Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

EEN NIEUW HUWELIJKSFORMULIER

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

EEN NIEUW HUWELIJKSFORMULIER

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

(Proeve van bewerking).
Aangezien gij, N.N., begeerd hebt, uw huwelijk in Gods huis te laten bevestigen, en hiertegen, na gedane afkondiging, geen wettig bezwaar van de zijde der Gemeente is ingebracht, zullen wij thans, als dienaar van Jezus Christus, daartoe overgaan, onder afbidding van 's Heeren zegen.
Hoort echter vooraf uit het Woord van God, hoe eerbaar de huwelijke staat is en dat hij een inzetting van God is (en geenszins van menschen), die Hem behaagt; waarom Hij ook de getrouwden wil zegenen en hen bijstaan; daarentegen de hoereerders en echtbrekers wil Hij oordeelen en straffen.
Eerstelijk dan zult gij weten, dat God onze Vader, nadat Hij hemel en aarde en alles wat daarin is, geschapen had, den mensch schiep naar Zijn beeld en Zijn gelijkenis. Toen sprak Hij: „Het is niet goed, dat de mensch alleen zij; Ik zal hem een hulpe maken, die als tegenover hem zij. Toen deed de HEERE God een diepen slaap op Adam vallen, en hij sliep. En Hij nam een van zijn ribben en sloot hare plaats toe met vleesch. En de HEERE God bouwde de ribbe, die Hij van Adam genomen had, tot een vrouw, en Hij bracht ze tot Adam. Toen zeide Adam : Deze is ditmaal been van mijn been en vleesch van mijn vleesch ; men zal ze Manninne heeten, omdat zij uit den man genomen is. Daarom zal de man zijn vader en zijn moeder verlaten, en zijn vrouw aanhangen en zij zullen tot één vleesch zijn".
Zoo is het huwelijk allerminst gegrond in het goeddunken van het schepsel, maar is en blijft het een heilige ordinantie Gods. En de heilige apostel Paulus spreekt er van als van een groote verborgenheid en heilig mysterie, ziende op Christus en de Gemeente.
Gij moogt dan ook niet twijfelen, of het huwelijk Gode wel aangenaam is. Want Hij, die Adam zijn huisvrouw schiep en haar op zoo wondere wijze hem ter vrouwe gegeven heeft, wil ook nu nog voortgaan aan een iegelijk zijn huisvrouw, als met Zijn hand, toe te brengen. En de Heiland heeft het huwelijk hoogelijk geëerd te Kana, in Galiléa, waar Hij ter bruiloft Zijn zegeningen op zoo wondere wijze schonk, daarmede betuigende, dat het huwelijk Gode behaagt en Hij de getrouwden wil zegenen en bijstaan, ook wanneer men zulks allerminst verwacht.
Opdat gij nu in uw huwelijk, als man en vrouw, godvruchtig leven moogt, Gode tot eere en uzelf tot zegen en blijdschap, is het noodig dat gij weet waartoe de Heere het huwelijk ingezet heeft.
Ten eerste, opdat man en vrouw, door oprechte en hartelijke liefde verbonden, elkander trouw zullen helpen en bijstaan in alle dingen, zoowel die tot het tijdelijke, als ook die tot het eeuwige leven behooren.
Ten andere, opdat door het huwelijk, waar man en vrouw tot één vleesch worden, het menschelijk geslacht worde opgebouwd en Gods Kerk vergaderd, waarom ook de ouders hun kinderen, indien het Gode belieft ze hun te geven, in de waarachtige kennis en vreeze Gods, Hem ter eer en tot hun zaligheid, hebben op te voeden. Waarbij de God des verbonds Zijn Koninkrijk zal doen komen van geslacht tot geslacht.
Hoe nu de verhouding van man en vrouw in het huwelijk behoort te zijn, heeft God ons in Zijn Woord geleerd.
Zoo zult gij, man, weten, dat God, die het huwelijk gegeven heeft, u gezet heeft tot een hoofd der vrouw. Gij zult haar verstandig en liefdevol leiden, bijstaan en beschermen, gelijk het hoofd het lichaam regeert, ja, gelijk Christus het Hoofd, de wijsheid, de troost en de bijstand Zijner Gemeente is. Gij zult uw vrouw liefhebben als uw eigen lichaam, gelijk Christus Zijn gemeente liefgehad heeft. Gij zult niet ver­ bitterd tegen haar worden, maar als medeerfgenaam der genade in liefde samen wonen, opdat ook uw gebedsleven niet verstoord worde. En naardien het Gods bevel is, dat de man in het zweet zijns aangezichts brood zal eten, zoo zult gij ook getrouw en naarstig in uw goddelijk beroep arbeiden, opdat gij uw huisgezin met God en met eere moogt onderhouden en ook daarenboven iets hebt, om den nooddruftigen mede te deelen en voor de belangen van Gods Koninkrijk uw gaven af te zonderen.
En gij, vrouw, zult weten, dat gij, naar het Woord van God, uw man zult liefhebben en eeren, ook hem gehoorzaam zijn in alle dingen, gelijk het lichaam aan het hoofd en de gemeente aan Christus onderdanig is. De Heere heeft bij de inzetting van het huwelijk tot Eva, en in haar tot het gansche vrouwelijke geslacht gesproken : ,,tot uw man zal uw begeerte zijn", en deze ordinantie Gods zult gij niet wederstaan, maar veel liever het gebod Gods gehoorzaam zijn en het voorbeeld der heilige vrouwen navolgen, die op God hoopten en hare eigene mannen onderdanig waren. Gij zult ook uw man in alle goede en oprechte dingen behulpzaam zijn, uw huis in liefde en trouw verzorgen en in een stillen, godzaligen wandel uw vreugd en uw eere zoeken, om ook anderen een goed voorbeeld te mogen zijn.
Nadat U aldus is voorgehouden uit het Woord des Heeren, dat God het huwelijk heeft ingezet en wat u daarin van Hem bevolen is, vragen wij U, als dienaar van Jezus Christus, of het nu uw oprecht voornemen is, in dezen heiligen staat alzóó te leven, en of gij begeert, dat uw huwelijk in Gods Naam nu zal worden bevestigd?
Bruid en Bruidegom, wat is hierop uw hoorbaar antwoord? Antwoord: Ja.
De Dienaar spreekt: De Heere onze God, die uw ja-woord gehoord heeft, bevestige uw voornemen, dat Hij u gegeven heeft, en uw beginsel zij in den Naam des Heeren, die hemel en aarde gemaakt heeft. Amen.

Bruidegom. N.N. Verklaart gij hier voor God en Zijn heilige gemeente, dat gij genomen hebt en neemt, tot uw wettige huisvrouw N.N. (haar, die aan uw zijde staat)? Belooft gij, dat gij haar hartelijk zult liefhebben en trouw onderhouden, zooals een godvreezend man aan zijn wettige vrouw schuldig is ; dat gij heilig met haar leven wilt, in de tucht van de vreeze Gods, hatende het kwade; dat gij haar nimmer zult verlaten, maar uw liefde en trouw haar zult bewaren, totdat God Zelf de huwelijksband komt losmaken door den dood ?
Antwoord : Ja.

Bruid. N.N. Verklaart gij hier voor God en Zijn heilige gemeente, dat gij genomen hebt en neemt tot uw wettigen man N. N. (hem, die aan uw zijde staat) ? Belooft gij, dat gij hem zult liefhebben, hem gehoorzaam te zijn, hem te helpen en bij te staan in alle dingen, gelijk een vrome en liefdevolle huisvrouw haren eigen man schuldig is; en dat gij hem nimmer zult verlaten, maar uw liefde en trouw hem zult bewaren, totdat God Zelf de huwelijksband komt losmaken door den dood ?
Antwoord: Ja.
De Vader der barmhartigheid, die u door Zijne genade tot dezen heiligen staat des huwelijks geroepen en nu gebracht heeft, verbinde U met oprechte liefde en trouw en geve U Zijnen zegen ! Amen.
Knielen. Zingen Psalm 134 vers 2 en 3. Dankzegging. Overreiken van den trouwbijbel namens den Kerkeraad. Zingen Ps. 121 vers 4.
Oud-Testamentische zegenbede : De HEERE zegene u en Hij behoede u, de HEERE doe Zijn aangezicht over u lichten en zij u genadig. De HEERE verheffe Zijn aangezicht over u, en geve u vrede. Amen.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 januari 1935

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

EEN NIEUW HUWELIJKSFORMULIER

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 januari 1935

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's