Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

SCHRIFTVERKLARING

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

SCHRIFTVERKLARING

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

ROMEINEN 10 vers 16—21.

Doch zij zijn niet allen het evangelie gehoorzaam geweest, want Jesaja zegt: Heere, wie heeft onze prediking geloofd ?
Zoo is dan het geloof uit het gehoor en het gehoor door het Woord Gods.
Maar ik zeg : Hebben zij het niet gehoord ? Ja toch, hun geluid is over de geheele aarde uitgegaan en hunne woorden tot de einden der wereld. Maar ik zeg : Heeft Israël het niet verstaan ? Mozes zegt eerst: Ik zal ulieden tot jaloerschheid verwekken door degenen, die geen volk zijn; door een onverstandig volk zal Ik u tot toorn verwekken.
En Jesaja verstout zich en zegt : Ik ben gevonden van degenen, die Mij niet zochten. Ik ben openbaar geworden dengenen, die naar Mij niet vraagden.
Maar tegen Israël zegt Hij : Den geheelen dag heb Ik mijne handen uitgestrekt tot een ongehoorzaam en tegensprekend volk.
Het rijke evangelie der genade was verbreid onder Jood en onder heiden, maar helaas, ze zijn niet allen het evangelie gehoorzaam geweest. Inzonderheid heeft Israël onder de prediking van het kruisevangelie den nek verhard. Ook Jesaja had er reeds over geklaagd, als hij tot den Heere zeide : Heere, wie heeft onze prediking geloofd ? Helaas, dat ongeloof vinden we niet alleen bij Israël, maar ook bij ons. Wat zijn er vele duizenden, ja, tienduizenden, vooral in de groote steden, die van God en Zijn Woord niet meer willen weten, doch den nek verharden. Sommigen van hen genoten christelijk onderwijs, gingen op Knapen-of Jongelingsvereenigingen, gingen trouw naar Gods huis, en ziet, nu vinden we hen geschaard rondom de roode vaan.
Toch blijft het noodig om de bazuin aan den mond te blijven zetten. Al zou het ook wezen als de stem eens roependen in de woestijn. „Hoe zullen ze toch in Hem gelooven, van welken zij niet gehoord hebben, en hoe zullen ze hooren zonder die hun predikt ? " Zoo lazen, we reeds in vers 14. Paulus herhaalt dit' 'in' vers 17 : „Zoo is dan het geloof uit het gehoor en het gehoor door het Woord Gods".
Wat is het goed, lezers en lezeressen, dat de mensch zich stelle in den weg der middelen. Telkens als de klokken luiden, wordt gij geroepen om u te scharen rondom Gods Woord. Het mocht Gode behagen Zijn Woord door de werking van Zijnen Heiligen Geest aan uwe ziel te heiligen.
Wat al vonden worden er gezocht om zich aan den dienst des Woords te onttrekken. Wat zal het getuigen tegen allen, die verloren gaan : Hoe menigmaal heb Ik u willen vergaderen, gelijk een hen hare kiekens vergadert, maar gijlieden hebt niet gewild. Het zal den heidenen verdragelijker zijn in den dag des oordeels dan ons, , die hebben gezeten onder de ruime aanbieding van genade en zaligheid, zoo we daaronder moesten verloren gaan. Hebben ze het niet gehoord ? vraagt Paulus nogmaals.
Hebben de Joden het geklank des evangelies niet mogen beluisteren ? Ja, toch, hun geluid is over de geheele aarde gegaan en hunne woorden tot de einden der wereld.
Elk geoefend bijbellezer beluistert in dit vers groote overeenkomst met Psalm 19 vs. 4 en 5 : „Geen spraak en geen woorden zijn er, waar hunne stem niet wordt gehoord. Hun richtsnoer gaat uit over de gansche aarde en hunne redenen aan het einde der wereld". Ge bemerkt, dat we hier niet te doen hebben met een letterlijke aanhaling. Het is veeleer een vergelijking geworden. Gelijk het geschapene aan alle inwoners der wereld de majesteit Gods verkondigt, zoo hebben Gods knechten van alle eeuwen over het rond der aarde het Evangelie gebracht. Wat heeft de apostel in vele steden en vlekken de boodschap des heils gebracht. En altijd zocht hij in iedere plaats waar hij kwam, het eerst contact met Israël. Eerst moest het evangelie in de synagoge weerklinken voor de ooren van het zaad van Jacob. Als ze in brieschende vijandschap er niet meer van hooren wilden, doch hem zochten te dooden, wendde hij zich tot de heidenen. Neen, Israël zal er zich nooit door kunnen verontschuldigen, dat de Heere met hen geen bemoeienis zou hebben gehad.
Maar ik zeg : heeft Israël het niet verstaan ?
Zou dan, met andere woorden, Israël niets hebben begrepen van den raad Gods omtrent de heidenen ?
Hebben de Joden dan niet begrepen dat het raadsplan Gods tot redding van arme zondaren zich ook uitstrekte over de arme heidenen ? Maar getuigt dan het Oude
Testament niet op menige bladzijde van de genade, die ook den heidenen geschieden zal ?
Expres haalt hij nu de getuigen aan om liet tegendeel te bewijzen. Mozes zegt eerst: Ik zal ulieden tot jaloerschheid verwekken door degenen, die geen volk zijn ; door een onverstandig volk zal Ik u tot toorn verwekken.
Wat wordt hier in deze aanhaling uit peut. 32 de roeping der heidenen heerlijk aangekondigd. Ja, nog meer, de heidenen zouden Israël zelfs nog vóórgaan in het Koninkrijk Gods.
Maar niet alleen Mozes, maar ook Jesaja getuigt er van.
Hij verstout zich en zegt: Ik ben gevonden van degenen, die Mij niet zochten ; Ik ben openbaar geworden dengenen, die naar Mij niet vraagden.
O, welk een vrijmacht Gods. Heidenen, die Hem niet zochten, werden van Hem gevonden. Hij, de Heere, ontsloot de oogen van den blinden Moorman, opdat hij zou komen tot den wensch aller heidenen.
Israël wilde er niet van weten. „Maar tegen Israël zegt Hij : den ganschen dag heb Ik mijne handen uitgestrekt tot een ongehoorzaam en tegensprekend volk".
Wat een teedere vergelijking. Wat een droefheid voor een aardsch vader, die de handen telkens weer uitstrekt om zijn wederspannig kind te trekken !
Helaas, tegenover zooveel vaderlijke goedheid verhardt zich Israël tot op den huldigen dag.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 september 1931

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

SCHRIFTVERKLARING

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 september 1931

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's