Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

WILLEN EN VOLBRENGEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

WILLEN EN VOLBRENGEN

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

..Alzo, dat gij niet doet, hetgeen gij wildet". Galaten 5 vs. 17.

Er zijn er altijd geweest, die de leer van loutere genade gebruikt hebben als een verontschuldiging voor hun zondige levenswandel.

En er zijn. er nog altijd, die zich een vrijbrief voor de zonde verschaffen, omdat ëen mens toch niet voor God gerechtvaardigd kan worden uit de werken. Ook in Paulus' dagen waren er, die zeiden : , , Laat ons maar zondigen, opdat de genade te meerder worde".

Maar dat zij verre, bij u en bij mij, om 's Heeren wil, die ons geroepen heeft tot de gemeenschap van Zijn lieve Zoon, Jezus Christus, opdat gij zoudt wandelen Gode weibehaaglijk. Ge hebt immers geen recht meer om voor de zonde te leven !

En toch, ook dan als gij die roeping des Heeren verstaan hebt, of neen juist dan als die roeping in uw hart en leven tot een kracht is geworden, zult gij weten hoezeer wij arglistig zijn en listig om onze ongerechtigheid te verbloemen. En al de kinderen Gods weten uit ervaring, dat zij soms zo zorgeloos zijn omtrent de zonde.

Daarom vermaant de apostel: , , Wandelt door de Geest en volbrengt de begeerlijkheid des vleses niet".

Wij worden geroepen tot heiligmaking. Om niet onze, maar Gods heilige wil te betrachten.

Dat kan niet anders: Als wij met Christus verenigd zijn om in Hem onze gerechtigheid voor God te hebben, dan zijn v/ij ook met Hem verenigd om uit Hem te hebben de wandel in alle goede werken, ter ere Gods.

Daartoe hebben wij ons zelf dan wel gedurig te onderzoeken, of dat gevoelen ook in ons is, hetwelk in Christus Jezus was, die Zijn God en Vader in alles gehoorzaam geweest is, zelfs tot de dood des kruises. Die zichzelf geheel verloochend heeft om Zijn Vader te behagen.

Oprecht geloof kan toch niet samengaan met een onoprecht leven voor God. Ieder die waarachtig gelooft in de Heere zal uit genade leren mèt Christus en achter Christus aan te belijden : „Ik heb lust, o God, om Uw welbehagen te doen. Uw Wet is in het midden mijns ingewands. Uw Wet is mijn vermaking de ganse dag".

Zijn dus allen, die tot God bekeerd zijn, reeds in dit leven volmaakt? Zó, dat zij Gods Wet volkomen houden? Er zijn wel altijd mensen geweest, die dit geleerd hebben, maar dat druist tegen het klare getuigenis van Gods Woord in en tegen de ondervinding van alle gelovigen. , , Indien wij zeggen, dat wij geen zonde hebben, zo verleiden wij onszelven en de waarheid is in ons niet. Dan maken wij God tot een leugenaar en Zijn Woord is niet in ons". , , Want wij struikelen allen in vele".

Er is wèl onderscheid bij de gelovigen. De een is getrouwer en gehoorzamer aan zijn God dan de ander. Maar ook de meest getrouwe heeft maar een klein heginsel van de volmaakte gehoorzaamheid. En zo zijn ons dan ook de bijbelheiligen niet voorgesteld als volmaakten, besmet als zij nog waren met veel onheiligheid.

Zo waren ook de Galaten. Zij deden niet wat zij wilden. En ook Paulus beleed : „Niet dat ik het alrede gekregen heb of alrede volmaakt ben". „Ik" — zo belijdt de bekeerde Paulus — , , ben vleselijk, verkocht onder de zonde. Wat ik doen wil, doe ik niet. Wat ik haat zelfs, doe ik. Ik, ellendig mens, in het lichaam dezes doods".

Alzo, dat gij niet doet, hetgeen gij wildet.

Hier zien we toch ook de heilige bedoelingen Gods in deze zaak openbaar komen.

De vraag kan immers opkomen : Maar waarom heeft de Heere de Zijnen dan niet reeds in dit leven de volmaaktheid geschonken? Dat zou Hij toch hebben kunnen doen? Dat zou voor Hem toch niet te groot zijn geweest, want na dit leven zullen de kinderen Gods immers geheel verlost zijn van alle zonde.

Waarom geeft Hij dat dan niet nu reeds ?

Ten eerste moeten wij wel weten, dat wij hier vragen naar een verborgenheid. Wij zullen dit pas ten volle verstaan in de heerlijkheid Gods.

Niettemin krijgen wij toch wel enig antwoord van de Heere, opdat wij weten mogen, dat Hij in al Zijn wegen, ook in deze, heilig is. Verre zij God van goddeloosheid en de Almachtige van onrecht. Daarom kan de onvolmaaktheid der kinderen Gods niet hieruit voortkomen, dat God de zonden niet ernstig neemt, want Hij haat ze in allen en bovenal in de Zijnen. Neen, Hij is er niet onverschillig voor, want bij Hem is geen lauwheid, maar. alleen het vuur, het branden van Zijn liefde, óf het branden van Zijn toom.

En onze zonden smarten Hem aan Zijn hart.

Laten wij het dan wel weten, dat het nooit om Gods wil zó is, dat hier de volmaaktheid nog niet gevonden v/ordt, opdat wij er niet licht oVer denken. Want onze God is een verterend vuur.

Die onvolmaaktheid pleit niet tegen Hem, maar tegen óns. Hij heeft het wèl zo verordend, dat zij, die tot Zijn Koninkrijk worden toegebracht, in dit leven niet tot de volmaaktheid zullen geraken, maar niet omdat dat noodzakelijk was voor Hem, maar omdat het naar Zijn wijsheid noodzakelijk is voor ons.

Zozeer zijn wij door de zonde verdorven geworden, dat wij naar Gods wil — die goed en volmaakt heilig is — ons leven lang met de onheiligheid van onze zonden te doen moeten hebben, opdat wij in ware ootmoed met God leren wandelen en blijven wandelen en voortdurend ook onze gerechtigheid alleen in Christus zoeken tot bedekking van onze schuld.

Opdat wij ook in de strijd zullen staan tegen onze zonden en in die strijd de genade Gods voortdurend nodig hebben en zoeken wat boven is, waar Christus is.

Opdat wij zo de gehele wapenrusting Gods meer en meer leren gebruiken. Ook boven alles niet vertragen in het gebed. Opdat wij onze volkomen verlossing uit de hemel verwachten in de heerlijke openbaring van de Heere Jezus. Opdat wij ook in de rechte ootmoed jegens elkander wandelen en de ander hoger achten dan onszelf.

Opdat wij niets te roemen zouden hebben dan de roem van vrije genade van Hem, die ons heeft liefgehad, niet om iets in ons, maar om het eeuwig welbehagen Gods, in Christus Jezus geopenbaard. Daarom heeft God het zó beschikt, dat ons leven met Christus in. Hem verborgen zou zijn.

Zodat gij niet doet, hetgeen gij wildet. Dat wordt niet gezegd, opdat gij nu in valse lijdelijkheid zoudt zeggen : „Het helpt toch niet, wat ik ook doe, want ik zal toch mijn leven lang niet van de zonde vrijkomen".

Verre van dien, maar opdat gij met de apostel zoudt belijden: Ik heb het nog niet gekregen, ik ben niet alrede volmaakt, maar ik jaag er naar of ik het ook grijpen mocht, waartoe ik ook van Christus Jezus gegrepen ben.

Opdat gij meer en meer moogt opwassen tot het willen wat de Heere wil, om dat te doen. En moet ge dan uw zwakheid belijden en uw eigen onmacht, en de menigte der zonden die nog tegen uw wil in u zijn en de grootheid van uw verdorvenheid, strek u dan naar het volkomene, dat is, naar den Volkomene.

En gelooft gij, dat de heerlijkheid van uw verlossing en vaii de verlossing van al Gods kinderen niet eerder zal geopenbaard worden dan met het afleggen van het lichaam en in volkomenheid niet eerder dan met de komst van onze Heere Jezus Christus — zucht dan met allen, die des Heeren zijn en verwacht de aanneming tot kinderen, n.l. de verlossing van uw lichaam. En strek u naar die Dag, waarin Christus, die uw leven is, geopenbaard zal worden en gij en alle strijders Gods met Hem zult geopenbaard worden in heerlijkheid. Dan zullen uw willen en uw doen geheel overeenstemmen in de volmaakte liefdedienst van de Drieënige God. Wandelt dan door de Geest van Hem, die als het Lam Gods verworven heeft, wat ook u nodig is tot het willen en volbrengen; van Hem, die die Geest ook schenkt.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 oktober 1955

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

WILLEN EN VOLBRENGEN

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 oktober 1955

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's