Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit de pers

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de pers

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

50 jaar Radio Bloemendaal

Zondag 15 juni 1924 vond de eerste uitzending plaats van een kerkdienst uit de geref. kerk van Bloemendaal door Radio Bloemendaal. Het Centraal Weekblad voor de Geref. Kerken van 18 mei wijdt aan deze voor ons land unieke zender een bijdrage nu men terug kan zien op een uitzendperiode van 50 jaar. Nog elke zondag immers verzorgt Radio Bloemendaal kerkdienstuitzendingen, liefst 4 per zondag. Hoe is een en ander tot stand gekomen ?

Natuurlijk was aan één en ander viitvoerig overleg voorafgegaan. De aanvraag was namelijk een buitengewoon geval, en zou dat ook altijd blijven. 'Radio Bloemendaal' is namelijk voorzover bekend de enige zender in z'n soort.

Zenders die gebruikt worden voor de verbreiding/ van het Evangelie zijn er genoeg; er zijn er die honderden malen sterker ^ijn dan 'Bloemendaal'. Maar een zender die alleeti gebruikt mag worden voor het uitzenden van een aantal kerkdiensten op zon-en feestdagen, in eigendom van een plaatselijke kerkelijke gemeente: dat is een unicum !

Initiatiefnemers waren enkele radio-amateurs die lid waren van de toen nog maar zes jaar oude gereformeerde kerk van Bloemendaal, die in ds. Joh. C. Brussaard een begenadigd prediker als haar predikant had. Het nuttige (uitzending van kerkdiensten voor zieke en bejaarde gemeenteleden) werd met het aangename (de hobby) verenigd en de kerkeraad verleende medewerking en vroeg Den Haag om toestemming.

Het was een hele opgaaf voor gereformeerd Bloemendaal om de benodigde gelden bijeen te krijgen. Om voor de vergunning niet ƒ380, — doch f290, ^per jaar te moeten betalen werd op eigen verzoek het aantal beschikbare zend-uren tot een minimum beperkt.

Sindsdien is Radio Bloemendaal vrijwel elke zon-en feestdag in de lucht geweest, met uitzondering van de periode 1943—1948.

Het begin van de oorlog bracht al moeilijkheden met zich mee. Elke dienst werd door twee Duitse militairen bijgewoond en de studio en zendmast kwamen onder Duits beheer.

Ook de vordering van radiotoesteUen kon Radio Bloemendaal niet uit de ether verdrijven: het argument dat de zender speciaal voor zieken uitzond (ziekenhuizen mochten nog wel over radio's beschikken) werd zowaar door de bezetter geaccepteerd. Maar het was uitstel van executie. In 1943 werd de zender gevorderd en gesloopt!

'Op historische gronden' werd in 1948 weer een zendvergunning afgegeven. De mjiximale capaciteit mag sindsdien echter maar 50 watt bedragen. 'Lopik' werkt met 100.000 watt, dus daarmee kan het Bloemendaalse zendertje niet vergeleken worden. In 1959 ging Radio Bloemendaal weer een nieuwe fase in: het nieuwe Iferkgebouw werd in gebruik ge-'

nomen. Het geschenk van B. en W. van Bloemendaal was een aangename verrassing: de zender mocht worden geplaatst op het hoogste punt in de gemeente — het Bloemendaalse kopje! Uiteraard heeft men ook buiten Bloemendaal 'lucht gekregen' van de uitzendingen. Hoeveel luisteraars regelmatig afstemmen op 245, 3 m (1223 kHz) is niet na te gaan. Maar dat de belangstelling voor de kerkzender niet gering is blijkt uit de reacties die de predikanten Roos en Boeyinga bijna dagelijks ontvangen.

Uit die reacties blijkt dat naar de diensten van Radio Bloemendaal vooral geluisterd wordt door zieken en aan huis gebonden leden van de Geref. Kerken en van andere kerken, en voorfs door buitenkerkelijke luisteraars die vooral afstemmen op de evangelisatiediensten. Dit evangelisatiewerk — met als gevolg een radiogemeente, die rondom deze uitzendingen ontstaat — betekent natuurlijk een extra-belasting voor de plaatselijke gemeente. Maar het werk wordt met enthousiasme en liefde gedaan.

Uit het artikel waaruit we een en ander overnamen blijkt hoe uitzendingen van gewone kerkdiensten en van evangelisatorisch ingestelde diensten op prijs worden gesteld door een grote .groep luisteraars. Ik meen dat het IKOR/CvK er goed aan zou doen eens lering te trekken uit de ervaringen van Radio Bloemendaal. De gewone kerkdienst op de zondagmorgen mag voor de radio toch niet ontbreken, juist terwille van de grote groep van zieken en aan huis gebondenen die op de radio-uitzendingen zijn aangewezen. Maar wie de programmering van het IKOR eens een poosje volgt ontdekt dat hier hoe langer hoe meer op besnoeid wordt. Of het gemeentelid deze besnoeiing op prijs ' stelt, wordt niet gevraagd Helaas niet ! Een enquête zou wel eens verhelderend kunnen werken.

Beroepingswerk

Van de radio-uitzendingen naar het beroepingswerk. In Woord en Dienst van 1 juni schetst ds. D. J. Karres uitgaande van het jaarverslag '72/73 van de commissie voor het beroepingswerk' de situa-' tie. Hij karakteriseert die door de woorden 'distels en bloemen op het beroepingspad'.

Tot de harde feiten, de distels, rekent Karres het volgende:

• een langzame, maar zekere achteruitgang van het aantal predikantsplaatsen, zo'n vijfentwintig per jaar, tot een nog niet berekenbare grens;

• financiële moeilijkheden in een aantal gemeenten, waardoor soms een predikant het veld moet ruimen of een vacature lang gerekt wordt om op verhaal te komen en noodzakelijke aflossingen te verrichten;

' • vermindering van het aantal uitgebrachte beroepen, waardoor met name in de middengroepen van de kerk er, op elke tien predikanten, één mutatie per jaar plaatsvindt (ofwel elke predikant gemiddeld tien jaar in één gemeente staat, ouderen meestal langer omdat jongeren het korter doen);

• de noodzaak voor kandidaten om vaak langer op een beroep te wachten dan zij wel wensen, met alle spanningen en teleurstellingen vandien;

• een toename van emeriteringen wegens invaliditeit, van 8 in 1970 tot 16 in 1973, verdubbeld;

• de grotere moeilijkheid voor oudere predikanten in grote gemeenten om nog eens een kleine gemeente te dienen, omdat men veelal jeugdige energie hoger schat dan gerijpte ervaring en levenswijsheid.

Dit zijn realiteiten, die niet alleen concreet de getroffenen raken, maar werkeljke zorg moeten zijn voor de gehele kerk.

Maar ook de positieve punten moeten genoemd worden.

• In 1973 heeft de Hervormde Kerk een ongekend hoog aantal nieuwe predikanten opgenomen: niet ^minder dan 74!;

• onder hen bevond zich een aantal hulppredikers, die door hun werk een nieuwe predikantsplaats hebben voorbereid;

• enkele studenten konden worden beroepen in een 'slapende' gemeente, die mee door hun pastorale wej-k als een doornroosje tot nieuw leven was gewekt;

H door meegroeiende offervaardigheid van gemeenten steeg het aantal predikanten in' eerste-groepsgemeententot élPk van het totaal;

• ondanks een duidelijke voorkeur bij veel gemeenten voor jongeren onder de 45 kreeg toch nog menig ouder predikant een aanvaardbaar beroep naar een kleinere gemeente;

• de comrhissie voor het beroepingswerk mocht zelf een ereprijs plukken; niet minder dan 45% van haar adviezen werd opgevolgd !

Oók dit zijn realiteiten, die niet alleen leuk zijn' voor de bevoorrechten, maar ook echte hoop mogen geven voor heel de kerk. .Want al staat de kerk niet met een dominee — telkens krijg je wel de indruk dat ze met hem kan vallen en gelukkig ook weer opstaan. •

Nuchtere gegevens die een overweging meer dan waard zijn. Cijfers zeggen wel niet alles, maar kunnen toch een beeld bieden waar we in elk geval op moeten letten. Ds. Karres wijst er voorts op dat een groeiend aantal gemeenten niet zo maar willekeurig op pad gaat, maar via gesprek tot een afspraak zoekt te komen, waarbij beroeping en aanvaarding als één conclusie samenvallen. Verder blijkt dat het aantal kandidaten dat niet per se een volledig predikantschap zoekt, maar als part-timet-ergens beroepen wórdt, toeneemt. Wij geven de feiten uit dit jaarverslag graag aan u door. Het beroepingswerk in de kerk hangt immers met een aantal belangrijke zaken samen (visie op het gemeente-zijn, visie op het ambt, de financiële problematiek, maar met name toch ook: hoe reilt en zeilt de gemeente anno 1974 ? ). Vergis ik me, als ik meen dat de roep om herstructurering wat afneemt, omdat we toch hoe langer hoe meer weer gaan zien dat het met name toch gaat om de praktische vormgeving van het gewone gemeente zijn. Gewoon en altijd weer bijzonder: de vergadering van de gemeente Gods rondom Woord en sacrament.

Hervorming

Op de jaarvergadering van de afdeling Gouda van Protesstants Nederland heeft ds. L. Kievit, de plaatselijke pastor gesproken over Hervorniing. In Protestants Nederland van juni '74 vinden we een weergave van zijn inleiding. Ds. Kievit ging onder meer in op het woordgebruik:

Reformatorisch klinkt ons tegenwoordig wat steviger in de oren, dan de aanduiding die uw vereniging nog in haar vaandel voert: protestant. Hoewel men deze naam met recht mag dragen, het is een oude naam, en onderstreept het getuigenis, de verklaring die men van het geloof aflegde. Langzamerhand is die naam wat vervlakt. Protestanten waren óf alle niet rooms-katholieken, of allen die duidelijk anti-rooms waren.» Ook vrijzinnigen maakten er aanspraak op en dat kwam de duidelijkheid niet ten goede. Woorden kunnen aan inhoud verliezen.

Nu doet de naam: 'reformatorisch' opgeld. We plakken die op scholen en kranten, samenkomsten en gesprekken. Maar ook dit woord is aan devaluatie onderhevig. Bovendien dekt de vlag de lading niet altijd, welke vlag men ook voert. Reformatorisch betekent: wat van de reformatoren stamt, of aan hen verwant is. Nu, dan is het ruimer, dan velen menen. Luther en Calvijn, Bucer en Bullinger waren reformatoren, die bij alle gemeenschappelijke, toch ook onderlinge verschillen vertoonden. Ik zou om een lief ding wensen, dat. onder de vlag reformatorisch, geen sektarische lading vervoerd werd ! Legt u wat de reformatoren spraken en schreven, eens naast veel wat als 'reformatorisch' gesproken en geschreven wordt en u zult het met mij eens zijn: het heeft er niet veel van ! Een zuivering is niet overbodig, zij zou onze geloofwaardigheid ten goede komen. Hervorming is reformatie; reformatie heeft te maken met reformatoren. Reformatorisch is dus... Reformatorisch is niet: de reformatoren op een voetstuk plaatsen, of zelfs maar ons op hen, als laatste instantie, beroepen. Het gaat om wat de Reformatie bewoog en wat zij beoogde: Een nieuw verstaan van de H. Schrift! ZuUen we maar niet meteen tot de zaak komen, die hen bezig hield ?

In de Hervorming gaat het over het Evangelie ! En wel over het evangelie van de gerechtigheid Gods. Een eigenaardige samenvoeging ! Dat was het nieu­ we verstaan, heel in het kort. Maar dat Evangelie trekt de hedendaagse belangstelling niet. Rome rept er nog steeds niet van. Het speelt nauwelijks een rol in het gesprek met Rome. De 'hervormde' kerken weten er niet goed raad mee. De vragen, die hier opdoemen, zijn achterhaald ! Maar, waar ondei; ons hoort men de gerechtigheid Gods noemen en roemen, als evangelie ? Hebben wij, erfgenamen van de Reformatie, het erfgoed er soms doorgebracht ? Het Evangelie als bevrijdend en verblijdend nieuws van Godswege ! Wordt het zo ontvangen ? Klinken enige rechtzinnige en zwaarwichtige woorden, wel écht ? Vraagtekens te over.

Zullen we maar weer eens luisteren naar... Paulus. Wat hebben de hervormers naar hem, dat is naar de Héére gehoord ! Het is in huti lijn, wanneer we dat vanavond doen. Het is reformatorisch bij de Schrift in de leer te gaan. Terug naar de bron, naar de fontein. Ook in het hart van de hedendaagse woestijn, ontspringt die heldere fontein.

• De zaak der Hervorming staat en valt met de belijdenis van de rechtvaardiging van de goddeloze. Raakt deze belijdenis zoek, dan geeft de kerk het meest wezenlijke van de Reformatie weg^ Dat is het moeilijke punt in allerlei oecumenische pogingen. — Bemiddelingspogingen, die doorgaans een verzwakking betekenen van het belijden. Ook de geschiedenis kan ons op dit punt waarschuwen. Laat de kerk blijven bij het geloofsartikel van de rechtvaardiging. Dan is ze bij het hart van de zaak. Dan heeft ze ook een boodschap voor de wereld.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 juni 1974

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Uit de pers

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 juni 1974

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's