LITURGISCHE BINDING
Volgens de overgangsbepalingen met betrekking tot het dienstboek blijft de toestand voorlopig nog als op 30 April '51. De betreffende bepalingen in de nieuwe kerkorde bedoelen echter wel degelijk binding aan bepaalde orden van het dienstboek bij de bediening van Woord en Sacrament.
Naar de strekking van genoemde bepalingen eist de kerkorde, die geen binding aan de belijdenis wil, binding aan de orden van het dienstboek.
Wij willen niet ontkennen, dat de liturgische vrijheid aanleiding kan geven tot een ongebreideld individualisme, maar voegen daarbij, dat dit voor een groot deel aanleiding vindt in een onkerkelijke en onbijbelse leervrijheid.
Niemand zal ontkennen, dat liturgie en belijdenis wat met elkander hebben te maken. Wij willen ook niet ontkennen, dat liturgische binding bevorderlijk kan zijn aan de eenheid van belijden. Wij denken b.v. aan de formulieren van Doop en Avondmaal. De liturgische formulieren kunnen onder de belijdenisgeschriften worden gerekend in zoverre zij uitdrukking geven aan de leer. Niet ten onrechte worden de formulieren van Doop en Avondmaal catechese genoemd, d.w.z. kerkelijk onderricht omtrent betekenis en gebruik der sacramenten.
Daarin ligt ook de goede grond om binding aan die formulieren bij de bediening der sacramenten voor te schrijven, opdat een ongepaste vrijheid geen roof plege aan de gemeente en misbruik der sacramenten in de hand werke.
In zoverre is het derhalve gewenst niet zonder beperking de strekking van de kerkorde om te keren in de leuze : liturgische vrijheid en binding aan de confessie, hoewel het laatste eis van kerkelijk leven moet zijn. Door binding aan de belijdenis is trouwens reeds een teugel aangelegd aan de liturgische vrijheid.
De liturgie strekt zich echter verder uit dan tot de bediening der sacramenten. Het is reeds gebleken, dat wij ten aanzien van deze bediening pleilen voor binding aan het formulier.
Wie echter kennis neemt van de liturgische ontwerpen in het Dienstboek, zal tot de conclusie komen, dat de voorgestelde orden van dienst een liturgisch program bedoelen, waarin verschillende diensten en handelingen worden gerangschikt in een systeem met behulp van voorgeschreven formuleringen.
Genadeverkondiging, verootmoediging, schuldvergeving, dienst der barmhartigheid, enz. worden tot opzettelijke handelingen gemaakt.
Gaan wij nu de formuleringen, teksten en gebeden na, welke, bij de genoemde liturgische handelingen ten gebruike worden voorgesteld, dan moet gezegd, dat deze op enkele uitzonderingen na naar de letter beoordeeld geen afkeuring verdienen. In de meeste gevallen zijn de teksten goed gekozen, terwijl de gebeden en formuleringen aan classieke liturgieën zijn ontleend.
In dit opzicht zou er geen aanleiding zijn om ze niet te gebruiken.
Daarmede is echter de zaak niet afgedaan. Ten eerste is het alleszins begrijpelijk, dat men reeds vroeger de voorkeur heeft gegeven aan het vrije gebed boven de afzonderlijke liturgische formules.
De letter doodt en de Geest maakt levend. Met name de hier bedoelde stukken der liturgie dreigen dode vormen te worden, terwijl de Dienst des Woórds deze stukken in een prediking, welke naar het leven der kerk is, gelijk dit ons in de Heilige Schrift wordt geleerd, uit de aard der zaak aan de orde stelt.
Daarmede raken, wij dan het hart van de kwestie.
Het Dienstboek Iaat een duidelijk streven herkennen om het sacrament met name het Heilig Avondmaal een centrale plaats in de gemeente te geven. Hoe groot de betekenis van het Heilig Avondmaal echter moge zijn, de bediening van het sacrament komt ook naar de Schrift duidelijk achter de prediking aan.
Eerst de prediking en dan het sacrament. De bediening van het sacrament gaat niet voorop. Het Woord neemt de centrale plaats in en dat moet zo blijven.
Zij, die het Heilig Avondmaal in het centrum willen plaatsen, de gemeente willen vergaderd zien rondom het Avondmaal, koesteren opvattingen omtrent het sacrament en zijn werking, welke gegrond zijn in beschouwingen, die met onze gereformeerde belijdenis in onverzoenlijke strijd staan.
Daaraan liggen n.l. beschouwingen aangaande de incarnatie (de vleeswording des Woords) ten grondslag, die er ten slotte op neerkomen, dat de vleeswording zich in de kerk zou voortzetten. De vleeswording wordt tot een mysterieus gebeuren in de liturgische handelingen. Men mag dit meer of minder bewust geloven, maar daarop komt het toch eigenlijk neer. Daarom krijgen die handelingen iets dat wij magisch zouden kunnen noemen en op die wijze kan ook aan een formule zulk een kracht worden toegeschreven.
Er zullen zeker mensen zijn, die aan zo iets behoefte hebben, althans daarin bevrediging zoeken en misschien ook wel vinden. Dezulken willen, dat er wat gebeurt. Schuldbelijdenis, schuldvergeving : er gebeurt wat.
Nu geloven wij, dat er altoos wat gebeurt, als het Woord recht gepredikt wordt, en waar dat Woord recht gepredikt wordt. Immers het Woord zal alles doen, waartoe God het zendt. (Jesaja 55).
Doch wij geloven ook, dat de Heilige Geest zich niet laat bindeii aan een liturgische formule. (Joh. 3 vs. 8).
Noch het sacrament, noch de liturgische formule hebben kracht in zichzelf, doch het is de Heilige Geest, die levend maakt en in alle waarheid leidt.
Bovendien, het bevel der prediking gaat voorop, daarna de doop en dan de onderhouding van alles, wat Christus geboden heeft. (Matth. 28 VS. 19). Onder dit laatste valt ook het Heilig Avondmaal. Daarom houden wij ons bij de leer der reformatoren, die aan het Woord de plaats geeft, welke daaraan toekomt.
In het belang van de eenheid in de leer der sacramenten van Doop en Avondmaal, verdient het aanbeveling het gebruik onzer formulieren van Doop en Avondmaal verplicht te stellen, mogelijk ook geen onbeperkte vrijheid in de formulering van het votum toe te staan, maar overigens op het stuk der liturgie vrijheid te laten.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 mei 1951
De Waarheidsvriend | 8 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 mei 1951
De Waarheidsvriend | 8 Pagina's