Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Onjuist bestek

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Onjuist bestek

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Gereformeerde Kerk, dd. 3 Jan. j.l., orgaan van de Confessioneele Vereeniging, nam een referaat : „De nieuwe koers in de Kerk" van ds. H. J. Groenewegen op. „Het doel van de nieuwe koers, blijkens de brochure „De dienst der Ned. Herv. Kerk in en aan ons volk in het heden", wordt door ds. Gr. nader bekeken. Dat doel wordt gesteld als : „te komen tot een Christus-belijdende volkskerk". Hij merkt terecht op, dat er telkens over het doen, het dienen, en weinig of niet over het wezen der kerk wordt gesproken. Hij raakt daarmede een principiëele zijde van de zaak, en het wordt in dit referaat wel duidelijk, van hoeveel belang het is, dat men van de belijdenis uitgaat en zich allereerst rekenschap geeft van wat de kerk omtrent haar eigen wezen en openbaring belijdt.

Wij hebben daarop telkens gewezen en hopen daarin te volharden. Zal de kerk haar roeping kunnen vervullen, dan zullen niet alleen de mannen van den nieuwen koers, maar ook de mannen van de confessie daarvoor een geopend oog moeten hebben.

Wij willen het doel : ,,te komen tot een Christus-belijdende-volkskerk" thans nader onder het oog zien.

Vooreerst dan zij de aandacht gevestigd op de overlading van deze uitdrukking : „Christusbelijdende-volkskerk". Hoe het ook zij : een volkskerk is een kerk. Kerk of volkskerk, daarbij is de toevoeging : „Christus-belijdende" ten eenenmale overbodig, of zij beteekent iets, dat niet in orde is. Een kerk, die Christus niét belijdt, is geen kerk. Het ligt in het wezen der kerk, dat zij den Christus der Schriften belijdt, want er is slechts één kerk, n.l. de kerk van Christus.

Waar Christus niet, of niet naar de Heilige Schrift wordt beleden, daar is geen kerk. Daarom is Christus-belijdende-kerk een overladen spreekwijze, welke wij niet moeten bevorderen, opdat het wezen der kerk Schriftuurlijk en zuiver blijve.

Zelfs het woord belijdende behoort niet toegevoegd, omdat de kerk krachtens haar aard confessioneel bepaald is. Daarom spreke men van kerk, in casu van een volkskerk.

„Om te komen tot een Christus-belijdendevolkskerk". Men zou in deze uitdrukking ook nog kunnen lezen : nu is de Ned. Herv. kerk niet een Christusbelijdende kerk, maar zij moet daartoe komen. Of nu is zij wel een Christusbelijdende kerk, maar niet een Christusbelijdende volkskerk. Zij moet volkskerk worden.

In het eerste geval : nu is zij niet een Christus-belijdende-kerk, zou men kort en bondig moeten zeggen : nu is zij geen kerk, maar zij moet kerk worden.

Het is geen bloot formalisme, als wij tegen deze bedoeling protesteeren zouden. En dat om de eenvoudige reden, dat de Ned. Herv. kerk nog altoos een belijdenis heeft, die den Christus belijdt, en niet alleen een belijdenis, maar nog talrijke belijders.

Beoordeelen wij de Ned. Herv. kerk naar haar confessie — en wie zou dat onjuist willen noemen — dan is zij nog altijd een kerk, en historisch ook nog een volkskerk. Dit blijft staan onverminderd het feit, dat zij in beide opzichten gedeformeerd is en noch als kerk noch als volkskerk aan haar wezen en roeping beantwoordt.

Zoo blijft dan over het tweede geval, zij is weliswaar zoo gezien nog kerk, maar zij moet volkskerk worden en dat in den vollen zin des woords : Christus-belijdende. Dit zou dan beteekenen : zij moet in het midden des volks weer de plaats trachten te herwinnen, die men haar als volkskerk toedenkt.

In ieder geval zou dat dan toch beteekenen, dat er met het belijden als volkskerk iets niet in orde is. En dan ook zou de rechte redeneering voor de hand liggen, dat de confessie aan haar functie kome. Doch, zooals gezegd, spreekt men daarover te weinig en komt de gedachte op, of men met dat „Christus belijdende" van de volkskerk toch eigenlijk niet iets anders op het oog heeft dan de kerk der 'belijdenis daaronder verstaat. In verband met den nadruk op het dienen en doen, wordt men daarin onwillekeurig versterkt door het betoog van Prof. Kraemer, die onder restrictie op het woord van een maximaal-belijdenis : „Christus de Heer" spreekt.

Hoezeer dit inderdaad een alles omvattende belijdenis is, kan men hier toch van een toepassing droomen, die gansch en al niet beantwoordt aan het wezen. Men zou het tot een maximaal-belijdenis kunnen verheffen, die tegelijk minimaal-belijdenis zou kunnen zijn en dat met alle variëerende interpretaties en innerlijk strijdige opvattingen, die in het richtingsvraagstuk besloten liggen.

En als dat de nieuwe koers zou willen zijn, dan vaart men zeker op een onjuist bestek.

Dan is men als op een schip, welks lading zonder dat men zich daarvan klaarblijkelijk bewust is, het compas doet afwijken. Dit dient eerst gecorrigeerd te worden.

Deze correctie zou daarin moeten bestaan, dat men zich rekenschap geeft van het wezen der kerk en van de kenmerken harer openbaring. Want het is zoo, dat men geen volkskerk kan maken. Maar een kerk kan daarom wel volkskerk worden.

De verdoezeling nu der tegenstellingen is een kenmerk van den nieuwen koers, hetwelk tegen het wezen der kerk ingaat. Daarom moet dit schip zeker stranden of op de klippen loopen.

Men heeft den mond vol over het dienen en den dienst der kerk, maar men bekommert zich weinig over de kerk, welke tot den dienst geroepen is. Zoo behoorde men allereerst de kerk en haar openbaring zelf te dienen.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 januari 1946

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Onjuist bestek

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 januari 1946

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's