Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Welzijn in Bijbels licht

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Welzijn in Bijbels licht

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ds. C. den Boer e.a. Met het oog op ons welzijn, Aspecten van het maatschappelijk leven in Bijbels licht, 160 blz. ƒ 17, 50. Kok, Kampen 1977

Een belangrijke zaak

Bezinning op en beraad over de vragen van welvaart en welzijn zijn stellig geen studeerkameraangelegenheden van lieden die zich in een ivoren toren opsluiten. Integendeel, elk belangstellend en meelevend gemeentelid krijgt er mee te maken, wanneer hij of zij b.v. aktief is in vormen van jeugdwerk, onderwijs, maatschappelijk werk, of wanneer men zich in het kader van een politieke partij inzet, of in de diakonale sector werkzaam is. Deze bezinning is nooit een neutrale aangelegenheid. De vraag is immers altijd weer: Vanuit welke uitgangspunten en motieven spreekt en handelt men? En ook: Wat is het doel dat men zich stelt in maatschappelijke vragen rondom welvaart en welzijn? Het is niet onverschillig hoe we in dit opzicht over de mens denken, wat we verstaan onder heil, en hoe we tegen de wereld aankijken.

De ons ter bespreking toegezonden bundel bevat een aantal bijdragen waarin de schrijvers vanuit Bijbels gezichtspunt in verbondenheid met de reformatorische belijdenis op vragen van maatschappelijke en sociale aard een antwoord pogen te zoeken. Het is geen afgeronde studie, eerder een eerste aanzet, die ons wil stimuleren tot verdere doordenking.

Dat is op zich al een te waarderen zaak. Want in de kring van hen die sympathiseren met of betrokken zijn bij de Geref. Soc. Akademie, waar enkele schrijvers uit deze bundel nauw bij betrokken zijn, heerst op dit punt ongetwijfeld een achterstand. Het aantal publicaties dat over de onderhavige materie onder ons verschenen is, is gering. En dat in een tijd, waarin van linkse zijde de markt overspoeld wordt. Dat zou een gevoel van machteloosheid met zich mee kunnen brengen. De schrijvers van deze bundel willen daar bewust afstand van nemen. Zij leggen ons dit boek voor als een stukje bezinning en vragen medewerking opdat de doordenking van de sociale vragen in de toekomst duidelijker gestalte mag krijgen.

Een volgend pluspunt van deze bundel is, dat de auteurs zo schrijven dat elk belangstellend gemeentelid het betoog kan volgen. Twee bijdragen hebben trouwens als referaten gediend op een conferentie van de IZB. Daarom willen we bij voorbaat de wens uitspreken dat de bundel gekocht en gelezen worde. Misschien dat studiekringen of gesprekskringen in de gemeente er materiaal in vinden om eens een seizoen met deze vragen bezig te zijn.

De inhoud

Een korte inhoudsomschrijving moge dienen als indruk wat dit boek ons biedt. Ds. C. den Boer schrijft over sociaal besef in het licht van het Evangelie, waarbij hij een aantal lijnen uit de Bijbel trekt en voorts enkele wegen noemt om de gemeente hiermee bezig te doen zijn.

Ir. J. V. d. Graaf gaat in een opstel 'Samen leven in welvaart' in op de problemen waar christelijksociale arbeid in een postchristelijke samenleving voor komt te staan. Van der Graaf is duidelijk geboeid door Groen van Prinsterer, zowel in zijn afwijzing van de revolutieidee en - practijk, als ook in zijn pleidooi voor vernieuwing van de samenleving vanuit het Evangelie. W. Huizer behandelt een aantal visies in het huidig welzijns beleid, o.a. de knelpuntennota en wijst op de consequenties en vragen die een en ander met zich mee brengen voor maatschappijvemieuwing, onderwijs, kerk en samenleving, jeugdzorg enz. De spraakverwarring is groot. Wat voor alternatief bieden zij die in gebondenheid aan Schrift en belijdenis in de samenle­ ving willen staan? . Prof. C. Veenhof geeft een gedocumenteerde verhandeling over de Lenistische-Marxistische mens. Prof. dr. W. H. Velema stelt de verbanden en het onderscheid aan de orde tussen heil en herstel van relaties, een bijdrage die met name voor allerlei consequenties waar we in het maatschappelijk werk voor staan, en waar vele diakoniën mee te maken hebben, uitermate belangrijk is. Terwijl in de laatste bijdrage van drs. B. J. Wiegeraad enkele visies op mens en maatschappij (o.a. Liberalisme, Marxisme, Socialisme) kritisch onder de loep genomen worden.

Kenmerken

Ik ga de bijdragen niet in details bespreken. Wel wijs ik u op een aantal kenmerkende trekken; zowel in positieve zin als in kritische distantie tot allerlei meningen.

a. Het is duidelijk dat alle auteurs vanuit de Bijbel willen spreken en handelen. En dan de Bijbel maar niet als inspiratiebron maar als gezaghebbend Boek voor geloof en leven. Dat heeft uiteraard consequenties. Een woord als 'welzijn' krijgt vanuit de Schrift een andere vulling dan allerlei nietchristelijke beschouwingen laten zien. Woorden als gerechtigheid, vrijheid, liefde staan haaks op allerlei actiemodellen en humanistische visies. Maar wie zegt: 'De Bijbel heeft voor mij het eerste en het laatste woord', staat wel voor de vraag: 'Hoe ga ik in sociale en maatschappelijke vragen met de Schrift om? Zegt de Schrift wel iets over de grote verbanden, de macrostructuren waarmee we vandaag de dag te maken hebben? Of is alles veel meer betrokken op het persoonlijke en gemeentelijke. Met andere woorden, we kunnen niet heen om de vraag: Hoe versta en vertolk ik de Bijbelse boodschap?

b: Fundamenteel in de bezinning op sociale vragen is de kijk op de mens. Wat betekent de bijbelse notie van het rentmeester-zijn? Wat houdt het in, dat de mens naar het beeld van God geschapen is? De eerste hoofdstukken van Genesis blijken, zoals verschillende schrijvers terecht accentueren, van fundamentele betekenis te zijn. Wie deze hoofdstukken verwaarloost, kan onmogelijk het rechte zicht krijgen op de vragen die in het geding zijn. c: Belangrijk voor alle hulpverlening en welzijnszorg is de bepaling wat heil is. Velema laat zien hoe de kern van dat heil in Bijbels licht het herstel is van de relatie met God door het geloof in Christus. Maatschappelijk werk beoogt herstel van de tussenmenselijke relaties. Heil en herstel van die relaties liggen niet in eikaars verlengde. Er is het voorlaatste en het laatste. Een herstelde relatie is teken van het heil (blz. 129). In dat verband stelt de auteur allerlei vragen met betrekking tot de hulpverlening en de hulpverlener. En tevens laat hij zien hoe men in het maatschappelijk werk deze geloofsvisie op het heil er niet buiten laten kan.

Kritische stellingname

De auteurs maken vanuit deze positieve inzet ook een aantal afbakeningen. Zo Iaat Velema zien hoe Kuitert's visie op het heil als een binnenwereldse zaak (Velema spreekt op blz. 135 van een materialistische visie) aan de Schrift geen recht doet.

Bijna alle auteurs gaan in op de revolutiegedachte en zij wijzen deze af, als strijdig met de Schrift. Veenhof's overzicht over het Marxisme wil tegelijk een confrontatie zijn met het Bijbels getuigenis.

Wiegeraad toont aan dat verschillende bewegingen en ideologiën diepe wortels hebben in het verleden (Humanisme, Verlichting, Franse Revolutie, Industriële Revolutie) Een christelijke visie op mens en maatschappij (de mens als schepsel, als zondaar en als begenadigde voor God) botst met Libera­ lisme en Socialisme. Beide stromingen denken te optimistisch over de mens en zijn mogelijkheden.

Enkele vragen

De waardering voor het gebodene sluit niet uit, dat we toch een paar kritische kanttekeningen willen maken. Vooreerst een opmerking over de vormgeving. Zoals veel verzamelbundels vormt ook deze bundel te weinig een eenheid. Dat is begrijpelijk gezien de opzet. Maar het betekent wel, dat enerzijds de schrijvers elkaar nog wel eens herhalen, en anderzijds dat het betoog soms blijft steken in een vruchtbare aanzet, maar ook niet meer dan dat.

Dat brengt me op het inhoudelijke. Wanneer v. d. Graaf op blz. 42 pleit voor vernieuwing van de samenleving vanuit de Schrift, is dat stellig juist. Maar de vraag rijst wel, en deze blijft onbeantwoord: Hoe dan? Als men de revolutie - terecht - afwijst, hoe wil men dan het kwaad bestrijden? Hoe is de verhouding tussen persoon en structuur? Hoe zit het met de zonde en de structuren?

Ds. de Boer gaat terecht in op de vraag of we niet geroepen zijn ons bezig te houden met de vragen van de macrostructuren, de bredere verbanden? Hij zet zich af tegen 'links', noemt daarnaast enkele redenen die ons zouden kunnen nopen, tot onthouding van bezinning. Maar hoe juist dat alles ook is, aan het eind van zijn, overigens duidelijk geschreven artikel, heb ik toch geen helderheid gekregen inzake de door hemzelf opgeworpen vraag naar de macrostructuren. Dat komt m.i. ook omdat de schrijver wel wat erg veel overhoop haalt en daardoor bepaalde zaken te snel afdoet. Een voorbeeld is wat De Boer schrijft over Zuid-Afrika. Dat hij de hetze tegen Zuid-Afrika afwijst, is m.i. terecht. Maar men kan de problematiek die hier aanwezig is niet afdoen met een vijftal regels over geleidelijke ontwikkeling.Zeker niet als die regels staan in een pleidooi voor democratie op theocratische basis. Met hoeveel begrip men ook kan staan tegenover Zuid-Afrika, het is in dit verband toch wel een ongelukkig gekozen voorbeeld. Temeer omdat theocratie in de zin van het O.T. ook en juist betekent de zorg van de koning voor de arme, de vreemdeling, de rechteloze en de gediscrimineerde. Men denke aan de wetgeving van Deuteronomium en aan Psalm 72. Ik meen, dat juist vanuit de bijbelse theocratie gedachte in een broederlijke solidariteit zeer kritische vragen te stellen zijn aan Zuid-Afrika. De schrijver zal mij misschien willen tegenwerpen, dat hem daar de ruimte voor ontbrak, in het kader van zijn betoog. Dan is mijn antwoord: In zo'n geval kan men beter niets zeggen dan de zaak met enkele regels afdoen, die meer misverstanden oproepen dan verhelpen. De bundel laat ons na lezing achter met een aantal vragen. Dat is uiteraard niet erg. Integendeel, ik heb de indruk dat de schrijvers dat ook bewust willen doen. Daar is b.v. de vraag naar de relatie tussen diakonaat en samenleving. Daar kan men niet omheen als men maatschappelijk werk als diakonale opdracht ziet. Wanneer men (terecht) de revolutie gedachte afwijst, en toch barmhartigheid en gerechtigheid met elkaar verbinden wil, ontkomt men niet aan de vraag naar de politieke aspecten van het diakonaat. Ik denk voorts aan de plaats van de maatschappelijk werker in de gemeente. Wat moet onze houding zijn in een tijd waarin gepleit wordt voor gevulde algemeenheid? Hoe ver kan de samenwerking gaan met andere instellingen, die bezig zijn op het terrein van de welzijnszorg? Terwijl met name Velema's opstel toch ons ertoe dwingt om ons, diepgaander nog dan de auteur deed, bezig te houden met verband en onderscheid tussen pastoraat, evangelisatiearbeid en maatschappelijk werk. Laat men mij niet misverstaan. De kritische vragen en opmerkingen vloeien voort uit mijn grote waardering voor hetgeen geboden wordt. Bescheidenheid past ons. En niemand zal het de schrijvers kwalijk nemen als we voorshands met een aantal onklaarheden blijven zitten. Daarvoor is de materie te uitgebreid. En zo ergens dan is hier teamwerk meer dan nodig. Laten allen die met de schrijvers de bijbelsreformatorische uitgangspunten delen, en die werkzaam zijn op maatschappelijk-sociaal gebied, die in dit boek aan de orde gestelde vragen aanpak-

ken. De grondlijnen hier getrokken verdienen bredere uitwerking.

Profetische kritiek

Dat is stellig geen eenvoudige zaak. Want de huidige bezinning kan ons ook leren hoe snel men op dit punt ter ener of anderer zijde in eenzijdigheden kan vervallen.

En voorts: kritiek op stelsels en systemen zoals Liberalisme en Fascisme, Neo Marxisme en Socialisme, mag ons er niet toe verleiden hooghartig te zwijgen over onze eigen positie. In het licht van de Schrift gaan ook wijzelf, als mensen die de Gereformeerde belijdenis aanhangen, onder de profetische kritiek van Gods geboden en beloften door. Om maar één ding te noemen: Wat komt er in ons eigen leven, zowel in het persoonlijk vlak als op het vlak van het gezin, gemeente en samenleving terecht van het rentmeesterschap? Hoe vaak lopen we niet gevaar stellingnamen voor 'bijbels en 'gereformeerd' door te laten gaan, omdat het 'altijd' zo geweest is, terwijl het in feit een brok liberalisme is? De zonden van egoïsme, zelfzucht, genotzucht en onverschilligheid ten aanzien van anderer nood, schuilen waarlijk niet allen bij de anderen, maar ook in onze eigen levenshouding. En de krisis waarin onze samenleving verkeert, raakt ook ons en onze gezinnen.

Daarom zijn we er niet met een stuk bezinning. En daarom is die bezinning ook nooit een neutrale aangelegenheidl of een kil-verstandelijk bezig zijn. Juist wanneer we willen spreken en handelen vanuit de Schrift, worden we iedere dag opnieuw tot bekering geroepen. Ten diepste gaat het om de vraag: Hoe leven we als christelijke gemeente met het profetisch Woord? Wiegeraad schrijft op blz. 152 terecht: We kunnen alleen verder met Gods Woord in de hand en in het hart. En Huizer spreekt in zijn bijdrage over de spanning die het meedenken op het terrein van welzijn voor de christen met zich meebrengt.

Ik laat het hierbij. Er zou nog veel te noemen zijn, maar de bespreking is toch al rijkelijk lang uitgevallen. Niettemin meenden we dat het belang van het onderwerp en hetgeen de auteurs ons geboden hebben van dien aard zijn, dat we niet konden volstaan met een simpele aankondiging. Onnodig te zeggen na het bovenstaande dat we dit boek een ruime lezerskring toewensen.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 februari 1978

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Welzijn in Bijbels licht

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 februari 1978

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's