Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

GEESTELIJKE OPBOUW

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

GEESTELIJKE OPBOUW

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

John Bunyan
Zijn leven en zijn geschriften. (29)

In de herinnering aan zijn huisgenooten is Christen gekomen door het ondervragen van Liefde. Want die God lief heben, moeten God méér lief hebben dan vader of moeder, dan vrouw of kinderen. En de spanning kan in deze zoo groot zijn voor hem of haar, die uit een zondig leven door God bekeerd wordt tot een oprechten wandel naar Zijn Woord. De veranderingen des levens zijn dan zóó vele en zóó radicaal, dat de pijnlijke conflicten met de huisgeooten en de familie en de vrienden niet uitblijven.
Liefde gaat op dat onderwerp nog even door.
„Maar was" — zoo informeert zij verder — ,,maar was uw dagelijksch leven dan misschien in tegenspraak met de schoone woorden, waarmee gij getracht hebt hen over te halen u te volgen?"
„Ach" — zoo antwoordt Christen zuchtend — „over mijn leven mag ik niet roemen, want niemand weet beter dan ik, dt het zooveel zondigs had. En ik weet ook bij eigen pijnlijke ervaring, dat wij dikwijls de kracht van onze woorden verzwakken door onze zondige daden. Maar toch mag ik zeggen, dat ik er altijd voor gevreesd heb, iemand door mijn zondig leven af te houden van de strenge eischen des Heeren. Ja, zij beschuldigden mij er van, dat ik het leven al te streng opvatte en mij onthield van dingen, waarin toch op zichzelf genomen geen kwaad lag. En daar is iets van waar: ik liet veel na, wat in zichzelf niet zondig was, enkel en alleen, opdat niemand toch maar aanstoot aan mij zou kunnen nemen".
,,Ja" — antwoordde Liefde — „dat is de weg, waarin de wereldsche mensch wandelt. Kaïn haatte zijn broeder, omdat zijn werken boos waren en die van zijn broeder Abel rechtvaardig. Als uw vrouw en kinderen zich aan deze dingen geërgerd hebben, dan hebben ze zichzelf daardoor in hun geesteloosheid aan 't licht gebracht en dan zijt gij vrij van het bloed van uw vrouw en kinderen".
Hier namen de gesprekken met Godsvrucht, Voorzichtigheid en Liefde een einde; en intusschen hadden vriendelijke handen den avondmaaltijd in gereedheid gebracht en samen schikte men zich toen om de tafel, die met spijzen en edele wijnen voorzien was!
Een oase, een lieflijke plaats der ruste, een uitgezocht plekske in het midden van de woestijn onder de schaduw van palmboomen, bij de wateren van frissche fonteinen!
Het tafelgesprek in het huis Lieflijkheid liep over den Heer des heuvels, hoe goed Hij was en hoe Hij dit huis had laten bouwen om moede reizigers te verkwikken. Uit hetgeen ik opving van het gesprek — zoo vertelt Pelgrim — begreep ik wel, dat de Heer van den heuvel een groot krijgsheld was geweest; dat Hij den oorlog gevoerd had tegen Een, die het geweld des doods had, en dat Hij hem, met groot gevaar van zijn eigen leven, overwonnen en van al zijn macht beroofd had. Ook kon ik niet nalaten Hem, om al deze dingen, nog inniger lief te hebben, want ik hoorde de gasten zeggen, dat Hij niet zonder verlies van zijn eigen hartebloed, de overwinning behaald had. En de kroon op dit alles was zeker wel de mededeeling, dat Hij al dit lijden geduld had uit louter liefde voor zijn land en onderdanen. Bovendien waren er eenige leden van het gezin — zoo gaat Pelgrim voort — die zeiden, dat zij Hem gezien en gesproken hadden, nadat Hij gestorven was, en dezen getuigden, dat zij zelf van Zijn lippen gehoord hadden, hóé groot Zijn liefde was: een liefde, wier gelijke van Oost tot West niet is te vinden. Als bewijs voor de waarheid van wat zij zeiden, brachten zij bij, dat Hij van al Zijn heerlijkheid afstand had gedaan om arme zondaren te verlossen. Ook zeiden zij, dat ze Hem hadden hooren zeggen, dat Hij niet alleen op den berg Sion wilde wonen, maar Zijn heerlijkheid met de Zijnen daar wilde deelen. Daarom had Hij reeds vermoeide pelgrims, die van geboorte bedelaars waren, tot prinsen gemaakt en in Zijn heerlijkheid doen deelen.
Zoo spraken zij in „het huis vol Schoonheid" met elkander en Pelgrim genoot rijkelijk voor zijn ziel. Het ging al over de heerlijkheid van Sions Borg en Middelaar. En toen zij laat in den avond zich aan de hoede des Heeren hadden aanbevolen, gingen zij ter ruste. De Pelgrim kreeg een groote opperzaal met een venster naar het Oosten. De naam van dit vertrek was „Vredes-kamer". Hier sliep hij, tot de nieuwe dag aanbrak. Toen werd hij wakker en zong met dankbare stem:
»Dit is een plaats vol liefelijkheid,
Mij door mijn trouwen God bereid.
Hier voel ik mij van zonden vrij
En reeds de Hemelstad nabij«.
Toen het huis 's morgens vol hing van het rumoer der ontwakende wereld, kwamen een paar dienstknechten van het huis en zeiden, dat Christen niet mocht weg reizen, vóórdat zij hem de bezienswaardigheden van het huis hadden laten zien. Ze brachten hem dus eerst naar een kamer, waar ze hem heele oude Kronieken toonden. Ik herinner mij uit mijn droom — aldus Bunyan — hoe hem de hooge afkomst van den Heer van den heuvel uit deze Kronieken werd aangetoond en hoe hem verklaard werd dat Hij de Zoon was van den eenigen God. In dat geschrift stonden ook breedvoerige verhalen over al de heldendaden, die de Zoon gedaan had. Voorts waren er in opgenomen de namen van de honderden en honderden, die Hij in Zijn dienst had gesteld en wier trouw beloond was met het wonen in dit prachtige paleis, dat in eeuwigheid niet verdelgd zou worden.
Zij lazen hem uit de boekrollen eenige gedenkwaardige geschiedenissen voor: hoe Zijn dienstknechten Koninkrijken hadden overwonnen, gerechtigheid geoefend, de beloften verkregen, de muilen der leeuwen toegestopt, de kracht des vuurs uitgebluscht, de scherpte des zwaards waren ontvloden, sterk in den krijg waren geworden en heirlegers van vreemden op de vlucht hadden gedreven. (Hebr. 11).
Uit een ander deel van de oude Kronieken lazen ze, hoe gewillig en bereid de Heere was om ieder, wie het ook was, in gunst aan te nemen, zelfs al waren het vroegere opstandelingen en vijanden van Zijne Majesteit. Ook waren er allerlei beloften en dreigingen, oordeelen en besluiten, waarvan Christen inzage kreeg en die deels bestemd waren om Zijn vijanden te verschrikken, maar anderdeels de reizigers naar Sion moesten vertroosten.
Vervolgens brachten zij Peldrim, vóór hij verder reisde, naar de Wapenzaal. Hier werden hem allerlei soorten wapenen getoond, die de Heere voor de pelgrims bestemd had: zwaarden en schilden, helmen en borstwapens en een schoeisel, dat nooit verouderde. Deze wapenen waren in zóó groote hoeveelheid aanwezig, dat men er wel een leger, talrijk als de sterren des hemels, mee had kunnen voorzien.
Ook lieten zij Pelgrim instrumenten zien, waarmee enkele van Zijn beroemde dienstknechten wonderlijke daden hadden verricht. Daar werd b.v. de staf van Mozes bewaard; de hamer en de spijker, waar mee Jaël Sisera doodde; de bazuin en fakkels, waarmee Gideon de Midianieten op de vlucht had gedreven; Samgars ossenstok; het kinnebakken, waarmee Simson over zijn vijanden triomfeerde. Ook was er Davids slinger en de steen, waarmee hij Goliath neervelde, zorgvuldig opgeborgen. En eindelijk mocht Christen nog het blinkende zwaard bewonderen, waarmee de Heere op den dag van Zijn heirkracht den mensch der zonde zal neervellen — en nog veel andere voorwerpen meer.
Zóó verliep deze heerlijke dag en des avonds ging Christen dankbaar en vol­daan ter ruste.
(Wordt voortgezet).

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 juli 1929

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

GEESTELIJKE OPBOUW

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 juli 1929

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's