Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

In Uw rust geborgen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In Uw rust geborgen

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het schrijven van christelijke poëzie is geen eenvoudige zaak. Het is beslist iets anders dan gemakkelijk en handig rijmen over God en goddelijke zaken. Tenminste. .. als we het woord 'poëzie' ernstig willen nemen. Iemand die een oprecht geloof bezit en daarnaast een zekere rijmvaardigheid in zijn bagage heeft, kan ongetwijfeld honderden verzen op papier zetten. Deze verzen kunnen dan inhoudelijk best acceptabel zijn en onze instemming hebben. Vanuit een bepaald gezichtspunt mogen we er misschien zelfs dankbaar voor zijn, maar daarmee behoren ze nog niet tot het gebied van de kunst!

Kunst — de christelijke niet uitgezonderd — veronderstelt een zeer persoonlijke beleving en gedrevenheid. Wat de kunstenaar, de dichter innerlijk beleeft, moet uitkristalliseren in een zuivere vorm. Die vorm zal iets eigens, iets verrassends dienen te hebben, wil de lezer getroffen worden. Het is niet zo, dat een christelijk dichter alleen maar wat grepen hoeft te doen uit een soort godsdienstig woordenboek. Als een dichter het niveau van de kunst wil bereiken, zal hij aan eigen ervaring en beleving gestalte moeten geven in een eigen taal. Het gaat daarbij niet om een onverstaanbare taal, maar wel om het meest juiste en treffende woord op de juiste plaats. Een goed dichter smeedt zijn taal, hij kiest uit een uitgebreide woordenschat, hij put uit een groot taalreservoir. In zekere zin schept hij iets nieuws, en dit vereist een bepaalde begaafdheid die lang niet iedereen bezit.

De dichteres Jacqueline van der Waals

We zijn gauw geneigd naar het verre verleden te kijken als het gaat om christelijke poëzie van hoog niveau. Gelukkig heeft echter ook de 20ste eeuw ons dichters opgeleverd die religieuze gedichten van behoorlijk kaliber hebben geschreven. Ik wil in dit nummer rond Goede Vrijdag en Pasen de schijnwerper richten op het werk van één van hen, de dichteres Jacqueline van der Waals. Deze sympathieke en begaafde vrouw leefde van 1868 tot 1922. Tussen 1900 en 1920 verschenen van haar drie bundels poëzie en de roman Noortje Velt. Na haar dood zag nog Laatste Verzen het licht, door velen beschouwd als haar beste bundel. In de verschillende bundels heeft de dichteres in eenvoudige taal en op persoonlijke wijze haar liefde voor Gods schepping onder woorden gebracht. Misschien is zij in natuurgedichten waarin ze een zeer verfijnde en gevoelige natuurimpressie geeft, op haar sterkst. Zo bijvoorbeeld in het gedicht Winterstilte met de bekende beginregels:

De grond is wit, de nevel wit,

De wolken, waar nog sneeuw in zit,

Zijn wit, dat zacht vergrijzelt. 

Het fijngetakt geboomte zit

Met witte rijp beijzeld.

Veel schreef ze ook over haar innerlijke strijd, een strijd tussen overgave aan God en zelfhandhaving, geloof en ongeloof, zekerheid en twijfel, rust en onrust. De dichteres, die altijd een zwakke gezondheid heeft gehad, heeft ons vooral in haar laatste bundel ontrperende gedichten geschonken, waarin ze 'het nieren van de dood' verwerkt en beschrijft. Ook hier is er sprake van een gevecht: tussen opstand en kalme hoop, tussen oproerige gedachten en stille berusting. In alle eerlijkheid spreekt ze uit .dat ze de dood niet 'goede dood' kan noemen, omdat ze het leven en vooral de natuur zo mooi vindt. Maar ze kan ook niet 'boze dood' over haar lippen krijgen, omdat ze de dood ziet als een afgezant van God.

Lijdens gedichten

Jacqueline van der Waals heeft enige gedichten geschreven geïnspireerd door het lijden en sterven van Christus. Het eerstq gedicht dat ik opneem, heeft als titel Gethsemané. Heel sterk benadrukt de dichteres dat Jezus geheel alléén de smartelijke weg is opgegaan die uitliep op het kruis. Hij werd door iedereen verlaten. Wie zal Jezus' smart ooit kunnen peilen ?

Gethsemané

Jezus, de laatste der nachten. Ging naar de hof der olijven. Liet Zijn discipelen blijven. Buiten de duistere gaard; Toen koos Hij drie uit hun midden. Met Hem te waken, te bidden. Maar door het bidden en wachten Werden hunne ogen bezwaard.

Kon dan niet één met Hem waken ? Eén in die smartelijke uren Met Hem de droefheid verduren Van Zijn verwerping. Zijn smaad ? Moest Hij, die zwartste der nachten,  Eenzaam de kruisdood verwachten. Eenzaam de bitterheid smaken Van de triomf van het kwaad ?

'k Wil bij Uw droefheid verwijlen, In Uwe smarten verzinken. Gij, die de beker moest drinken. Die de verzoening ons bracht. Wie zal de angsten doorgronden Van deze nachtlijke stonden ? Wie zal de duisternis peilen Van deze duistere nacht ?

Het tweede gedicht dat ik laat volgen, draagt de titel Herzliebster Jesu, was hast du verbrochen (d.w.z. Allerliefste Jezus, wat hebt Gij misdreven). Alle accent valt in dit gedicht op de volkomen onschuld van Jezus. Hij verwierf verzoening voor schuldige mensen die zfelf de dood verdienen. Jezus gaf het offer van Zijn leven. De dichteres besluit met te zeggen dat ze zichzelf ten offer wil geven, waarmee ze bedoelt: haar hele leven, haar ganse hart toevertrouwen aan Hem die Zijn leven gaf op Golgotha.

Herzliebster Jesu, was hast du verbrochen

Noem de overtreding mij, die Gij begaan hebt, Het kwaad, gekruisigd God, dat Gij gedaan hebt Waaraan Uw volk U schuldig heeft bevonden. Noem mij Uw zonden.

Gij wordt gegeseld en gekroond met doornen, Geminacht eils de minste der vertoornen. En als een booswicht, die zijn straf moet dragen, Aan 't kruis geslagen.

Zeg mij, waarom men U aldus gehoond heeft, U dus, mijn vorst, gescepterd en gekroond heeft, — Om voor mijn schuld verzoening te verwerven. Moest Gij sterven.

Hoe vreemd, dat voor de schapen zijner weide De herder zelf ter slachtbank zich liet leiden. De heer zich voor de Schulden zijner knechten Aan 't kruis liqt hechten !

O wonderbare Liefde, die ons denken Te boven gaat, wat kan mijn liefde U schenken. Wat ooit bereiken met de arbeid mijner dagen. Dat U behage ?

O Liefde, voor dit offer van Uw leven. Wat kan ik dan mijzelf ten offer geven, Opdat ik nooit, hetzij ik leve of sterve. Uw liefde derve. 

In Uw rust geborgen

Jacqueline van der Waals behoort niet tot de grootste dichters die ons land heeft voortgebracht. Wél staan haar beste gedichten op zo'n hoog peil dat we deze terecht rekenen tot de christelijke kunst. Het is daarom een gelukkige omstandigheid dat een bloemlezing van haar werk opnie\iw verkrijgbaar is onder de titel Gebroken Kleuren.

De bekende dichter Geerten Gossaert, die zelf een aantal christelijke gedichten van zeer hoog literair niveau heeft gepubliceerd, schreef over haar het volgende: 'De enige en waarachtige christelijke dichteres die ik in mijn generatie heb gekend, dat was Jacqueline van der Waals'. Van één gedicht was hij het meest onder de indruk: 'Ik heb haar eens gezegd, dat ik om dit vers zelf te hebben geschreven mijn hele verder werk graag zou offeren, en dat meen ik nog. Dit is christelijke, pure poëzie in de puurste intentie: alleen God, tegenover de ziel.' Dit gedicht luidt:

Die mijns harten vrede zijt. En de enig ware ruste. Reine bron van klare lusten, Zuivre zon van zaligheid — Laat mij willen en niet willen. Wat Gij wilt erf niet en wilt. Blijde gaande door het stille Leven in uw vree verstild. Buiten U is niets dan strijd. Niets dan moeiten, niets dan zorgen — Laat mij, in Uw rust geborgen, Slapen gaan in eeuwigheid.

De rust in God is de 'enig ware ruste'. Die vrede is mogelijk gemaakt door Jezus Christus, die geleden heeft, die gestorven is en... die is opgestaan !

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 april 1976

De Waarheidsvriend | 14 Pagina's

In Uw rust geborgen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 april 1976

De Waarheidsvriend | 14 Pagina's