Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Heilige Geest overtuigt van zonde

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Heilige Geest overtuigt van zonde

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

En die gekomen zijnde, zal de wereld overtuigen van zonde ... Van zonde, omdat zij in Mij niet geloven.' Joh. 16:8a en 9

Jezus’ jongeren zijn diep bedroefd. Hun Heere heeft tot hen gesproken van Zijn komend afscheid. Nu gaat Hij balsem gieten in hun wonde. De Geest gaat komen in volle Pinksterheerlijkheid. Hij zal Jezus verheerlijken. Ook heeft Hij een functie tegenover de wereld. En Die gekomen zijnde, zal de wereld overtuigen van zonde ... en dit is haar zonde, dat zij in Mij niet geloven.

De wereld. Wat is er met dat woord bedoeld? U denkt aan de bioscopen, de schouwburgen, de dansgelegenheden, de sexboetieken. Het is waar, dat is de wereld. Toch moet u dieper graven, om de inhoud van dat woord wereld te verstaan. Tot de wereld behoren ook de officiële gezagsdragers van het Joodse volk. Ziet, zij slaan zich op de borst. Hoort, zij roepen het uit: Wij zijn het zaad van Abraham. Wij allen behoren tot de wereld. Ouderen en jongeren. Meer en minder ontwikkelden. Blanken en zwarten. Koningen en bedelaars. Wij behoren allen tot de wereld, die in het boze ligt. Pas wat op, met uw hovaardig oordeel over een ander, van wien u zo gemakkelijk zegt: Dat is maar een werelds mens. Wij allen zijn de wereld. En het is alleen door het wonder der genade, als wij uit deze wereld worden getrokken en overgezet in het Koninkrijk van Gods eeuwige ontferming.

Dat wij in deze wereld zijn, komt hierin uit, dat wij de zonde liefhebben en doen. De mens van deze wereld, twist en doodt, hij demonstreert, wil de orde onderstboven werpen, hij waant zich beter dan een ander, is onrein en bedorven. Maar biedt dit alles niet een vertekend beeld? Zien wij er zo uit? Ja . .. en ook dan als wij voor zulke schrikkelijke zonden worden bewaard, bevinden zich de zaken van deze boosheden in ons hart. God moet de remmen maar eens loslaten, dan rijdt onze levenswagen, met duizelingwekkende vaart, de eeuwige duisternis in. Onze zonde openbaart zich in het liegen en bedriegen, in de vreugde die wij hebben over het leed van onze naaste. Het cirkelt in ons leven, om het lieve eigen ik. Dat moet statig op de troon zitten, wil heersen. Wij zijn het. God is niets, onze naaste achten wij niet. Al hebben wij ook, zoals tegenwoordig te doen gebruikelijk is, de mond vol van het woord medemenselijkheid. Dat staat zo gekleed. Weet u wat het toppunt van de zonde is? Jezus zegt: Dat wij in Hem niet geloven. Hij is het Lam Gods. De Weg naar het Vaderhuis. De Zaligmaker van zondaren. Hij verlost van het hoogste kwaad en brengt tot het hoogste goed. Zo spreekt Hij van Zichzelf, en ach wij geloven niet in Hem. Wij zijn niet bedroefd over onze zonde. En vluchten niet tot Hem, met de bede: Heere gedenk mijner. Indien Gij wilt, Gij kunt mij reinigen. Dat is ongeloof. En ongeloof is het toppunt van de zonde. Is de grootste zonde, die er is.

Bemerkt u wel, dat dit woord ingaat tegen de gedachten, die in veler harten leven. Hoe vaak komt het niet voor, dat mensen zich op hun ongeloof gaan verheffen. Met de mond belijden zij, dat zij grote zondaren zijn. En als Christus dan wordt voorgesteld als de enige Zaligmaker, klinkt het uit hun mond: Het gaat toch zo maar niet, dat ik in de Heere Jezus geloof. Die en die zegt, dat hij gelooft. Maar zo gemakkelijk gaat dat niet. Het is waar, geloven gaat zo maar niet. Het ware geloof wordt gewerkt door de Heilige Geest. Maar u hebt echt geen reden om u op uw ongeloof te gaan verheffen. Om van uw rechtzinnige belijdenis een grond te maken, waarop u rust. Ongeloof is zonde. Jezus zegt het Zelf. Dit is de zonde bij uitnemendheid van de wereld, dat zij in Mij niet geloven. Ongeloof is een onteren van de Vader, Die Christus in deze wereld heeft gezonden. Een verachten van Zijn offer. Een verwerpen van Zijn Woord. Het ongeloof brengt mede, dat al de zonden, die u hebt bedreven, ook de zonde waarin u zijt geboren, op uw rekening blijven staan. Wie de Zoon ongehoorzaam is, zal het leven niet zien, de toorn Gods blijft op hem.

De wereld kent haar zonde niet. Zij is stekeblind. Zij beeft niet voor Gods heilig recht. U ook niet. Zij verlangt niet naar het heil, dat in Christus is bereid en smeekt niet: Heere, wees Gij mijn Borg. Dat brengt u de eeuwige dood in. Het maakt uw schuld nog groter. Heel de wereld zou wegzinken in de eeuwige duisternis, als de Heilige Geest er niet was. Als Hij niet ging overtuigen. Als Hij niet deed, als de officier van justitie, die de man, die voor hem staat, aanklaagt. Reeds in de oude wereld twistte Hij met de mensen, maar nu Hij is gekomen op de Pinksterdag, klinkt Zijn stem des te luider. Zijn Zijn waarschuwingen indringender. Zwaar zult u het te verantwoorden hebben, als u nu niet hoort. Hij staat aan de deur van uw hart en Hij klopt. Vaak bonst Hij luide. Hij doet dat sinds uw jeugd. Hij doet dat door de prediking van het Woord.

Hoe de Heilige Geest handelt, als Hij de mens overtuigt van zonde, leest u in Handelingen 2. Petrus spreekt tot de godsdienstige wereld, tot de Joden, die Christus aan het kruis gebracht hebben. Fel zijn zijn woorden. En door de mond van Petrus, spreekt de Heilige Geest. Gij hebt Hem genomen en door de handen der onrechtvaardigen aan het kruis gehecht en gedood. Dat is een preek op de man af. U hebt niet in de Heere Jezus geloofd, u hebt Hem gedood. Zeg niet, dat wij ons niet aan deze zonde schuldig maken. De Bijbel predikt, dat het toppunt der zonde daarin bestaat, dat wij Christus opnieuw aan het kruis slaan. Wat is het een wonder, dat de Heilige Geest ons de blinddoek van de ogen wil rukken. Dat Hij ons wil laten zien, dat wij zijn die wij zijn. Dat het moet komen tot ware bekering. De dag van het gericht nadert. De zon zal veranderd worden in duisternis en de maan in bloed, eer dat die grote en vreselijke dag des Heeren komen zal. En het zal geschieden, dat een iegelijk, die de Naam des Heeren zal aanroepen, zalig zal worden. Rijk is de ontferming des Heeren, dat de Geest zó met u twist. Weet het wel, dat deze twist niet eeuwig zal duren. Eenmaal houden de roepstemmen op; komt een einde aan de ontferming des Heeren. Het oordeel is daar. Indien u niet hoort, verwerpt u de stem des Geestes, die dóórklinkt in de prediking. U hebt Hem verworpen die de opdracht gaf. Predikt het Evangelie alle creaturen. Dat u drinkt, vloekt, de dag des Heeren ontheiligt, knielt voor de goden van onze tijd, het is zonde. Maar het hoogtepunt der zonde is, dat gij Christus verwerpt. Leef zo niet door. Verneder u onder de krachtige hand des Heeren, zo klinkt de stem van de Geest.

Wat is het gelukkig, dat de Geest die in Zijn algemene werking overtuigt, ook is de Geest der uitbranding en des oordeels. Hij kan het blinde oog openen. Het harde hart verbreken. Hij wil dat zo graag doen, ook bij u! U bouwt een muur tegen de voortgang van het Woord, u schuift grendels op de deuren van uw hart. Hij duwt tegen de muur en rukt aan de grendels. Dwaas, dat gij u daarvan niets aantrekt. Maar nu slaat Hij bressen in de muren en breekt de grendels in stukken. Nu wordt u verslagen van hart. U leert kennen de droefheid naar God. Daar valt u van uw hoge troon .. . het stof in. De klacht rijst op: Ik heb gedaan dat kwaad was in Uw oog, dies ben ik Heer' Uw gramschap dubbel waardig. Een arme van geest klaagt zo. Daar gaat u zien, wie de Heere Jezus is. U gaat smeken: Heere kan het nog, dat zo één wordt gereinigd van zijn zonde? Duivel, mensen en eigen hart zeggen dat het niet mogelijk is. Maar de Geest bedient u uit de volheid van Christus en predikt u, dat niet alleen anderen, maar ook u vergeving van zonden geschonken is uit genade, om Christus' wil. Gelukkig wie van een kind der wereld een erfwachter wordt van het Koninkrijk der Hemelen.

Maar nu hoor ik u klagen. Er is nog zoveel van de wereld in uw hart. Vertrouwen op de mensen, op uzelf. U zoekt gronden buiten Hem en nu verkeert u in het duister. Hoort de stem van de Geest. Hij twist met u. Hij overtuigt u dat het zonde is, dat u het heil buiten Christus zoekt. Hij jaagt u op uit uw zekerheden. Dat doet pijn. Maar gelukkig, dat Hij dit werk verricht. Straks klaagt u beschaamd over uw ontrouw: Ik zal henengaan en wederkeren tot mijn vorige Man, want toen was het mij beter dan nu. En . .. Hij verstoot u niet, maar spreekt u aan en zegt: Kind van Mijn hart, vrees niet, Ik heb u liefgehad met een eeuwige liefde. Mij behoort gij toe, voor altijd.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 juli 1970

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's

De Heilige Geest overtuigt van zonde

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 juli 1970

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's