Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE NAAM VAN HET KIND

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE NAAM VAN HET KIND

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

„en gij zult zijn naam heten Jezus; want Hij zal zijn volk zalig maken van hun zonden." Matthéüs 1 VS. 21b

Mag het Kerstfeest ditmaal een Naamfeest zijn? Vindt u dat maar zo, zo, alsof de naam er niet toe deed? De Heere denkt daar anders over: het Kind wordt aangekondigd en de naam wordt afgekondigd: Jezus. Een feestelijke naam, toch een feestelijke naam.

Wij kunnen het feest niet vieren binnen de afmetingen van mens en wereld; het gaat daar boven uit; de verhouding met God is er in gemoeid. In die „dimensie" heeft Jezus het werk der verlossing volbracht, wordt zijn naam van kracht. In deze verhouding komen dè zonden ter sprake; een meervoud, een veelvoud. Staan wij tegenover God-, dan staan ze levensgroot voor ons. Komt Jezus in de wereld dan raakt Hij er in verwikkeld, lees het geslachtsregister maar eens na.

Midden in de zonden vindt u Hem bezig; dat is Zijn vernedering en Zijn verhoging: zaligmaken van hun zonden. Daarom ligt Hij in de kribbe; daarom hangt Hij aan het kruis. De Zoon des mensen is gekomen om te zoeken en zalig te maken. Hoe ernstig de zonden genomen moeten worden, ontdekken wij in deze naam. Laat de feiten spreken, en denk aan de straf. Vergeet de naam niet. God maakt er werk van, van de zonden. De zonde is een open wond, en de naam is echt geen pleister op de wond; Jezus, dat zet het mes er in. Kerstfeest is een pijnlijk feest. Dat wil zeggen: wij bedenken bij onszelf onze zonden. Want Hij zal Zijn volk zalig maken van hun zonden. Laat dat nu eens staan. Het veroordeelt ons en het verlost ons. In de naam is ruimte genoeg, voor al onze zonden. In deze naam smaken wij het merg van de verlossing. Voor deze naam nemen zonde, dood en duivel de wijk.

Zal Hij zaligmaken? Wis en zeker. Hij zal niet in gebreke blijven! Zijn naam waarborgt zijn werk. De Heere zal Israël verlossen van al zijn ongerechtigheden. Israël, dat is Zijn volk, het volk van de Messias. Tot hen strekt Hij zijn reddende armen uit. Later zullen de heidenen van deze naam horen, zij worden betrokken in het zaligmakende werk van de Heere Jezus. Zijn volk, dat zijn zij, die van Christus zijn, die aan Hem verbonden raken, die Hij aan Zich verbindt. En waardoor? Door deze naam: Jezus.

Weet u wat kenmerkend is voor Zijn volk, jong en oud? Nee, dat raadt u nooit. U denkt, dat het vrome mensen zijn, men­ sen, die wat ondervonden, veranderde mensen. Maar zo ontmoet Jezus Zijn volk niet. Het zijn mensen, die zonden hebben; wier zonden in Zijn naam genoemd worden. Mijn zonden, uw zonden, die door de werking van Zijn Geest, de onze werden. Dan kunnen wij ze niet aan anderen overdoen. Zijn die van u, vraagt de Heere. Die zonden? Ja, Heere, van mij. Waarom willen wij heiligen zijn, nu Hij Jezus heet? De prediking van zijn naam is als de regen die valt op uitgedroogde grond. Vangt u vandaag de eerste druppelen op, het is een stortbui, een wolkbreuk: Want Hij zal. De wildernis wordt tot staand water, zo ruist de naam die onder de hemel gegeven is, zo bruist hij als een stroom. Jezus.

Dat mogen wij tot onze troost horen. Hij heet Jezus. Is dat niets voor u, zijn de zonden niet van u? Ik zou Hem een andere naam willen geven. Ik zou Hem voor mijn karretje willen spannen. Hij moet mij hier uithelpen en daar door helpen. Maar, lieve mensen, God spant Hem voor Zijn heilswagen, Hij zal de zware vracht van de zonden trekken. Mijn zonden wegen zo zwaar, verzucht iemand. Een reden te meer om ze op de wagen van het heil te werpen. Hoe helderder en luider de naam in de verkondiging klinkt, hoe meer vrijmoedigheid wij ontvangen, om Jezus te houden voor wat Hij is. Het feest is een naamfeest. Hij heet Jezu, s! Wat een verrassing, wat een verruiming.

Waarom draagt iemand een naam? Om hem van anderen te onderscheiden. Hoe zouden wij de mensen uit elkaar kunnen houden, als ze geen namen droegen? Daarom moeten wij de naam Jezus kennen. Hij is de geheel Enige. De naam is geen dode aanduiding, het is een levende aanduiding. De naam doet mee, wanneer we met iemand in aanraking komen. Een moeder zoekt haar kind, het is in zijn spel verdiept samen met de andere kinderen. Zij klapt in haar handen, maar de spelende jeugd let daar niet op. Dan klinkt door de snel vallende avond, de naam: Klaas, Klaas! Klaas kijkt op, hij aarzelt nog even, dan loopt hij op een drafje naar huis. Hij heet Klaas, hij luistert naar de naam Klaas.

De Zaligmaker luistert naar de naam Jezus. Daar kunt u het evangelie op na lezen. Neem Bartimeüs eens. Jezus, gij Zoon van David. De mensen zeggen: Roep niet zo luid, Jezus is in gesprek met anderen, Hij loopt verder, zónder u te helpen. Hoe vergissen zij zich. Jezus staat stil. Hij luistert naar de naam Jezus. Het is een roepnaam. Uit de diepte roep ik tot U, o Heere. Ik roep: Jezus. De schuld van de zonde, de macht van de zonde, zij drijven mij in het nauw van de dood. 'k Had van Jezus gehoord, er was er Eén, die zo heette. Bij Hem moest ik zijn. Hoe kon ik anders Zijn aandacht trekken. Zijn hart raken, dan door Hem bij Zijn naam te roepen. Toen hoorde God. U behoeft die naam niet uit te schreeuwen, u moogt hem stil voor u heen fluisteren, Jezus hoort het toch wel. Het is een liefelijke naam, een feestelijke naam. Hij flitst aan als een licht in de nacht.

En gij zult Zijn naam noemen Jezus. Het roepen wordt een noemen. Gij, Jozef en Maria, herders en wijzen. Petrus en Paulus, Bartimeüs en Zachéus. Gij allen die Hem kent. Hem herkent aan Zijn naam, Hem erkent in zijn naam: Gij zult Hem zo noemen. Dan geven wij stem aan het geloof en de liefde van Zijn volk van alle tijden en over het rond der aarde, 'k Zal liefde en lof voor U ten offer brengen. Het feestoffer is: Jezus. Wij kennen geen andere naam als het om het heil gaat, wij zoeken voor Hem geen andere naam, omdat deze naam Hem door de Vader gegeven is. Wie zou trouwens een naam weten, die zo innig en volledig vertolkt wat wij in Christus ontvangen.

Want een Kind is ons geboren. Hoe Hij heet? Jezus. Dat leert de Heilige Geest. Hij leert ons dit Kind bij zijn naam noemen. Noemen is dan geen praten over, geen napraten, het is bevestigen dat Hij zó heet. Wij doen belijdenis als wij Hem Jezus noemen. Daar mogen wij mee volstaan. De duivel zegt: uw zonden; mijn hart klaagt: uw zorgen. Want zonden en zorgen, daaruit is het kleed van ons leven geweven, draad voor draad. Hij heet Jezus. Zijn Naam is de mantel der gerechtigheid, het kleed van het heil. Hij is mijn Leven, mijn Jezus.

Mag het Kerstfeest ditmaal een naamfeest zijn? Voor allen, die het evangelie in de gemeente verkondigen. Wat moeten zij er voor nieuws van zeggen, het is reeds de zoveelste keer. Als we de naam op de lippen proeven, voor onze mond die uitspreekt, dan is het nieuw. Wordt de liefde het ooit moe, de naam van hem of haar uit te spreken, die alles voor ons betekent? en

Voor allen, die het evangelie horen en gelovende het leven vinden in Zijn naam.

Zult u het anderen laten weten, dat Hij Jezus heet? Uw kinderen, die niet zo gevoelig zijn voor de sfeer, als wij het vroeger waren. Kerstfeest is wat anders als Kerstsfeer. Hij heet Jezus! Zult u de naam eens laten vallen, in een gesprek met mensen die het Kind niet kennen, omdat ze de naam niet hoorden.

Gij zult! God zal er voor zorgen. Hij zoekt de eer van dit Kind. En groter eer kunnen wij Hem niet bereiden, dan Hem op Zijn naamdag, met heel ons hart Jezus te noemen.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 december 1969

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

DE NAAM VAN HET KIND

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 december 1969

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's