ONGELOOF
o Ongeloof, dat dagelijks mij kwelt, hoe koom' ik nog Uw tyrannie te boven ! Hoe dikwijls kwaamt ge mij den vrede rooven, en hebt mij met verschrikkingen ontsteld.
Schoon ik er mij toe zet, 'k kan niet gelooven Een donker, dreigend heir van ongelukken komt d' innerlijke vastheid mij ontrukken, schoon ik voorheen des Heeren trouw mocht loven.
o Gij, Die hebt gered uit duizend nooden, vaak op het onverwachtst Uw uitkomst zond, o Zie mij, smeek'ling, tot Uw troon gevloden, hoe menigmaal ik Uwe wetten schond.
Verheft Gij slechts Uw gunstrijk aangezicht, dan vliet alle ongeloof voor 't godd'lijk licht.
Lunteren.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 februari 1933
De Waarheidsvriend | 4 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 februari 1933
De Waarheidsvriend | 4 Pagina's