Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Hoe bestaat het!

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hoe bestaat het!

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Mij, de springader des levenden waters hebben zij verlaten om zichzelf bakken uit te houwen, gebroken bakken, die geen water houden.' Jeremia 2:13

Mij hebben ze verlaten. De Here is aan het woord. Hij beklaagt zich over Zijn volk Israël, dat Hem de rug toekeerde en niet meer naar Hem omkeek. Terwijl Hij toch de springader van het levende water was. Hoe bestaat het, mag men zich wel afvragen. Israël diende andere goden, ze verwachtten het blijkbaar van andere grootheden! Ze zijn druk bezig met het uithouwen van bakken. Daarin zullen zij het water bewaren, denken ze. Komt de nood aan de man, dan blijken die bakken gebroken, ze houden geen water, ze stellen te leur. Israël wordt bedrogen door de andere goden, bedrogen door de bondgenoten: Die geen water houden. Uithouwen, dat is nog zwaar werk ook. Het kost tijd en geld en moeite. Nu, er wordt heel wat besteed aan deze arbeid, reken maar.

Het volk is er zo druk mee, dat ze zich door niemand laten storen. Jeremia moet hard roepen om zich verstaanbaar te maken: Houdt er toch mee op, het haalt allemaal niets uit. Wat een dwaasheid zegt u. Wie van ons is wijzer? Dwaasheid is een zwak woord: Boosheid noemt de Here het. Het is een kwaad, dat tegen Hem werd misdreven. Hij vindt het uitermate grievend, verlaten te worden, als ware Hij de moeite niet waard. Zij laten Hem voor wat Hij is en dat is blijkbaar niet veel zaaks. Ze komen niet toe met dat levende water, dat aan zijn openbaring ontspringt, ze maken er geen gebruik van. Mijn volk verlaat zijn God. Het dient Hem niet, het eert Hem niet, het kan blijkbaar zonder Hem. En dat, terwijl ze toch bij elkaar horen: Mijn volk en Ik. Boosheid! De Here wordt er door beledigd; het is woordbreuk en trouwbreuk. En toch een verbond! Boosheid is het zijn vertrouwen te stellen op mensen en machten, in eigen kennen en kunnen, kortom op alles behalve op de Here. Weet u, waar dat op uitloopt? Gebroken bakken, die geen water houden. Het beeld is duidelijk, het velt een oordeel over Israël.

Ondertussen wordt de boosheid in haar diepte gepeild. Ik zei het al: het gaat niet om allerlei bijkomstigheden en bijzonderheden, het gaat om de zaak, die tussen de Here en Zijn volk aan de orde is, om de boosheid, die Hij hun kwalijk neemt. Er is geen sprake van vergissen en vergeten. Er is sprake van een moedwillige verlating; Mij hebben zij verlaten. Van Mij hebben zij zich losgescheurd. Waarom toch en hoe bestaat het!

De mensen luisteren naar Jeremia. Dat is kras gesproken voor zo'n jonge man! Dat is tegen het zere been, twee boosheden! Wat verbeeldt hij zich, zal hij hen de les lezen? Als Jeremia profeteert, protesteert Israël, priesters en profeten voorop. Ze voelen wel, dat ze niet vrijblijvend luisteren kunnen. Als het waar is, wat Hij zegt, dan moeten ze zich bekeren! Wij lezen dit woord, eeuwen later. Zijn wij er mee in onze schik, of zelfs maar gesticht. Een aanklacht is geen stichtelijk woord, zij stelt ons in staat van beschuldiging. Wie daar, al lezende, erg in krijgt, voelt zich niet zo op zijn gemak. Het kon hem wel eens gelden.

En het geldt ons terdege. Mijn volk. Het verbond, dat de Here met ons sloot, legt gewicht in de schaal. Wij behoeven geen lange en samengestelde betogen te houden over dat verbond. Het is geen verhandeling, het is een verhouding. Die verhouding brengt de verplichting met zich mee om de Here aan te hangen en lief te hebben. De heilige roeping voor jong en oud. Hem als de springader van het levende water te erkennen. Is dat bekrompen? Komt iemand tekort, als Hij naar de stem des Heren hoort, en zich aan Hem en Zijn dienst houdt? Welnee. Laat u zich dat toch nooit wijs maken, door de duivel niet en door de wereld niet. Die hebben er geen vermoeden van, wie de Here wezen wil, voor allen, die Hem vrezen. Springader van het levende water. Dat kan niet op. Hij lenigt de noden van lichaam en ziel; Hij lest de dorst die ons leven teistert en verteert. Levend water! En dat in overvloed.

Hem verlaten. Deed u het, doe ik het? Misschien willen wij het niet voetstoots toegeven. Ga het eens na: waar bent u te vinden? Bij deze bron. Zoekt u het bij de Here, in alle omstandigheden. Neemt Hij de eerste plaats in, de plaats die de liefde voor Hem open houdt? Op zo 'n eenvoudige vraag, kan ieder antwoord geven. Eerlijk zeggen, hoor! Ja of nee. Of.. ., metselen wij vlak bij huis of ver van huis bakken? Is de kennis van God verfrissend en verkwikkend voor u, of wilt u Hem niet kennen en zoekt u verfrissing en verkwikking elders.

U bewaart het water — want over ons leven regent het nog — in de bakken van jeugd, gezondheid, welvaart. De goden van deze zijn zeer in tel in gezin en gemeente, bij volk en kerk. Het verlaten van de Here is in volle gang, u ziet het voor uw ogen gebeuren, ziet u het niet heel dicht bij huis? Uw kinderen? Maar misschien zien zij u gaan en stellen zij vast: vader en moeder gaan niet naar de Here toe, leven niet uit de volheid van de kennis des Heren. Over en weer zien we het van elkaar, en we dwalen verder en verder weg. Denkt er om, de bakken vertonen al barsten, en de hitte van de tijd, zij houden geen water.

U heeft van het levend water gedronken? Hoe is het nu? Hebt u nog wat voorraad in de bakken van uw bekering, van uw bevinding, van ik weet al niet wat. Terwijl u niet bij de bron drinkt. Hoe bestaat het! De dwaasheid wreekt zich, omdat het boosheid is. Wreekt zich voor ons en onze kinderen, ook voor ons volk en onze kerk. Het is niet goed te praten, met een verzuchting over de tijd waarin we leven, het is niet goed te maken door wat wettische godsdienst, ook dat zijn gebroken bakken.

Wat zullen wij uiteindelijk bewaren, als we de Here verlaten? We houden niets over, en komen om in de eeuwige dorst. Wie leeft bij de fontein? Hij mag zich wel afvragen of de liefde niet verflauwt, of het geloof niet versterft, of de hoop niet verschrompelt. Spant u niet in om bakken uit te houwen, die nog wat opvangen, terwijl u de springader verlaten hebt. En laten wij niet doen, alsof wij van de prins geen kwaad weten. Brutaalweg de dwaasheid en de boosheid ontkennen. Wie is met een leugen gebaat? De aanklacht boort diep door in ons leven, zij legt de zenuw van onze zonde bloot. Dat doet pijn.

Wij moeten geen verontschuldigingen aanvoeren; op grond van verontschuldigingen werd nog nooit iemand vrijgesproken! De rechter doet uitspraak. Hij wil ons nog terecht brengen. Kruip niet achter anderen weg, achter Adam bijvoorbeeld. Zeg niet: zo is de mens nu eenmaal. Het baat ons niet, het schaadt ons slechts.

Mij dunkt, de vele overtredingen, de vervlakking, de verslapping, die ons wel eens aanvliegen, zijn terug te brengen tot dit ene: Mij verlaten. Het eerste gebod: Geen andere goden. En het woord dat wij overdenken ontdekt ons eraan. Niet om ons te gronde te richten. De ondergang zou zich onder het zwijgen Gods voltrekken. Wanneer Hij spreekt, bedoelt Hij onze omkeer. De wederkeer naar Hem, die wij verlieten.

Een vrouw raakt in gesprek met een vreemdeling. De bakken, die zij zich uitgehouwen had hielden geen water en die vreemdeling weet het. Wie is die vreemdeling? Jezus! Zij vraagt: Vanwaar hebt Gij dat levende water. Uit de bron, antwoordt Hij. Ik zal het u geven. Dan krijgt ze dorst. Als een hert naar de waterstromen, zo dorst mijn ziel naar God. Dorst krijgen is de voorbode van drinken. De bakken, die gebarsten zijn verlaten, en zich, o wonder, wenden tot de springader.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 augustus 1970

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

Hoe bestaat het!

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 augustus 1970

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's