Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kerk, School, Vereeniging

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kerk, School, Vereeniging

15 minuten leestijd Arcering uitzetten

berepingswerk e.d.

Nederlandsche Hervormde Kerk.

Beroepen te Aalst (Bommelerwaard), cand. J. C. Stelwagen te Driebergen — te Marssum J. L. Faber, em. pred. te Zutphen en lid 2e Kamer — te Zonnemaire J. P. v. Steenbergen te Biezelinge — te Gameren p. Th. Keek te Staphorst.

Aangenomen naar Groot Schermer cand. F. Bobbeldijk te Amsterdam.

Gereformeerde Kerken.

Viertal te Enter (O.) W. B den Brave te Twijzelerheide, H. J. Meijerink te Drogeham, G. van 't Riet te Goor en A. J. W. Vogelaar te Lemelerveld.

Beroepen te Enter W. B. den Braven te Twijzelerheide — te Rotterdam-Delfshaven (vac.-Zijlstra) J. G. Adema te Zuidhorn.

Aangenomen naar Ureterp T. H. Meedendorp te Vlagtwedde — naar Scherpenzeel J. C. Jonkers te Abcoude — naar Amsterdam (vac.-Schouten) M. B. van 't Veer te Groningen. 

Gereformeerde Gemeenten.

Tweetal te Vlaardingen A. de Blois te Gouda en H. Ligtenberg te Kampen.

Benoemd.

Tot hulpprediker te Laren (N.-H.) W. H. van den Berg, oud-zendeling-leeraar. Tot hulpprediker te Bussum H. P. Stegenga, emer. pred. aldaar.

Een kwarteeuw in het ambt. 28 November hoopt Ds I. Kievit, Ned. Herv. predikant te Baarn, zijn 25-jarige evangeliebediening te herdenken.

Izaak Kievit werd 6 November 1887 te Oud-Vossemeer op het eiland Tholen geboren.

Na de Rijks H.B.S. te Bergen op Zoom te hebben bezocht, deed hij in 1909 Staatsexamen en zette zijn studie voort aan de Rijksuniversiteit te Utrecht. Na het afleggen van zijn candidaats-examen (cum laude) bekwaamde hij zich voor het doctoraal examen.

Dit is echter nooit afgelegd. De pastorie trok hem en op 28 November 1915 werd hij te Garderen in het predikambt bevestigd. In 1917 vertrok hij naar Benschop. Na daar drie jaar gearbeid te hebben begaf hij zich naar Lunteren, waar de groei der gemeente de vergrooting van het kerkgebouw noodzakelijk maakte.

In Augustus 1923 volgde de roeping naar Baarn, zijn tegenwoordige gemeente, alwaar hij zich 3 November van dat jaar aan de gemeente verbond, na bevestigd te zijn door zijn zwager Ds D. J. van de Graaf, thans te Schoonhoven.

Als eerste Hervormd predikant van Geref. richting te Baarn, mocht hij daar met veel zegen werkzaam zijn. Onder zijn krachtige medewerking werd al heel spoedig het gebouw „Calvijn" gesticht, waar ook predikdiensten worden gehouden. Verder werden nog opgericht een Jongelingsvereeniging, Meisjesvereeniging en 'n Mannenvereeniging.

Van zijn hand verschenen verschillende geschriften : o.a. een meditatie over Psalm 23 „De Heere is mijn Herder" ; Voorwerpelijke-Onderwerpelijke prediking eisch der Heilige Schrift; Tweeërlei kinderen des Verbonds; Het boek Jozua.

Ook was hij medewerker aan de preekenserie „Genade voor Genade en Redacteur van het „Gereformeerd Weekblad".

Ds Kievit ontving 30 beroepen naar elders, maar de Ned. Herv. Gemeente van Baarn mocht hem tot nu toe behouden.

Er is een herdenkingssamenkomst belegd tegen Zaterdag 30 November des namiddags te half drie in het gebouw „Calvijn" aan de Tromplaan. Voorts zal Ds Kievit Zondag 1 December des namiddags te half drie in het kerkgebouw der Ned. Herv. Gemeente op den Brink een gedachtenisrede houden.

Ds J. H. van Paddenburgh.

Ds J. H. van Paddenburgh, Ned. Herv. predikant te Elspeet, herdacht Dinsdag den dag, waarop hij vóór 35 jaar het predikambt aanvaardde.

Ds van Paddenburgh werd in 1878 geboren en in 1905 candidaat te Groningen om 26 November van dat jaar te Reeuwijk in zijn eerste gemeente te worden bevestigd. Vandaar vertrok hij in 1908 naar St. Annaland om zich in 1911 aan die van Aalst te verbinden. In 1913 werd hij predikant te Staphorst en in 1917 te Waarder. In 1919 ging hij naar 's-Grevelduin-Capelle en 27 Februari 1921 verbond hij zich aan zijn tegenwoordige gemeente.

De commissie voor kerkelijk overleg.

Ds P. A. van Stempvoort schrijft het volgende in het Hervormd Kerkblad voor Eindhoven en omstreken over de commissie voor kerkelijk overleg in de Nederlandsche Hervormde kerk: Deze commissie is een daad van wijze voortvarendheid. Deze commissie omvat een aantal werkgroepen, die de kerk zullen voorlichten over alle vraagstukken, die het kerkelijk-geestelijke leven raken; kerk en overheid, kerk en jeugd, enz. Zoo is onze kerk aan het werk gegaan voor de geestelijke herbouw van ons land. Moge ook hier alle dubbelzinnigheid verjaagd worden door een klaar geluid.

Eén ding heb ik tot nu toe gemist onder de voornemens der synode : een degelijk plan voor het houden van classicale vergaderingen. Als de kerk aan het werk zal gaan in gehoorzaamheid aan haar Hoofd en Heer, dan is het toch allereerst gewenscht, dat de grondvergaderingen der kerk samenkomen en werkelijk kerkvergadering leeren zijn. Wij vragen dus: waar blijven de buitengewone classicale vergaderingen ? De synode kan haar vertegenwoordigers immers zenden om aan deze vergaderingen leiding te geven ? , Iets wat zij wel verschuldigd is aan de onmondig gehouden classicale vergaderingen. Leert het kind loopen!

Onze groote vraag aan de synode blijft gelijk Hoedemaker het eens met een woord uit de Schrift formuleerde : Ontbindt hem en laat hem heengaan. (Joh. 11 : 14). Ontbindt de kerk uit de banden van het huidige knellende „reglement" en laat de kerk gaan naar een waarachtige kerkorde, die ondubbelzinnig Jezus Christus belijdt naar de Schrift en de belijdenis. Maak een einde, o Synode, aan de volkverdervende verwarring op de kansels. De Heere zal het bloed van Neêrlands misleid volk van uwe hand afeischen. En — dat het God ernst is met Zijn Woord, dat hebben wij sedert den 10den Mei 1940 toch wel kunnen merken ........

De Geertekerk te Utrecht.

Gelijk destijds gemeld is, waren er plannen tot restauratie van de oude Geertekerk te Utrecht. Gebleken is, dat het ondoenlijk is. Nu zijn voor 2 December a.s. de stemgerechtigde leden der gemeente opgeroepen om te beslissen over verkoop. Dit denkbeeld is 10 jaren geleden ook al geopperd, doch er was toen zoodanig verzet uit de gemeente, dat men er van afgezien heeft. De kerk werd toen om haar bouwvalligheid gesloten. Pogingen om nochtans te restaureeren, strandden op gebrek aan financiën. En nu rest alleen nog verkoop voor afbraak.

Er zijn nu plannen, om de plek, waar de Geertekerk nog staat, een z.g.n. Geertehof te bouwen, zijnde een aantal woningen, die tezamen een z.g.n. hofje vormen, en dan zóó gebouwd worden dat zij met den toren (die staan blijft) een goed geheel vormen.

In de Geertekerk gaat een door de Ned. Herv. Gemeente zeer geliefd bedehuis verloren, dat ook door zeer oude grafzerken en het gewelf antieke waarde had.

Geen restauratie.

Het verzoek van het bestuur der Ned. Herv. gemeente te Giessen-Oudekerk aan de provincie, tot het verleenen van een bijdrage in de kosten van restauratie van het kerkgebouw, is afgewezen, zoodat deze restauratie geen doorgang kan vinden. Men zal zich thans beperken tot het restaureeren van den toren.

Restauratie te Anlo.

Het oude kerkgebouw der Ned. Herv. gemeente te Anlo (Dr.) zal op grondige wijze gerestaureerd worden, waarbij aan de kerk, die uit de 11de eeuw dateert, haar Romaansche stijl zal worden hergeven.

Nieuwe hulpkerk beschadigd.

De dezer dagen in gebruik genomen hulpkerk van de Ned. Herv. gemeente te Arnhem-Zuid is, naar wij vernemen, dermate door den storm beschadigd, dat er voorloopig geen diensten in gehouden kunnen worden.

De Eilandskerk weer open.

Volgens een mededeeling in het Amsterdamsche Kerkbeurtenblad zal de Eilandskerk vermoedelijk weer in gebruik genomen worden. De verzakking is tot staan gekomen.

Beroepingswerk.

De Ned. Herv. gemeenten te Lutjegast en Sébaldeburen hebben besloten gecombineerd tot het beroepen van een predikant over te gaan.

Toegelaten.

Door het Prov. Kerkbestuur van Zeeland zijn tot de Evangeliebediening in de Ned. Hervormde Kerk toegelaten de h.h. P. M. Mentzel te Amsterdam en C. Spoor te Delft.

Inwendige Evangelisatie Zending en Kerk.

Woensdag 20 Nov. werd in het gebouw voor Chr. Soc. Bel. te Utrecht de derde jaarlijksche algemeene vergadering van den Ned. Herv. Bond voor Inwendige Zending op Geref. grondslag gehouden.

Op deze vergadering hield de heer H. van der Veen, Evangelist te Oude Pekela, een lezing over : „De beteekenis van den Evangelisatiearbeid voor de Kerk". Spreker begon met het stellen van de vraag : Vanwaar komt het woord Evangelisatie en wat beteekent het ? 't Wil zeggen: het Evangelie brengen tot de menschen en het bewerken van de menschen met het Evangelie. Menschen, die omdat ze wonen in het midden van een z.g.n. Christelijk volk, Christenen heeten, maar die van den Christus der Schriften niet weten, die even ver van Hem verwijderd zijn als de Toradja, de heiden. Wat is hiervan de oorzaak? De prediking van deugd, eigen gerechtigheid, 't geloof in het beter ik, enzoovoorts. Het eenige vaste fundament, Christus, is weggegraven. En waar zulk een prediking is, daar is de Kerk geen Kerk. De Kerk mag op den naam van Kerk geen aanspraak maken, wanneer Christus en Zijn verzoenend, borgtochtelijk lijden wordt miskend of ontkend.

Waar het zóó is, daar krijgt het woord „Evangelisatie."' eerst recht beteekenis.

Daar kan evangelisatiearbeid worden verricht tot welzijn der Kerk. In zulk een plaats is evangelisatiearbeid zelfs eisch. De Koning der Kerk eischt het.

Evangelisatiearbeid, uit zuivere motieven, heeft alleen beteekenis voor de Kerk. Dan gaat het niet om proselieten te maken, maar om Christus, den Christus der Schriften. Eisch der Kerk is evangelisatiearbeid. Wordt de band tusschen Kerk en Evangelisatie niet even sterk gevoeld, dan bedenke de criticus in de Kerk, dat de Kerk mede schuld heeft. Zij oogst de vruchten van vaak moeizamen arbeid, maar doet er zoo goed als niets voor. Wij keuren het onvoorwaardelijk af, want evangelisatiearbeid moet geschieden in 't belang der Kerk. Het gebed, het offer en de toewijding voor dien arbeid ontbreke niet bij hen, die bidden : „Uw Koninkrijk kome".

Verder heeft de voorzitter in deze vergadering nog meegedeeld, dat de penningmeester, de heer G. E. Brouwer, te Haarlem, om gezondheidsredenen bedanken moest. Daar er geen algemeene vergadering gehouden kon worden, heeft het Hoofdbestuur in deze vacature voorzien door de benoeming van den heer W. T. J. Attema, accountant te Gouda.

Deze bracht het financieel verslag uit over 1938 en 1939. Kon 1937 sluiten met een batig saldo van ƒ 2120.—, voor 1938 was dit ƒ 726.— en voor 1939 ƒ 2270.—.

De 2de secretaris, de heer E. J. van Spankeren, te Ede, bracht het jaarverslag uit. Hij herinnerde er o.m. aan, dat volgende week de Bond vijf jaar zal bestaan. Sedert de vorige jaarvergadering (1938) mag er gesproken worden van wasdom. Voor Noord-Holland en ook voor Groningen, Friesland en Drenthe, werden gewestelijke commissies gesticht. De oorlog bracht groote financieele moeilijkheden, maar de werkzaamheden hebben regelmatig voortgang. Spreker memoreerde de opening van de nieuwe posten te Zaandam en Schagerbrug en een goed contact met Eindhoven en Tilburg.

De Evangelist-propagandist, de heer K. Asmus, te Dordrecht, verrichtte veel werk door spreekbeurten, contact met de correspondenten e.d. Ook zijn werk ondervindt veel moeilijkheden door den oorlogstoestand. Bij uitbreiding van den Bond staan tractaatverspreiding, stadsevangelisatie en vorming van plaatselijke Evangelisatiecommissies op het programma.

Het Hervormd Evangelisatie-blad verschijnt tweemaandelijks in een oplaag van 7000 exemplaren. Het ledental van den Bond steeg, tot 5500, waaronder 133 kerkeraden (1938 : 4055 leden, waarbij 106 kerkeraden).

De aftredende bestuursleden, de heeren Ds A. Luteyn van Onstwedde, E. J. van Spankeren van Ede en Ds J. C. Ter louw van Garderen, werden herkozen.

191.767 Hervormden te Amsterdam.

In „Hervormd Nederland" troffen wij een bericht aan, dat het aantal Ned. Hervormde zielen in Amsterdam 191.767 bedraagt ; dat wil zeggen : dat is dan het aantal dat bij den burgerlijken stand als zoodanig bekend staat. De kern der werkelijk meelevenden is evenwel oneindig veel kleiner; becijferingen van den voorzitter van den kerkeraad schatten dit aantal op 30.000. Aldus „Hervormd Nederland", dat er aan toevoegt: Maar op die 30.000 kan de Kerk dan ook stevig bouwen; zij geven geregeld blijk van hun meedragen der gemeente.

Goed — zoo schrijft Ds Van Nieuwenhuijzen in „Wijde wegen'' — maar wij dachten aan de 161.767 andere zielen. Wat 'n geweldig Zendingsterrein ligt hier vlak bij de hand ! Wij zeggen niets over de Zending in onze Overzeesche gebieden — maar vergeten wij niet te veel het Zendingsterrein dat vlak bij ligt ? Zouden er onder deze 161.000 in Amsterdam niet ettelijke duizenden zijn, die snakken naar het Evangelie ? Waarom komen ze dan niet naar de kerken, waar dat Evangelie verkondigd wordt ? Verstaan zij de taal niet, die er gesproken wordt ? Of kent de Kerk de juiste methoden niet ?

Wij hebben in Oegstgeest een prachtige Zendingsschool. Voor de Zending in de Overzeesche gebieden, wel te verstaan. Daar leeren de toekomstige Zendelingen het Evangelie vertalen in de talen van verre volkeren, zij bestudeeren er de aanknoopingspunten, leeren den geestelijken nood van deze verre volkeren verstaan, enz. Zou er niet iets te zeggen zijn voor een Zendingsschool ten behoeve van de Zending in eigen land! Een school, waar men het Evangelie leert vertalen in een taal, die de Amsterdamsche intellectueelen en arbeiders verstaan, waar men studie maakt van mogelijke aanknoopingspunten en methoden om die massa te bereiken, die buiten alle kerkelijk leven staat ? Ik heb vaak het gevoel dat deze massa ons, kerkelijke menschen, veel en veel te weinig verontrust; dat er veel te weinig bewogenheid onder ons is, om te zoeken het verlorene, dat als 't ware vlak voor onze voeten ligt.

Van kerkeraad tot kerkeraad.

De kerkeraad der Ned. Herv. gemeente te Drachten heeft zich gedrongen gevoeld het volgende adres te richten tot den kerkeraad van de Ned. Herv. gemeente te Rotterdam :

In de laatste vergadering van onzen kerkeraad was er onder de ingezonden stukken een schrijven van den Raad van Beheer der Ned. Hervormde Kerk, waarin ons mededeeling werd gedaan van de verhooging van den aanslag voor onze gemeente, tengevolge van het feit, dat verschillende gemeenten in ons land dermate lijden onder den druk van de oorlogsschade, dat zij niet in staat zijn hun verplichtingen tegenover den Raad van Beheer te voldoen.

Onze kerkeraad is er van overtuigd, dat onze gemeente en haar kerkvoogdij zich niet zal willen onttrekken aan den Christenplicht van het „samen lasten dragen". Wel dringt het des te pijnlijker nu tot ons door, hoe er aan den eenen kant door uw gemeente in stoffelijken nood wordt gesteund op andere gemeenten, ook op een gemeente als de onze, waarin de huidige voorganger der Vrijzinnige Hervormden te Rotterdam eenmaal predikant was:

maar hoe er bij u, als bestuurders der gemeente Rotterdam, geen bereidwilligheid is, om in den grooten nood, waarin ook de Vereeniging van Vrijzinnige Hervormden te Rotterdam is geraakt, 'n hand te grijpen, die naar u wordt uitgestoken en zelfs een doopbeurt geweigerd wordt.

Daarom voelt onze kerkeraad zich gedrongen dit verzoek bij de reeds gedane te voegen : Of uw kerkeraad zich niet nogmaals beraden wil op de vraag of er in den nood van onze dagen, nu verschillend georiënteerde gemeenten wèl stoffelijk steun bij elkaar moeten zioéken, geen aanleiding ligt voor uw kerkeraad alsnog wijziging te brengen in de houding, die gij tegenover de Vrijz. Hervormde Vereeniging tot nu toe aanneemt.

Bond van Prot. Chr. Kweekscholen.

Naar wij vernemen, heeft het bestuur van den Bond van Prot. Chr. Kweekscholen besloten met het oog op de slechte reisgelegenheid dit jaar geen algemeene vergadering te houden. In verband daarmede werden aan de leden per circulaire verschillende mededeelingen en voorstellen toegezonden. Aangezien bij het bestuur geen bezwaren zijn ingekomen, is het financieel verslag van den penningmeester vastgesteld en het aftredend bestuurslid. Mr T. van Dijken, te 's-Gravenhage, lid der 2de Kamer, herkozen verklaard. De secretaris, de heer W. J. Visser, te 's-Gravenhage, werd door het bestuur aangewezen als vertegenwoordiger van den Bond in de commissie voor radio-schooluitzendingen.

Bijbelverspreiding.

Het Maandbericht-November van het Ned. Bijbelgenootschap meldt: Vanuit het Bijbelhuis te Amsterdam werden voor het gebruik in Nederland in dit jaar afgeleverd in het eerste kwartaal 57.649 exemplaren, in het tweede kwartaal 19.054 en in het derde kwartaal 23.237, alzoo in totaal 99.940.

Wanneer men hiermede vergelijkt, dat de aflevering in Nederland in het geheele jaar 1938 87.206 exemplaren en in 1939 in het geheele jaar 197.537 was, dan is dit cijfer voor de eerste 9 maanden van 1940 alleszins bevredigend. In de geheele geschiedenis van het Bijbelgenootschap zijn er maar weinig jaren geweest, dat de aflevering in het geheele jaar zoo hoog was als nu in 9 maanden. Het hooge cijfer van het eerste kwartaal is ten deele een gevolg van de bijbelvoorziening der gemobiliseerden, maar toch inzonderheid veroorzaakt doordat toen de tweede druk verscheen van de nieuwe vertaling van het Nieuwe Testament. Behalve de bovengenoemde cijfers werden er buitendien nog naar Indië verscheept in 't eerste kwartaal 14.199 exemplaren en in het tweede kwartaal 18.556. Daarna was er geen gelegenheid tot verzejiding meer.

Volk en Volkseenheid.

Het kerkblad van de Geref. Kerken in Hersteld Verband neemt onder dezen titel een artikel op van Dr J. Koopmans. Het slot' daarvan nemen wij hieronder over : Persoonlijk ben ik van overtuiging, dat het tot een keus tusschen Erasmus en Calvijn zal moeten komen. Een heel eind kunnen zij samengaan. Zij steunen elkander bijvoorbeeld in de gesignaleerde tempering van het heidendom. Maar het Calvinisme kan daarmede niet tevreden zijn. Het heeft iets van Abraham aan zich, ziende in het gebod, blind voor de toekomst.

Nu bedoel ik niet te zeggen, dat wij het Calvinisme van de 16de eeuw zonder meer kunnen repristineeren, al geloof ik vast, dat daar nog heel wat méér in zit dan menigeen bereid is te erkennen. Maar ik bedoel wèl, dat ik alléén iets voor Nederland durf te verwachten, wanneer onder ons dezelfde vrije gehoorzaamheid wordt gevonden, dezelfde oplettendheid voor wat God in Zijn heilig Woord zegt. Wij zullen bereid gevonden moeten worden ons geheele voorbehoud tegen den bijbel op te geven. Wij zullen bijbelsch moeten willen denken en handelen, en daarvoor staan. Wij zullen daartoe bereid moeten zijn in de diepte van belijdenis en geloof voor God, en daarom tegelijk over de breedte van handelen en lijden onder de menschen. En dan zeggen wij met den koning van Ninevé: wie weet! (Jona 3 vers 9).

Wie weet. God mocht zich wenden en berouw hebben, en Hij mocht zich wenden van de hittigheid Zijns toorns, dat wij niet vergingen ! Wie weet, God mocht ons genadig zijn en nog eens aan Nederland een groot oogenblik van gehoorzaamheid schenken, waarvan generaties den zegen ondervinden.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 november 1940

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Kerk, School, Vereeniging

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 november 1940

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's