Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Tijdgeloof

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Tijdgeloof

Pastorale overwegingen

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zelfbedrog en zelfonderzoek

In het voorgaande kwam het tijdgeloof, of het 'geloven in schijn', reeds zijdelings ter sprake. We stelden toen vast dat alles wat echt is en waarde heeft, nagemaakt wordt. Zo is het ook met het echte, het zaligmakende geloof. Behalve het geloof dat de Heere door Zijn Woord en Geest in het hart werkt, is er ook 'geloof' dat op het eerste gezicht sterk op het ware geloof lijkt, maar dat in werkelijkheid toch geen geloof is.

Nu is er niets waarvoor een ware gelovige méér bang is dan hiervoor, dat hij of zij geen waar geloof, doch slechts een tijdgeloof' bezit, en dat hij of zij dus zichzelf bedriegt. Het gebed: Doorgrond mij, o God, en ken mijn hart, beproef mij en ken mijn gedachten, en zie of bij mij een schadelijke weg is en leid mij op de eeuwige weg' (Psalm 139 : 23-24) is geen enkele ware gelovige vreemd.

Bovendien hebben Christus en de apostelen zeer nadrukkelijk gewaarschuwd voor zelfbedrog. 'Onderzoekt uzelf of gij in het geloof zijt, beproeft uzelf' (2 Cor. 13 : 5a). Er is dus alle reden om het geloven in schijn, of het 'tijdgeloof' aan de orde te stellen. En dan willen we uiteraard allereerst zoeken naar wat de Heilige Schrift erover zegt.

Bijbelse gegevens

Het woord 'tijdgeloof' is ontleend aan de gelijkenis van de zaaier. Christus vertelt daarin van het zaad, dat onder andere viel 'op het steenachtige, waar het niet veel aarde had en het ging terstond op omdat het geen diepte van aarde had. Maar als de zon opgegaan was, zo is het verbrand geworden, en omdat het geen wortel had, zo is het verdord'. En later volgt dan de verklaring: Dezen zijn het desgelijks, die op de steenachtige plaatsen bezaaid worden welke, als zij het Woord gehoord hebben, het terstond met vreugde ontvangen, en hebben geen wortel in zichzelf, maar zijn voor een tijd; daarna, als verdrukking of vervolging komt om des Woords wil, zo worden zij terstond geërgerd' (Marcus 4 : 5—6, 16—17). •

Het beeld is duidelijk: de kiemkracht van het zaad, die normaal eerst naar beneden, naar de wortel trekt, trekt hier, op de rotsachtige bodem, omhoog. De plant schiet snel op, véél te snel, want hij heeft geen wortel en kan dus het noodzakelijke vocht niet uit de bodem opzuigen. En als dan de zonnehitte komt, dan verdort de plant zienderogen.

Zó schildert de Heere Jezus de tijdgelovigen. Aan de oppervlakte van hun zieleleven lijken ze ontvankelijk voor het zaad van het Woord, maar al spoedig stuit het gezaaide op de hardheid van het onvernieuwde hart. Onder de prediking van het Woord zijn ze spoedig tot tranen bewogen, maar hun hart blijft er zo koud en zo hard onder als een steen. Ze kennen hun onwaardigheid niet, er is geen enkele aarzeling om tot Christus te gaan en Hem aan te nemen, ook geen vrees om zichzelf te bedriegen, ze staan terstond'in de blijdschap van het geloof. Maar al spoedig volgt de ontnuchtering. Zodra gebleken is dat het volgen van Christus verdrukking en vervolging met zich meebrengen, dan vallen ze af. Dan keren ze Christus de rug toe. Het was allemaal maar voor een tijd. De man die nogal eens wordt genoemd als voorbeeld van een tijdgelovige is Demas, een vroegere medewerker van Paulus. De apostel schrijft over hem: Demas heeft mij verlaten, hebbende de tegenwoordige wereld liefgekregen' (2 Tim. 4 : 10). Blijkbaar is Demas één van degenen geweest die Paulus vergezelden op zijn zendingsreizen en heeft hij hem bijgestaan in de prediking van het evangelie onder de heidenen. Maar dat was een leven waarin men zich ontberingen moest getroosten en waarin offers moesten worden gebracht. En dat kon Demas niet opbrengen. Hij heeft Paulus verlaten en is zijn eigen weg gegaan. Voor hem lag er veel meer aantrekkingskracht in de tegenwoordige wereld dan in de toekomende. Hij had veel meer oog voor de dingen die gezien worden dan voor de dingen die onzichtbaar zijn.

Hierin ligt een ernstige waarschuwing. Het is dus mogelijk een eindweegs mee te lopen en dan op onze schreden terug te keren. Ja te zeggen en dan weer nee. Kerkganger te zijn en later met alles te breken. Belijdenis te hebben gedaan en dan de Heere te verloochenen. Zelfs te spreken over de dingen van het Koninkrijk der hemelen, bezig te zijn met onze eeuwige zaligheid, vreugde te vinden in de dienst van God.. . en het kan allemaal overgaan...

Waar ligt de oorzaak? Wel, er was helemaal geen geloof, er was alleen maar gevoel. Er was geen geloofskennis, alleen maar verstandelijke beschouwing. Geen vreugde in God, die gepaard gaat met droefheid over de zonde; alleen maar wat oppervlakkige blijdschap.

De aard van het tijdgeloof

Wat is nu het typische van het tijdgeloof? Ik vond dat ergens treffend uitgedrukt in een beeld. Een tijdgelovige is net als een bezoeker van een museum. Hij loopt door dat museum heen en bekijkt de kunstschatten, die daar tentoongesteld worden. Hij heeft er kijk op, hij kan erover oordelen, hij kent de waarde van die schatten, hij beleeft er zelfs plezier aan. Maar hij heeft ze niet in eigendom, hij denkt er zelfs niet aan ze ooit te zullen bezitten. Hij heeft er genoeg aan, ernaar te kijken en ze te bewonderen.

Zo doet nu ook de tijdgelovige. Hij kent het Woord van God en hij heeft enig besef van de rijkdom van dat Woord. Hij spreekt erover en hij geniet ervan. Maar hij heeft de kracht van dat Woord nooit aan zijn hart gevoeld. Hij kent niet de droefheid over de zonde, ook niet de hartelijke vreugde in God door Christus. Hij spreekt wel, en hij hoort wel graag spreken over het werk van de Heilige Geest in de harten van anderen, maar hij blijft zelf op een afstand. Hij zoekt niet vaste grond onder zijn voeten te krijgen, maar hij heeft genoeg aan zijn eigen ondeugdelijke gronden. Hij zoekt naar kenmerken om daaruit te concluderen dat hij deel heeft aan Christus, maar in wezen is hij bang voor zelfonderzoek. Strijd of aanvechting kent hij niet, hij kan altijd geloven. Hij heeft ook geen behoefte aan heiliging van het leven, hij kan zijn afgoden niet vaarwel zeggen. Kortom, hij is niet afgesneden van zichzelf en overgeplant in Christus. ,

Het kardinale verschil

Ondanks dat alles kan een tijdgelovige opgang maken, zó, dat iemand met een waar, doch zwak geloof, hoog tegen hem opziet en dat de vrees hem kan besluipen dat het met hem nog niets is. .. Op het eerste gezicht immers lijken het tijdgeloof en het ware geloof sterk op elkaar, ja, schijnt het tijdgeloof het ware geloof verre te overtreffen. Toch is er een hemelsbreed onderscheid.

Ik laat even Wilhelmus a Brakel aan het woord. Hij schrijft in zijn 'Redelijke Godsdienst': 'Men moet zich niet inbeelden dat het ware geloof en het tijdgeloof elkander zo nabij komen dat ze zeer bezwaarlijk van elkander te onderscheiden zijn en voor het merendeel alleen maar in tijd en duur verschillen, want ze zijn in de gehele natuur van elkander verschillend, en er is zulk een onderscheid tussen die beide als tussen dood en leven, als tussen licht en duisternis. Maar de moeilijkheid om het te onderkennen is in de mens en in de toepassing op zichzelf. Een ware gelovige is nog gemakkelijker te overtuigen dat hij het ware geloof heeft, dan een tijdgelovige dat hij het mist'.

En nadat Brakel dan een groot aantal verschillen heeft opgesomd tussen waar geloof en tijdgeloof komt hij eindelijk tot het kardinale verschil: 'Wanneer men naar het uiterlijke zou zien, dan zouden vele Godzaligen in vele zaken overwonnen worden door de anderen. Maar er is in de Godzaligen iets anders, dat het allerminste in hen het allergrootste van de tijdgelovigen onvergelijkelijk overtreft, en dat is de Heilige Geest. De tijdgelovigen hebben noch geest, noch leven, maar de ware gelovigen hebben die beide. En daarom deugt het werk van de tijdgelovigen niet en van de ware gelovigen wèl. Hierin is het onderscheid: de tijdgelovigen werken door de rede of door de billijkheid, of door de beminnelijkheid van de zaken, of door het karakter, of door de opvoeding, of door de vrees voor de straf, of om door mensen gezien te worden, en op een grove of meer verfijnde manier eer, liefde, achting, bewondering te verkrijgen, maar de Godzaligen werken door de Heilige Geest en vanuit het inwendig beginsel van het geestelijke leven'.

De vraag naar het bezit van het ware geloof is dus onlosmakelijk verbonden aan de vraag: 'Heb ik de, Heilige Geest ontvangen? ' En dat blijkt hieruit, dat ik die Geest ook nodig heb om mezelf te onderzoeken. Zó, dat we weer terecht komen bij het gebed, dat al eerder werd geciteerd: 'Doorgrond me, o God en ken mijn hart...'

Bekering van een tijdgeïovige

Héél in het kort willen we de vraag aansnijden of bekering van een tijdgelovige mogelijk is. De prediking moet er namelijk op gericht zijn, tijdgelovigen te ontmaskeren, maar mag daarbij niet blijven staan. Het is niet genoeg iemand ervan te overtuigen dat hij het ware geloof mist; hij zal ook moeten worden aangespoord het ware geloof te zoeken.

Tijdgelovigen moeten dus worden opgeroepen, in waarheid te doen, wat ze tot nog toe alleen in schijn deden: de toevlucht nemen tot Christus en Zijn gerechtigheid en al hun zaligheid bij Hem alleen zoeken. Dat is een zwaar werk: iemand die meent miljonair te zijn, te doen geloven dat hij straatarm is. Maar het is ook niet óns werk, het is het werk van de Heilige Geest, Die lust heeft tot waarheid in het binnenste en in het verborgen Zijn wijsheid bekendmaakt. En Die er toch mensen voor wil gebruiken om, zoals Jacobus zegt, 'een zondaar van de dwaling van zijn weg te bekeren'. Ook van de dwaalweg van het schijngeloof.

 

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 april 1973

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Tijdgeloof

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 april 1973

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's