Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Extra synodevergadering

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Extra synodevergadering

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op vrijdag 16 en zaterdag 17 oktober zal een extra vergadering van de generale synode worden gehouden ter bespreking en behandeling van het rapport Gemeentevormen en Gemeenteopbouw .

Wat de vergaderprocedure betreft is er dit maal een afwijkende regeling getroffen. Op de eerste vergaderdag (16 oktober) komt de synode niet in plenaire zitting bijeen. De generale synode zal die dag in 4 gespreksgroepen worden verdeeld. Vanaf 10.30 uur tot in de avond zullen deze gespreksgroepen doorwerken. Het is de bedoeling dat iedere gespreksgroep het gehele rapport zal behandelen.

Vrijdagsavonds zullen rapporteurs de balans opmaken van hetgeen in deze vier gespreksgroepen naar voren is gekomen.

Op zaterdag 17 oktober begint de plenaire zitting van de synode. In deze voltallige vergadering zal het rapport, met de rapporten uit de gespreksgroepen, worden behandeld.

Zoals de lezers bekend kan zijn, is dit rapport al eerder ter synode behandeld. Het ondervond toen zeer ernstige kritiek, vanwege de fundamentele wijzigingen die in het rapport werden bepleit t.a.v. de structurering van de gemeente. Thans komt het rapport in de synode terug zonder dat de inhoud fundamenteel is gewijzigd. De samenstellers van het rapport zijn: ds. A. v. Es, ds. R. Kaptein, ds. C.A. ter Linden, ds. F.N.M. Nijssen, ds. C.H. v. Rhijn, ds. G. Samson en ds. H.J.N. Zuidersma. Ter informatie geven we hier enkele hoofdmomenten weer, zoals die te vinden zijn in een bulletin van het Hervormde Persbureau.

In de inleiding op het rapport schrijft de commissie, onder voorzitterschap van ds. R. Kaptein dat in vele gemeenten een gebeuren plaatsvindt dat gevat wordt in het al ingeburgerde woord 'herstructurering'. Het gaat hierbij om een proces dat diep ingrijpt, allen en alles raakt en in wezen met 'bekering' heeft te maken. Het komt op gang door het overal ontstaan van twijfel of het werk van de kerk wel op de juiste wijze geschiedt en of de vormen daarvan nog wel 'bij de tijd' zijn.

Thans leven wij in een situatie waarin de hele mensheid zich geplaatst ziet voor de diepste vragen van haar bestaan en toekomst. Daar kan de gemeente zich onmogelijk aan onttrekken. Ze is immers op aarde om God en de mensen te dienen. Ligt het dan niet voor de hand zich af te vragen of de tot nu toe vertrouwde vormen werkelijk de meest geëigende zijn om mens en wereld met het Evangelie te dienen en of daar, waar deze vraag ontkennend wordt beantwoord geen andere vormen moeten worden gevonden waardoor de gemeente deze dienst — trouw aan haar wezen en opdracht — goed kan vervullen?

Het hervormde studierapport 'Wat is er aan de hand met het ambt?' trekt lijnen naar de praktijk welke 'geheel in de lijn van ons geschrift' blijken te liggen, aldus de commissie 'Gemeentevormen...', die zich er voorts over verheugt dat er weinig verschillen van fundamentele aard blijken te zijn tussen het gereformeerde rapport 'Kerk in perspectief' en 'Gemeentevormen en gemeenteopbouw'.

Het rapport wil niet helpen luchtkastelen te bouwen: veranderingen/verbeteringen kunnen op zijn gunstigst in fasen worden bereikt. Er speelt in dit gebeuren nog een andere factor een rol, dat namelijk die modaliteiten die zich sterker tegen de algemene cultuurtrend afzetten 'harder' zijn dan die welke een duidelijke cultuurgevoeligheid hebben. Is het dan bovenal in het gesprek tussen de modaliteiten niet gewenst dat men daarbij niet uitgaat van de oude geschilpunten, maar van de taak der gemeente in de toekomst? Aldus de vraag in het rapport.

In het rapport-gedeelte 'De gemeente en haar werk' worden o.m. vraagtekens gezet bij de traditionele, door slechts één man 'bediende' kerkdienst: Kan één man — terwijl er toch een hele gemeente aanwezig is — 'de dienst uitmaken'? Hij heeft zijn toga aan wordt plechtig 'opgebracht', formuleert de woorden voor het gebed, waarin stellig niet ieder zich herkent.

Komt zo de dienst met haar liturgie als vorm van verkeer met de Heer niet buiten de werkelijkheid te staan?

Nog enkele noties, die in het rapport zelf uitvoeriger aan de orde komen:

— Is het niet beter verenigingsgebouwen (liefst semi-permanente bouw) te hebben waar ook gekerkt kan worden, dan kostbare kerken, waar ook nog wel in de week andere activiteiten (zouden) kunnen plaatsvinden? (vooral in nieuwbouwwijken).

— moet niet (inderdaad) de koppeling Belijdenis-Avondmaal worden losgemaakt? (Voor diverse jongeren zijn het twee verschillende handelingen die elk een eigen vorm van persoonlijke verantwoordelijkheid veronderstellen).

— Moet er niet hard gewerkt worden aan een leerproces (cursussen) dat de (alle) gemeenteleden helpt thuis te geraken in de bijbelse boodschap en van daaruit met een gescherpt oog de wereld te leren zien en het leven te leven?

— Het is onbillijk en onrechtvaardig dat er naast elkaar (financieel) rijke en arme gemeenten bestaan en daarin kan een kerk die zichzelf in deze tijd ernstig neemt niet langer berusten. We vragen ons nadrukkelijk af hoe bij (volledige) handhaving van de lokale zelfstandigheid de evangelische solidariteit van de kerk als geheel echt goed kan worden verwezenlijkt. (Het rapport bepleit voorts ook integratie van kerkvoogdij en diakonie).

Voor 'De praktijk van de herstructurering' geeft het rapport een paar vingerwijzingen. Enkele worden hieronder kort aangestipt:

— achter alle plannen moet een conceptie staan. In alle fasen is intensieve medewerking nodig van de gemeente, die dan ook veelvuldig geraadpleegd, geïnformeerd enz. dient te worden.

— herstructurerhig dient op wetenschappelijk verantwoorde wijze te geschieden, met deskundige hulp, die de methodiek van het proces beheerst.

— De kerk is meer dan het instituut of dan onze kerk. Ook daarom is het goed leden van andere kerken (via de plaatselijke Raad van kerken) en buitenkerkelijke christenen te raadplegen en evt. ook verantwoordelijkheid te geven.

— Differentie van het predikantenwerk, ook officieel (het gebeurt namelijk al), want één dominee alleen kan niet 'alles' en kan niet 'alles voor ieder' zijn. Het rapport noemt de leraar (theoloog, vormingsleider, catecheet) voor het geloofsonderricht; de pastor (theoloog, hulpprediker) voor het groepspastoraat; de pastor (idem) die in samenwerking met werkers uit andere sectoren pastoraat geeft aan hen die psychisch en/of maatschappelijk zijn vastgelopen; de homileet (idem) voor de kerkdiensten en samenkomsten-nieuwe-stijl; de deskundige (pastor-theoloog, econoom) voor de vragen van cultuur en maatschappij; en de beleidsdeskundige.

— geef de predikanten en andere beroepskrachten een zodanige opleiding dat zij zich in de loop der jaren telkens weer kunnen bekwamen voor nieuwe-differentiaties en specialisaties.

— differentiaties brengen de noodzaak met zich mee dat predikanten leren als 'team' te werken, ook met niet-theologen en dan 'op voet van gelijkheid'.

— schaalvergroting sluit allerlei vormen van schaalverkleining niet uit, moet er juist mee gepaard gaan (bijv. kringwerk met kleine taakgroepen).

Slotopmerkingen

We gaven deze zaken door om de gemeenten in te lichten over wat er aan de gang is. We zien aan alles dat de ontwikkelingen zich doorzetten. Bovendien zit het één aan het ander vast. Het rapport ligt geheel in de lijn van het Hervormde Studierapport, dat onlangs verscheen 'Wat is er aan de hand met het ambt? ' Daarover begint ds. Exalto in het nummer van volgende week enkele artikelen. We zijn met onze Hervormde Kerk beland in een kritieke fase. Aanstaande zaterdag vallen er beslissingen, die verreikende consequenties hebben voor ons kerkelijk leven. Maar, zoals in zovele stukken van de kerk, de diepe nood van het kerkelijk leven wordt niet gepeild. Wanneer ds. Kaptein opmerkt dat herstructurering alles te maken heeft met bekering, dan kunnen we niet anders zeggen dan dat de diep bijbelse betekenis van dat woord niet is gepeild. Kerkelijk gezien houdt dat woord veeleer in: uitzuivering van de dwaalleer, die allerwege welig tiert. Wanneer deze bekering er niet komt zal herstructurering de kwaal niet genezen, maar eerder verergeren, omdat ten aanzien van de inrichting van de gemeente de norm meer gelegd wordt bij de situatie in de wereld dan dat deze aan de Schrift wordt ontleend. Over de gang van zaken op de synode hopen we de lezers nader te informeren.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 oktober 1970

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Extra synodevergadering

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 oktober 1970

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's