Gelderland.
Bleskensgraaf, Brandwijk, Giessendam, Goedereede, Groot-Ammers, Hagestein, Heien Boeicop, Langerak, Leerbroek, Leerdam, Middelharnis, Moercapelle, Mijnsheerenland, Noorden, Ooltgensplaat, Oud-Alblas, Oud-Beijerland) Ouddorp, Oudewater, Schelluinen, Schoonrewoerd, Stellendam, Waddingsveen, Willige-Langerak, Wijngaarden enz., in Zuid-Holland.
Men kan ze zoo maar voor de hand opscheppen: Gereformeerde gemeenten, die vacant zijn, waar men zoo maar een Gereformeerd candidaat of een Gereformeerd predikant zou kunnen plaatsen; 11 in Gelderland, 25 in Zuid-Holland, enz, enz.
Jammer, dat we zoo weinig Gereformeerde theologische studenten hebben! Jammer, dat we zoo weinig Gereformeerde theologische candidaten hebben, die beroepbaar zijn! Jammer, dat we veel te weinig. Gereformeerde predikanten hebben! Een aansporing te meer voor den Gereformeerden Bond om het werk van de opleiding tot het predikambt met kracht ter hand te nemen en voort te zetten. De velden zijn wit om te oogsten.
Als we eens in 't centrum van het land een eigen gymnasium hadden — — — als we eens een eigen internaat hadden, waar jongelui uit alle provinciën bij elkaar konden komen, voor het gymnasium en in het internaat — — — als we bij dat gymnasium en bij dat internaat eens een eigen opleiding hadden voor Hervormde onderwijzers — — — als we de speciale opleiding aan de Hoogeschool eens steviger en breeder konden ter hand nemen — — — .
Als we — — — .
De lange lijst van vacatures en de kleine, bitter-kleine lijst van studenten, van candidaten, van predikanten deed ons mediteeren.
De velden zijn wit om te oogsten — bidt dan den Heere des oogstes, dat Hij arbeiders uitstoote in Zijn wijngaard.
Het treffelijk ambt van herder en leeraar winne onder ons in lieflijkheid en in kracht!
Mee de toekomst van de Hervormde Kerk hangt er van af.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 juli 1929
De Waarheidsvriend | 4 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 juli 1929
De Waarheidsvriend | 4 Pagina's