Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Paschen en Pinksteren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Paschen en Pinksteren

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het Paaschfeest.

Pascha beteekent : over iets heen stappen, voorbijgaan, sparen. Het feest werd gevierd door het slachten van het lam, in den nacht van den 14 op 15 Abid, later Nisan geheeten. (Num. 28 vs. 16). Daaraan was verbonden het feest der ongezuurde of ongehevelde brooden (Ex. 23 vs. 15), gehouden van 15—22 Nisan. Op 10 Nisan werd een éénjarig manlijk volkomen (zonder gebreken) lam afgezonderd. Bij de uittocht uit Egypte werd het bloed met een bosje hysop aan de deurposten aangebracht. De hysop is een tot 60 cm. hooge heesterachtige plant. In later tijden goot de priester het bloed uit op het altaar. Dit was het bloed der verzoening. Van het lam mocht geen been gebroken worden, en aan den maaltijd mocht er niets van overlilijven. Vreemdelingen en onreinen mochten het niet eten.

In den nacht van den uittocht heeft men dit Pascha gegeten met ongezuurde brooden en bittere kruiden. Men was tot de afreis vaardig, had de voeten geschoeid en de staf in de hand.

Later in Kanaan slachtte niet de huisvader, maaide Leviet het lam (2 Kron. 30 vs. 16, Ezra 6 vs. 19 v.). Het bloed werd gesprengd op het altaar (2 Kron. 35 vs. 11). De vetdeelen werden verbrand (2 Kron. 35 vs. 14). De maaltijd werd bij het heiligdom gehouden. (Deut. 16 vs. 2).

Het Pascha is allereerst een offer en in de tweede plaats een maaltijd. Het werd eerst geheel aan het spit gebraden, daarna ging het over in een maaltijd. Het was geen zondoffer, want het werd gegeten, 't Was ook geen dankoffer, want aan den maaltijd ging verzoening vooraf. Pascha is ingesteld bij een bizondere gelegenheid en ging aan alle offers, die ingesteld zijn, vooraf. Het is een offerande ter verzoening en een maaltijd der gemeenschap met God en met elkander. In beide zijden. De viering was plechtig en ernstig. Het vereenigt alle leden van het huisgezin als een kleine gemeente. De bittere kruiden herinneren aan het lijden in Egypte. Ongezuurde brooden waren in het algemeen aanwezig bij alle offers, 't Was een gedachtenisfeest der verlossing. Het huiseliik karaliter wijst op de priesterlijke bediening van den huisvader. Van 15—22 Nisan was het verboden zuurdeeg in huis te hebben, daar dit wijst op bederf. Het duurde zeven dagen, waarvan de eerste en laatste dagen de hoofddagen waren. De 14de der maand was de voorsabbath. Gedurende zeven dagen werden bizondere offers gebracht (Lev. 23 vs. 8 v. ; Num. 28 vs. 16 v.). Offermaaltijd wil zeggen : God komt samen met Zijn volk, wijl het offer is aangenomen. Hier zien wij de Verbondsbetrekking. Daarom was aan Israël de toegang verboden tot de heidensche offermaaltijden. Vergelijk het Apostelverbod uit Hand. 15 vs. 29 en 21 vs. 25.

Paschen is ook een landbouwfeest Men begon de sikkel te slaan in het staande koren. Het was de aanvang van de oogst. Aan den priester moest een garf gebracht worden. (Num. 23 vs. 10 v.). Later werd een garf als een beweegoffer op 16 Nisan gebracht.

In Jezus' dagen heerschte er groote drukte op het Paascheest te Jeruzalem. In de stad werd de Paaschmaaltijd gehouden in het huis van een gastvriend. Deze ontving de huid van het offerlam ten geschenke.

Men rekende met maanjaren en met den stand van den oogst. Was deze laat, dan schoof men een schrikkelmaand in, deze heet Ve-adar, d.w.z. „nog een" Adar. Met kruiken haalde men dan water uit de Siloah-bron (Mare. 14 vs. 13). In den voorhof van het tempelcomplex begon het slachten om half drie.

Bij de maaltijd zelf vroeg de oudste zoon, nadat de eerste beker was rondgegaan, naar de beteekenis dezer dingen. (Ex. 12 vs. 26 v., 13 vs. 8). Dan werd de geschiedenis verteld. In de synagoge vertelde de Voorzanger de geschiedenis. Men zong Ps. 113 en 114. Men leze het opschrift boven Ps. 114: „Toen Israël uit Egypte toog". Dit is het kleine Hallel. Dan volgde de tweede beker, waarop de eigenlijke maaltijd volgde. De derde beker „na het eten des avondmaals" zal de beker geweest zijn, die de Heiland gezegend heeft. Daarna ging de vierde beker rond, waarop het groote Hallel volgde. (Ps. 115—118). Men leze Matth. 26 vs. 30 : „En als zij den lofzang gezongen hadden, gingen zij uit naar den Olijfberg".

De Joden houden het nog vast, terwijl de Apostel zegt: Zuivert den ouden zuurdeesem mit. (1 Cor, 5 vs. 7).

Het Nieuwe Testament zegt, dat Christus ons Pascha is. Leggen wij de vier Evangeliën naast elkaar, dan blijkt uit de eerste drie, dat Donderdag 14 Nisan het heeft in de Paaschzaal werd gevierd door Jezus met Zijn discipelen. Uit Johannes zou op te maken zijn, dat Donderdag viel op 13 Nisan en dat Jezus op Vrijdag, de later geheeten Goede Vrijdag, als Paaschlam is gestorven. Het doet overigens weinig ter zake deze oude theologen-kwestie verder uit te spinnen. De hoofdzaak is, dat Jezus' verzoenend lijden en sterven het rustpunt is van ons hart.

Het Pinksterfeest.

Dit, was het tweede oogstfeest. Dit viel op de 50ste dag na den dag, waarop bij het feest der ongezuurde brooden een garf van de gerst was gebracht bij den priester. Die garf was een beweegoffer en viel den priester ten deel. (Lev. 23 vs 11). Zij werd op Zondag gebracht na den Sabbath. Tijdens Jezus' dagen was er verschil in teldagen.

Op Pinksteren werden gebracht twee gezuurde Pinkstereerstelingen van tarwe, n.l. twee brooden van 2/10 efa meel, 7 handbreed lang en 4 breed. Het was een rijker oogstfeest dan Paschen. Gebracht werd 1e. een brandoffer, 2e een geitenbok als zondoffer en 3e. een vredeoffer. Hier staat de verzoening in het midden. Het was een offer der gansche gemeente, dus kregen de priesters de lammeren en de brooden. De brooden waren gezuurd, want het was een dankoffer voor het dagelijks brood. (Zie Num. 28 en Lev. 23).

Heel de periode tusschen Paschen en Pinksteren werd als een feesttijd beschouwd. Het feest der weken. Pinksterfeest is een feest des oogstes (Ex. 23 vs. 16, 34 vs. 22). Het droeg een vroolijk karakter, in tegenstelling met Paschen. Men bracht offers naar vermogen. Bij de offermaaltijden bij het heiligdom mocht men de armen, vreemdelingen en Levieten niet vergeten. Bij het eerste oogstfeest bracht men één garf (is één tiende) efa meel, doch hier bij het tweede twee tiende efa, dus was het offer tweemaal zoo groot, De kwaliteit was ook beter, want gerst was de spijze voor de armen en voor de beesten. Nu werd tarwe gebracht. Paschen was het begin, Pinksteren het einde des oogstes, afgezien van de wijnoogst (Loofhuttenfeest). Pinksteren is een meerder offer, want in het gebakken brood was ook de arbeid den Heere gewijd.

Latere Joden hebben het feest opgevoerd, en er een feestdag aan toegevoegd, n.l. de herdenking van de Wetgeving op Sinaï, toen het volk geen landbouwend volk meer was.

Gelijk Paschen zich aansluit bij de Opstanding des Heeren Jezus, zoo sluit Pinksteren zich aan bij de uitstorting des Heiligen Geestes. Dit is voor de Kerk des Heeren van de allergrootste beteekenis, daar Hij niet als een mechanisch toevoegsel aan de gemeente is gegeven, doch organisch inwoont, gelijk bloed in de aderen.

De Heere beziele ons met dezen Zijn Heiligen Geest, die van den Vader en den Zoon uitgaat.

(Ridderkerk.)

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 mei 1946

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Paschen en Pinksteren

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 mei 1946

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's