Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

In gesprek over Jeruzalem

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In gesprek over Jeruzalem

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

En ik zeide tot den koning . . . . .Nehemia 2 : 3a. Toen zeide ik tot hem . . . Nehemia 2 : 17a. Toen gaf ik hun tot antwoord . . . . Nehemia 2 : 20a.

’Geen woorden, maar daden'. Het is één van de leuzen waaraan onze tijd zo rijk is. Het is een onbijbelse leuze, want in de Bijbel zijn woord en daad één. En waar de H. Geest zijn dienstknechten toebereidt tot hun taak, daar gaat Hij ook in hun leven die éénheid tussen woord en daad weer in beginsel herstellen. Overigens is de volgorde wel van belang. Eerst wordt de gebedsgemeenschap met de levende God hersteld, dan volgt het contact met de naaste. Vandaag is voor duizenden mensen het gebed tot God een onmogelijke of een overbodige zaak geworden. Men gelooft niet meer in een Persoonlijk God, Die luistert naar onze noden en vragen. Maar het gevolg is dan ook, dat we de communicatie met onze medemensen verliezen. We kbmen zo langzamerhand terecht in een volledige spraak- en begripsverwarring. Ouders kunnen hun kinderen niet meer bereiken, leraren en leerlingen verstaan elkaar niet meer, enz. De diepste oorzaak is, dat de verhouding tot God ontbreekt. Het ontbreekt in onze tijd werkelijk niet aan grootse plannen, niet aan initiatieven om misstanden van eeuwen uit de weg te ruimen. Maar God wordt er niet in gekend. Het gebeurt in eigen kracht, met als gevolg dat de chaos alleen maar groter wordt.

Bij de herstel- en hervormingsplannen van Nehemia loopt het alles heel anders. Niet dat het allemaal van een leien dakje gaat, maar het voornemen wordt toch uitgevoerd. In dit tweede hoofdstuk voert Nehemia nu achtereenvolgens een gesprek met koning Arthahsasta, met de overheidspersonen in Jeruzalem en tenslotte met enkele bittere vijanden van de joden. Wij willen nu enkele opmerkingen maken bij elk van deze gesprekken.

In gesprek met de koning

Vier maanden heeft Nehemia op dit gesprek moeten wachten. Vier maanden van spanning en aanvechting. Het is hem aan te zien. Het valt zelfs deze oosterse monarch op, dat zijn dienaar er slecht uitziet. Terloops informeert hij naar de oorzaak. Toevallig ? Kom nou, de goede hand des Heeren is over Nehemia en baant voor hem de weg. Overigens, nu het grote moment daar is, klopt het hart hem in de keel. Hoe zal zijn verzoek overkomen ? En..., eerst gaat er nog een schietgebed naar God omhoog. 'Toen bad ik ... Nee, lees er niet over heen, want hier ligt het geheim en de kracht van Nehemia. Hij kent de gebedsgemeenschap met zijn God, niet alleen in de binnenkamer, maar ook onder het werk. Nehemia moet leven en werken in een heidense, een weelderige, een lichtzinnige omgeving, iedere dag weer. Hoe houdt de man het uit! De spanningen op school, in de fabriek, hoeveel christenen gaan er niet onderdoor vandaag aan de dag ? Kennen we nog de bevrijding van het gebed ? Het gebed dat als een uitlaatklep fungeert en waardoor de ondragelijke spanning ontsnapt en omhoog stijgt. Bij Nehemia is de spanning gebroken. Het verzoek wordt in alle rust gedaan. Hij doet het niet kruiperig, maar op gepaste wijze. Hij neemt de regels in acht. Zijn levensdevies is: 'Vreest God eert den koning'. En het verzoek valt in goede aarde. Nehemia ziet er gebedsverhoring in en zijn geloofsvertrouwen groeit. Vrijmoedig vraagt hij ook nog om een reispas en om bouwmateriaal. Hier leren we Nehemia kennen als een door en door praktisch man. De godsvrucht is tot alle dingen nuttig. Vroomheid, gebed en zakelijkheid kunnen hand in hand gaan. Hier zou nog veel over te zeggen zijn. Nu alleen deze opmerking: Nehemia kent de ootmoedige en afhankelijke omgang met zijn God. Tegelijk maakt hij een vrijmoedig gebruik van de ten dienste staande middelen. En de uitkomst leert: zijn leven en werk wordt wonderlijk gezegend.

In gesprek met de Overheid van Jeruzalem.

Veilig bereikt Nehemia Jeruzalem. Na drie dagen houdt hij een inspectietocht bij nacht. Hij wil de werkelijkheid onder ogen zien. De situatie is verre' van rooskleurig. Er is niet alleen een verwoeste stadsmuur, er zijn ook bittere vijanden die invloed hebben op de joodse leidslieden. Nehemia treft in Jeruzalem mensen aan die moedeloos en in doffe berusting zich hebben neergelegd bij de bestaande toestand. Deze mensen moet hij inwinnen voor de herbouwplannen. Hij kon hen als gevolmachtigde van de koning bevelen, maar hij geeft de voorkeur aan een rustig gesprek. Eerst drukt hij hen met de neus op de feiten. 'Gij ziet de ellende...' Ja, dat is nu juist de vraag. Zien zij en wij de ellende wel waarin we terecht gekomen zijn ? Of zijn we gewend geraakt aan een verscheurde kerk en een ontkerstende samenleving ? We leren er mee te leven. Het is toch niet te veranderen.

’Gij ziet de ellende...' Als het nog enkele jaren zo doorgaat is Jeruzalem en zijn tempel verdwenen. Vandaag is het onder ons niet beter gesteld. Wie werpt een dam op; in de tweede kamer, in de kerk, in de gezinnen ? Nehemia laat een appèl horen en tegelijk wijst hij op Gods gunstige gezindheid. Kan dat, dat God ons temidden van onze ellende gunstig gezind is ? Al die rampspoed getuigt toch van het tegendeel ? Zo redeneren wij mensen altijd weer. Wat verstaan we van Gods weg ? Herbouw, reformatie, bekering. We schudden mistroostig ons hoofd, niet haalbaar, het ontbreekt ons aan mankracht, aan geld, aan alles. Dat is zo ! Maar Nehemia wijst op de hand des Heeren. Die is er. Die is machtig, barmhartig, hupvaardig, tot verlossing bereid. M.a.w. Nehemia predikt het evangelie in de taal van het oude testament. Wat een perspectief ! En het teken van Gods gunst is er. Want de perzische koning wil de herbouw ! Dat is een complete verrassing. Hij die altijd fel tegen was, is nu ineens voorstander. Onvoorstelbaar ! Ach ja, we belijden het: God neigt de harten der koningen als waterbeken. Maar als het gebeurt staan we perplex.

In gesprek met de vijanden

Zodra er geruchten en tekenen van herbouw zijn, worden de vijanden actief. Dat is altijd zo. Nehemia wordt voorwerp van spot en leugenpropaganda. Dat zijn oude wapens uit het tuighuis van de duivel, maar ze doen het nog altijd. Sanballat en Tobia willen de zaak belachelijk maken. Nehemia wordt voorgesteld als een avonturier en een rebel.

Het zijn grove leugens, zoals er vandaag ook zoveel valse beschuldigingen gelanceerd worden. Wat doe je er tegen ? Nehemia hanteert het wapen van het Woord.

Dat is altijd doeltreffend. 'God van den hemel, Die zal het ons doen gelukken...' Dat is geloofstaal. Kent die man dan helemaal geen twijfel ? zegt iemand. Wij kennen hem ook van de binnenkamer. Daar bidt hij: 'Och, Heere... doe het toch Uw knecht heden wel gelukken...' Dat is het geheim van de prediking en van de dialoog met de vijand. Wat de Heere is afge­beden, pleitend op Zijn Woord, dat mag de gemeente aIs stellige belofte tot bemoediging worden verkondigd. Tegelijk is het een feilloos wapen als er met de vijand gesproken moet worden in de poort. Zo wil God zijn knechten zien: smekelingen aan de troon der genade, geloofsgetuigen op de kansel, geloofshelden in de strijd. Me dunkt, hier zit nog stof in voor verdere meditatie voor u en mij.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 september 1976

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

In gesprek over Jeruzalem

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 september 1976

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's