Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De roede horen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De roede horen

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hoort de roede en wie ze ontboden heeft. Micha 6 : 9.

Het land Israël wordt ten tijde van ons teksthoofdstuk geslagen en bedreigd. Innerlijk is de geest van Israël gebroken en het land is ten prooi gevallen aan een geest van leugen en bedrog. De rijken hebben zich rijk gestolen ; de efa (de maat voor het koren) is te klein ; de weegschaal goddeloos, d.i. onzuiver en de weegstenen deugen niet. Leugen en bedrog is er in de mond van het volk. Waar komt dit vandaan ? Omdat de inzettingen van Omri worden onderhouden en het ganse werk van het huis van Achab. In hun raadslagen wordt gehandeld. Dit wil dus zeggen: ze dienen de Heere, de getrouwe Verbondsgod niet, maar de afgodische Baal. Ze luisteren niet meer naar het Woord des Heeren, gebracht door de profeten. Waar kan het dan ook anders terechtkomen dan bij de geest van het anti-goddelijke, bij de geest des duivels, de geest van leugen en bedrog? Ondanks de aanhoudende vermaningen des Heeren, zich te stellen onder Zijn Wet en Getuigenis, luistert men niet en sleurt men zichzelf naar het eeuwig verderf.

Dit heeft zijn gevolgen, goddelijke, gevolgen: Ik zal u krenken, u slaande en verwoestende om uw zonden (vers 13). Zoals het volk zich niet onbetuigd gelaten heeft in het zondigen, zal de Heere zich niet onbetuigd laten in het slaan, d.i. in het straffen. De vloek zal op hen rusten in al wat zij doen. Zij zullen eten en niet verzadigd worden — zullen dus honger lijden, hetzij doordat de Heere de spijze niet zegent, hetzij doordat de spijze ontoereikend zal zijn om de honger te stillen. Gij zult aangrijpen, maar niet wegbrengen en wat gij zult wegbrengen zal Ik aan het zwaard overgeven. De, Heere bedoelt de oorlogen. Dan zullen zij voorraden vormen en verbergen, maar de vijand zal ze vinden en verslinden.

Gij zult zaaien, maar niet maaien ; gij gij zult olijven treden, maar met de olie zult gij u niet zalven; gij zult druiven tot most treden, maar geen wijn drinken. De vijand zal alles afnemen.

O, wat een nood bij dat volk. En dat nog wel des Heeren eigen volk. Het is terecht gekomen in allerlei plagen van onheil: honger, ziekte en sterfte en dat om hun eigen schuld, door hun eigen toedoen. Het is alsof God het verlaten heeft, ja, het in Zijn toorn zal vernietigen, tot de laatste man zal uitroeien, omdat Hij zo'n zondaarsvolk niet als Zijn volk meer zal willen erkennen. Vernietiging rijst voor hen op.

Een machtige zwaai neemt ineens deze gedachtengang door het woord in welks licht dit alles wordt gesteld.

God zelf noemt dit de roede. Wat is 'n roede? Oorspronkelijk is dit een stokje waarmee iemand een ander slaat om hem te straffen, maar tegelijk tot inkeer te brengen. In het kwaad dat het volk overkomt is het niet dat God ze verlaat, maar daarin is Hij nabij. Welk een wonder. Wie zou het ooit verwachten dat de Heere, waar het nodig is om afstraffingen te geven, dit doet uit liefderijk erbarmen opdat men tot inkeer en bekering zou komen. Want de Heere roept om naar die roede te horen. Ge moet luisteren wat deze dingen te zeggen hebben. Hoort de roede. Ge moogt er niet aan voorbijgaan, Israël niet en gij niet die de slagen in het leven van nabij kent.

Hoort de roede, d.i. God roept. God spreekt. Want er staat nog meer bij: de roede horen en Hem die ze ontboden heeft. We moeten dus niet naar de roede .alleen zien, maar bovenal naar degene die de roede doet neerkomen. Hem, die ze ontboden heeft. Dat is de Heere, de trouwe Verbondsgod. Maar die nu straft. Dat spreekt Hij nu. Dat wil Hij zeggen.

Wil hiermee de zonde en schuld ontdekken in uw en mijn leven, opdat wij opmerkzaam worden wat en hoe wij gehandeld hebben tegenover Hem. Hoort de roede en Hem die ze ontboden heeft: ken uw zonden en misdaden, bezie uw afdwalingen en foute daden; leer ootmoedig te worden tegenover uw Verbondsgod. Leer dat Hij billijk en rechtvaardig is in al Zijn handelen.

Maar Hij is ook de genadige God. Hij wil genade bewijzen. Dat is de verkondiging van het evangelie. Hij wil zondaren vergeven in het bloed van Zijn lieve Zoon Jezus Christus. En dat is nu het doel van Zijn tuchtiging, dat ge tot dien Christus uitgaat. Hoort de roede en Hem die ze ontboden heeft!

Volk van Israël, keer terug tot de levende God opdat Hij u in Zijn genadearmen kan ontvangen, dat ge door het geloof Hem moogt bezitten als de Redder uws levens.

Hoort de roede en Hem die ze besteld heeft. Hier stelt ge uw eigen leven in de plaats van Israël. Ook daarin is veel verlies en smart. Het is de roede die de Heere besteld heeft. Ook de hongersnood en watersnood (denk ook aan de vele regen van de laatste weken!). Het is de roede die God ontboden heeft. Maar dan moeten we er ook naar horen. De Heere geeft die roede opdat wij luisteren zouden; luisteren naar Zijn oordeel over de zonde. Zijn niet kunnen omgaan met de zonde, maar ook luisteren naar Hem, dien Hij gesteld heeft tot redding van zondaar-levens. Zijn doel is: het geloof.

En daar moet ge nu eens op letten. Hoe is het met dat geloof van u gesteld? Laat de tuchtiging u eens brengen tot zelfinkeer en zelfbeproeving. Hoe is het daar gesteld met uw zonden en schuld? Klaagt ge meer over uw leed dan over uw schuld? Dan hebt gij nog niet onze tekst verstaan! Leed gaat voorbij al zou het tot onze dood duren, maar de eeuwigheid gaat niet voorbij. De Heere wilde u opmerkzaam maken op uw zonden en schuld door dit leed, opdat gij in het geloof bij Hem zoudt aankloppen, roepen om Christus' bloed en offerande. Hij tuchtigt, slaat met de roede, opdat gij in Christus eeuwig leven mocht leren zoeken en vinden.

En dit is dan misschien nog wel het grootste wonder van onze tekst: als de Heere roept, met Zijn roede slaat, dan is Hij er tegelijkertijd ook om te horen. Hoort naar Hem die de roede besteld heeft, want Hij is een barmhartig God, die geen lust tot plagen heeft, maar daarin dat wij leven. Hij doet het horen : Wie in Christus tot Mij komt, die zal Ik genadig zijn. Die wordt hier misschien nog wel 'n tijd geslagen en getuchtigd, maar hij of zij mag weten, dat de Heere hen toch niet verlaten heeft, maar Zijn grootste genadegave heeft bewaard, nl. vergeving der zonde in Zijn Zoon Christus. Hoort naar de roede en wie ze ontboden heeft. Beproefde, hoort gij de stemme Gods? Och dat ge voor uw ziel opmerkt en heenvlucht naar Christus Jezus, de Heere. Daarin zal Hij sterkte en rust geven.

Hierin is immers moed! Dan ontdekt gij uw leed als tijdelijk, doch daarbovenuit gaat dan de rechtvaardiging door het geloof in eeuwigheid. En wie dit mag kennen gaat ook verstaan wat het zeggen wil: de roede kussen : God billijken in Zijn straf, ja zelfs God danken. Want hoe zouden wij tot een inkeer gekomen zijn als de Heere Zijn roede niet gebruikt had?

De Heere gebruikt Zijn roede opdat ge bij Hem om vergeving zoudt leren roepen.

Hebt gij Zijn stem reeds in de roede gehoord?

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 oktober 1957

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

De roede horen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 oktober 1957

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's