Langs oude Nederlandse kerken

Langs de oude Brabantse kerken. Uitgave: Bosch & Keuning N.V., Baarn.

Bij de restauratie van 1961-63 werden in dit gebouw belangrijke romaanse resten gevonden. Een tufstenen zaalschip uit de 12e eeuw werd in de eerste helft van de 13e eeuw voorzien van een vlakopgaande steunbeerloze toren waarvoor het schip met een bakstenen travee westwaarts verlengd werd. Kort voor 1300 werd een rechtgesloten koor van twee traveeën toegevoegd waarna in de 15e eeuw een dwarskapel tegen de zuidkant van het schip werd aangebouwd. Het tongewelf in het koor werd toen ook aangebracht. In 1833 werd de zuidkapel naar de kerk toe geopend en de zuidgevel van het schip kreeg grote rondboogramen. Een betreurenswaardige verbouwing in 1859, waarbij de zuidkapel grotendeels verminkt werd, is bij de restauratie ten dele ongedaan gemaakt. Men ontdekte toen een 17e eeuws grafkeldertje en een hardstenen zuiltje van een ingangsportaal. Het oude altaar bevond zich, blijkens een gevonden fundering tegen de oostmuur van het koor.

Het tufstenen schip bezit aan de noordkant nog drie romaanse venstertjes en een groter rondboograam. De westelijke baksteentravee heeft kleine spitsboograampjes. De galmgaten van de westtoren werden gedicht toen deze toren verhoogd werd. Hieraan herinneren twee cartouches met het jaartal 'Anno 1648' en een gedenksteen: 'Desen tooren is verhooch bij Cornely Janse KOOLHAES/Ende Sebastiaen JANSE kerkmeester tot Veen-1648'.

Het laat 13e eeuwse koor heeft in de sluitgevel twee spitsboogramen met erboven een gedicht rondvenster en daarboven in de topgevel spaarvelden die doen denken aan de Vlaamse kuStgotiek (vgl. Abbenbroek (Z-H.), Babyloniënbroek en Sinoutskerke (Zld.). Voor de restauratie hadden deze lichtopeningen decoratief witwerk. De zuidelijke dwarskapel heeft rijkere vormen, vooral in de gelede steunberen met bakstenen pinakels.

Het inwendige heeft een ten dele nog 15e eeuws tongewelf met trekbalken. Tegenover de zuidkapel, op de plaats waar zich eens de triomfboog bevond staat nu de fraaie 17e eeuwse kansel met lezenaar en doopbekkenhouder. Het bijbehorende doophek is verdwenen, de koperen doopboog is aangebracht tussen de zuiltjes van de orgeltribune. Het laat 18e eeuwse orgel komt uit Zaandam. In de torenruimte met zijn koepelgewelf liggen zerken uit 1652 (Willeme Kuyste Poorter), 166? (Hubrecht Janssen v. d. Heuvel), 1813 (O. Verhagen) en een godsch zerkje uit 1514.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen