Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

MEDITATIE

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

MEDITATIE

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Maar wij hebben deze schat in aarden vaten. 2 Cor. 4 : 7a.

Onze Heere is een groot en wonderlijk God, die de heilige kunst verstaat met zwakke en geringe instrumenten machtige dingen te doen. Zo heeft Hij de schat van het Evangelie neergelegd in vaten, die onooglijk zijn en niet de minste waarde hebben, dat wil zeggen: de bediening van Zijn Woord is toevertrouwd niet aan engelen, maar aan zwakke en gebrekkige mensen. Doch juist door de dienst van zulke ambtsdragers wil de Heere Zijn Koninkrijk op aarde stichten. Zijn Kerk bouwen en vermeerderen. Onze tekst bevat wel een heel scherpe tegenstelling. Het Evangelie heet hier een schat, de drager een aarden vat.

Het is niet moeilijk te bedenken waarom Paulus het Evangelie een schat noemt. Dat ziet, om te beginnen, op de kostbaarheid ervan, want wat geen wezenlijke waarde heeft, kan onmogelijk een schat worden genoemd.

Nu, wat is zo waardevol als de boodschap der genade Gods in Jezus Christus? Elke belofte is een juweel en al die woorden samen vormen een schat van onvergelijkelijke waarde. Wat immers is in de wereld te vergelijken met de onbegrijpelijke zondaarsliefde van God, zoals die geopenbaard is in de zending van Zijn enige Zoon?

Daar kan de wereld toch waarlijk niet tegen concurreren, tegen deze onuitsprekelijke gave. Och, in het licht van dit Evangelie is alles, wat de wereld aanbiedt, hoe aantrekkelijk het er ook uitziet, de moeite van het oprapen niet waard.

In de tweede plaats ziet dat woord , , schat" op de duurzaamheid van de rijkdom, die in Christus Jezus is, want de dingen, die wegsmelten als de sneeuw voor de zon kunnen in feite geen schat worden genoemd. De dingen dezer wereld zijn dan ook maar van heel betrekkelijke waarde. Zij worden immers permanent bedreigd door de roest, de mot en de dieven. Maar de schat der genade Gods verduurt de eeuwigheid. De Heere zegt: „Ik geef aan hen, die Mij liefhebben, wat bestendig is, en Ik zal hun schatkamers vervullen met duurzaam goed en gerechtigheid." Wat een weldaad is het dan, als wij bijtijds de onbetrouwbaarheid en de vergankelijkheid van onze aardse schatten, geld, goed, eer, kemnis en positie, inzien, en bang worden voor de roest, de mot en de dieven. Als ons hart opschrikt voor zijn afgod en hem de dienst opzegt.

Als wij roepen: O God, red mijn hart van zijn schat! Als God dan voor ons het goede deel uitkiest: geen zilver of goud maar 't kostbare bloed van Christus, dat al onze schuld bedekt. Als Hij ons laat vinden de schat in de akker, waarvoor wij met blijdschap heel ons bezit verkopen. Als wij met Paulus alle dingen schade leren achten om de uitnemendheid der kennis van Jezus Christus onze Heere. Zie, dan bezitten wij een schat, die nooit vergaat. De rijke dwaas moest alles in het stervensuur achterlaten, maar wie in de Heere Jezus gelooft, zal juist dan ten volle genieten van de onverderfelijke, onbevlekkelijke en onvergankelijke erfenis.

Het Evangelie brengt ons nabij een kostbare en duurzame schat. Doch er is meer. Het woord , , schat" ziet ten derde op de grote overvloed der genade. Men kan immers van iemand, die maar weinig geld heeft, niet zeggen, dat hij een schat bezit.

Koning Salomo had zijn schatkamers, waarin een overvloed van rijkdom lag. Nu, meer dan Salomo is hier! En deze overvloed is er voor allen, die de Naam des Heeren aanroepen.

Daarom zegt de Schrift dat God rijk is over allen die Hem aanroepen. Alles wat tot het leven en de Godzaligheid, voor tijd en eeuwigheid van node is, mag van Hem worden verwacht, Eis van Mij vrijmoedig, al wat u ontbreekt, schenk Ik, zo gij smeekt, mild en overvloedig! Met elke nood en met iedere kwaal kan men bij de Heere terecht! Daar is balsem voor Gilead en een zeer ervaren Heelmeester die volkomen uitkomst kan geven aan allen, die tot Hem komen en van Zijn diensten gebruik maken! En voor deze Heelmeester zijn er geen hopeloze gevallen. Daarom kan het Evangelie dat ons de heerlijkheid van zulk een rijke Christus ontyouwt, met recht een sdhat heten.

Maar nu het wonderlijke! God heeft deze schat gelegd in aarden vaten. In de dagen van Paulus werden kostbare gouden en zilveren munten soms bewaard in breekbare en op zichzelf waardeloze potten. Deze potten beantwoordden helemaal niet aan de waardevolle inhoud, waarvoor zij dienst mochten doen. Zo is het met de bediening van het Evangelie. God heeft deze schat gelegd in de handen van zwakke en gebrekkige dienaren. Daarom zijn er geen. volmaakte dominees en ouderlingen. Maar ook geen volmaakte gemeenten en evangelisaties. Immers wat God geeft, geeft Hij in een aarden vat. Wil dit nu zeggen, dat men naar hartelust mag critiseren? Neen, zeer bepaald niet. Het zijn niet de beste christenen, die bijna elke dominé becritiseren en bijna elke preek afkraken. De beste christenen denken, juist omdat ze weten, dat God Zijn schat legt in aarden vaten, veel in hun voorbede aan de ambtsdragers, die wel heel bijzonder hulp en kracht van Boven nodig hebben. De mensen, zo vol critiek op alles, wat er in de kerk gebeurt, zijn in de verte familie van die domme, liefdeloze en hoogmoedige lieden in Corinthe, die van allerlei op Paulus en zijn werk hadden aan te merken. Zij zijn geen familie van de apostel zelf.. Want als Paulus zegt: „Wij hebben de schat in aarden vaten", dan getuigt dat van waarachtige zelfkennis. Vroeger zag hij in zichzelf heel wat meer dan een aarden vat. Toen dacht hij, dat hij een prachtige schaal was, versierd door zijn vele goede werken. Zo kostbaar, dat het vanzelf sprak, dat God daaraan zijn schat zou toevertrouwen. Maar sinds de Damascus ervaring ziet de apostel zichzelf als een aarden vat, absoluut onbruikbaar en geheel waardeloos. Wat een wonder, dat God het in scherven had getrapt! En nog groter wonder, dat God in eeuwige ontferming omziet naar waardeloze mensen en juist zulke mensen verkiest en gebruikt tot Zijn dienst. Ja, een aarden vat ben ik en meer niet! Zo spreekt Paulus. Maar zo spreekt niet alleen de ambtsdrager, doch ook ieder gelovige.

Hij is een zwak mens, een beperkt mens. Maar wat erger is, hij is van zichzelf ook een waardeloos mens, vleselijk verkocht onder de zonde. Zie, als wij de Heere in waarheid kennen, dan kennen wij ook onszelf als zo'n aarden vat, waardeloos en onbruikbaar. Maar dan is het voor ons eveneens een groot wonder, dat God de schat der genade legt in zo'n vat, dat Hij in ontferming uitgaat tot zulk een tegenstrevend volk. Ja, God legt de schat in aarden vaten. Er zijn nl. nog altijd mensen, die menen, dat zij met hun vroomheid dat vat wat moeten bijschilderen, of eerst met hun goede werken en gestalten en tranen de scheuren moeten wegwerken. Het vat moet er eerst wat ooglijker uitzien, zie, dan mag men pas hopen, dat God daarin Zijn schat legt. Als ik nu eerst maar eens zus en als ik nu eerst maar eens zó . ..

O, houdt u toch op met uw vroom geredeneer tegen het Evangelie van vrije genade! God legt Zijn schat niet in opgeknapte, maar in aarden vaten.

De genade is voor onwaardigen, anders was het geen genade meer. En al wat u voor Hem meer wilt zijn dan een aarden vat, dan een waardeloos mens, bent u precies te veel, en de troost des Evangelies gaat u voorbij!

Maar welgelukzalig, als wij voor de Heere worden wat we zijn, een verloren zondaar en niets meer! Zie, daar blijft het aarden vat niet leeg, God legt daarin Zijn schat.

Armen vervult Hij immers met goederen, maar rijken stuurt Hij ledig weg.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 april 1958

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

MEDITATIE

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 april 1958

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's