‘De Godvruchtige Avondmaalganger’

In het voorafgaande hebben we iets gezien van de persoon, het leven en de tijd van Immens. Nu willen we aandacht schenken aan de bundel verhandelingen over 'De Godvruchtige Avondmaalganger'. Dit is niet het enige werk, dat van hem in druk verscheen. Willemsen noemt van hem:

1. Een lijkrede op de predikant Frederik van Houten, over Openb. 14:13;

2. Het wonder van Gods vrije genade door Jezus Christus, vertoond in een stervende christen, of het heilig leven en de zalige dood van jonkvrouwe Cornelia Constantia Winckelman etc;

3. Enige preken over II Sam. 12:13.

Zijn voornaamste werk is echter 'De Godvruchtige Avondmaalganger'. Immens heeft deze verhandelingen niet zelf opgeschreven. Jacoba Petronelle Winckelman schreef ze op tijdens de kerkdienst. Dit deed ze zo nauwkeurig dat Immens 'bij het overzien van sommige derzelve, die voor echt en voor de zijne erkende'.

Deze verhandelingen zijn gehouden tijdens de bijzondere diensten telkens op de maandag vóór het heilig avondmaal. Om u een overzicht te geven van de inhoud van dit boekje noem ik — verkort — de opschriften boven de verschillende verhandelingen.

I De natuur van het geloof.

II Het onderscheid tussen tijdgeloof en zaligmakend geloof.

III De verzekering, als vrucht van het geloof.

IV Bekommering en twijfelmoedigheid bij Gods kinderen.

V Zalig gevolg van verzekering door het geloof.

VI Vruchten des geloofs: vrede, blijdschap, roem.

VII Verachtering in de oefening van het geestelijk leven.

VIII Inwilliging in 't genadeverbond.

IX Vervolg over de Inwilliging.

X De Middelaar van het verbond.

XI Het gebruikmaken van de Middelaar.

XII De voorbereiding voor het heilig avondmaal.

XIII Betamelijke geschiktheid op de dag van het avondmaal.

XIV Nabetrachting na het heilig avondmaal.

In deze verhandelingen spreekt hij telkens aan het eind, langer of korter, over het heilig avondmaal en de geloofswerkzaamheden daarbij.

Pas in de 3 laatste verhandelingen gaat het speciaal en geheel over het avondmaal.

Om u te laten zien hoe deze verhandelingen waren opgebouwd geven we een kort overzicht van de twaalfde verhandeling. Niet omdat deze de belangrijkste zou zijn, maar wel omdat deze rechtstreeks over het avondmaal gaat, en dus in overeenstemming met de titel van dit boek. Steeds is er een duidelijke, overzichtelijke indeling in deze verhandelingen. Een indeling, die op ons misschien wel eens de indruk maakt van al te ver gaand uiteenrafelen, maar waardoor intussen toch de leesbaarheid verhoogd wordt.

De twaalfde verhandeling is dan opgebouwd als volgt:

'Over de betamelijke en godvruchtige voorbereiding of schikking van het hart, om het avondmaal des Heeren met vrucht te genieten.'

Immens behandelt dan 4 zaken:

1. de noodzakelijkheid van de voorbereiding

2. de belemmeringen bij de voorbereiding

3. waarin de voorbereiding bestaat

4. de zwarigheden, die bij het voorafgaande kunnen opkomen, weggenomen.

I de noodzaak van de voorbereiding om de volgende redenen:

1. we blijven zondig — door zonde komt er verwijdering tussen God en de ziel — zal er aan het heilig avondmaal gemeenschapsoefening met God zijn, dan moet de zonde worden nagegaan en beleden;

2. de bruidskerk moet onderzoeken of ze gewillig is om zich opnieuw aan den Heere in het verbond over te geven;

3. Jezus, de gastheer, let erop of de gasten het bruiloftskleed aan hebben;

4. in Gods Woord wordt op zelfonderzoek aangedrongen;

5. een ernstige voorbereiding brengt gewoonlijk een zegen mee aan het avondmaal;

6. de voorbereiding is steeds gebruik geweest in de kerk.

II Belemmeringen bij de voorbereiding

1. de zelfbeproeving almaar uitstellen, list van satan dat we het te druk hebben;

2. als werkelijk de tijd ontbrak, zegt satan: nu kan het niet meer — zodoende is er geen vrijmoedigheid;

3. satan, wereld en zonde proberen juist in de tijd van voorbereiding het hart van God af te trekken;

4. men stelt al van tevoren vast: ik kan toch niet gaan (om onenigheid met de naaste, droefheid, veel werk, de macht van een bepaalde zonde, dorheid) — dus ik behoef me niet voor te bereiden;

5. ik weet niet hoe ik me voorbereiden moet;

6. toen ik de voorbereiding verwaarloosd had, ontving ik juist een zegen aan het avondmaal: waarom dan nog voorbereiding?

III Waarin bestaat de voorbereiding?

1. In een vastendag houden;

2. in meditatie over God, 't verbond;

3. plechtige verbondsvernieuwing;

4. aantekeningen maken van zijn bevindingen van het ene avondmaal tot het andere;

5. staan naar het rechte bruiloftskleed, nl. een, nederige gestalte, het oog gevestigd op de volheid van het genadeverbond, honger en dorst naar Christus, vrijmoedigheid, verlangen om met Christus verenigd te worden, liefde tot God en de heiligen, liefde tot heiligmaking.

IV De zwarigheden weggenomen

1. Natuurlijke mensen zeggen: al die plichten, die in het voorafgaande werden voorgesteld, vormen een juk der dienstbaarheid;

2. Anderen zeggen: God zal de genoemde plichten belonen;

3. Christus heeft alles verdiend en de Geest moet het doen; daarom liever stilzitten en God laten werken;

4. Gods kinderen zeggen: er wordt zoveel vereist bij de voorbereiding, zo heb ik het nooit gedaan, daarom vrees ik dat ik nooit met vrucht avondmaal gehouden heb.

Op elk van deze bezwaren gaat Immens uitvoerig in.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen