Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Verbond en verkiezing

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Verbond en verkiezing

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De dordtse vaderen hebben vermeden het verbond te stellen onder de beheersing der verkiezing.

Niet elk boek of boekje dat verschijnt verdient een uitvoerige aankondiging in de vorm van een artikel. Een gelukkige uitzondering vormt echter het een paar weken geleden verschenen boek van prof. dr. J. van Genderen (hoogleraar aan de theologische hogeschool te Apeldoorn) over Verband en Verkiezing. Niet alleen het onderwerp is het waard dat op dit boek bijzondere aandacht wordt gevestigd, maar ook de inhoud en de wijze waarop door de schrijver dit onderwerp behandeld is. Wat het onderwerp zelf betreft; het kan ieder bekend zijn dat het 'verbond' in het kerkelijke leven vaak meer scheidingmakend dan verenigend functioneert. Dat is wel een zeer droeve zaak, want het is een uitermate belangrijk gegeven in de Schrift en het kan in het leven des geloofs een beslissende plaats innemen. Wat doet nu prof. Van Genderen? Hij gaat heel voorzichtig zijn weg. Zijn woorden worden zorgvuldig gewogen. Alle polemische scherpte ontbreekt. Ook wanneer hij bepaalde inzichten afwijst. De scherpte van de afwijzing zit dan in de argumenten, niet in de toon waarop geschreven wordt. Hij oriënteert zich sterk aan Calvijn en de andere reformatoren. Hij laat zien waar het in later tijd 'mis' ging. Wat altijd en ook nu weer in dit boek van Van Genderen opvalt is dat hij zich sterk aan de Confessie gebonden gevoelt. Ik meen: Dat mag van een gereformeerd theoloog ook verwacht worden, al moet eraan worden toegevoegd dat het helaas menigmaal niet het geval is. Wat Van Genderen meent op grond van de Schrift en de nederlandse gereformeerde belijdenissen aangaande het verbond te moeten zeggen heeft hij op een heel korte formule gebracht door te zeggen: Tweeërlei verbondskinderen, maar geen tweeërlei verbond (78). Het eerste gedeelte van deze stelling is duidelijk gericht tegen alle universalisme. Bij Barth, Kuitert, Berkhof en Flesseman van Leer vindt men een universeel verbond en een universele verkiezing. Elk mens, ongeacht of hij gelovig is of niet, is een bondgenoot van God; nog liever zeggen zij: Gods partner! De zondeval als een breuk van de mens met God wordt ontkend; aan de mens wordt vrijheid toegekend; een beslissende rol inzake het heil (90). Volgens Barth zijn alle mensen in Christus verkoren; de verwerping kan niet meer het deel der mensen worden. In Jezus Christus is de hele wereld met God verzoend. Het ongeloof wordt gehouden voor een onmogelijke mogelijkheid. Het tweede gedeelte van de stelling is gericht tegen een bepaalde traditie binnen de Gereformeerde kerken zelf. Die traditie is echter niet de oorspronkelijke, authentieke, de waarlijk reformatorische, zij stamt uit later tijd. Zij is deze, dat men spreekt van een tweeërlei verbond. Soms heeft dat de vorm van een spreken over een inwendig en uitwendig verbond; en op een andere keer de vorm van het spreken over het wezen des verbonds, waarin alleen de uitverkorenen begrepen zijn, én de bediening des verbonds, waaronder allen vallen die het Evangelie horen prediken. Het kan bekend zijn dat deze laatste vorm de gangbare is geworden in de Gereformeerde Gemeenten. Zij gaat daar terug op Kersten. Die heeft zich voor deze onderscheiding menen te kunnen beroepen op Olevianus, maar Van Genderen toont aan dat dat beroep niet opgaat. Datzelfde geldt ook aan het adres van ds. Moerkerken. Olevianus heeft nooit het wezen van het verbond beperkt tot de uitverkorenen alleen; integendeel, hij beschreef de middelen om te komen tot het wezen van het verbond, en dat zou hij nooit hebben kunnen doen als hij het beperkt had tot de uitverkorenen, want hun getal staat immers vast! Steenblok is volgens Van Genderen nog verder gegaan. Wat bij Kersten nog de 'bediening' van het verbond was, met een zeker aanbod van genade, dat is bij Steenblok zogoed als tot niets geworden. Bij hem staat het genadeverbond geheel onder de beheersing der verkiezing. Het merkwaardige is dat men hetzelfde ook bij Kuyper en de zijnen vindt. Ook Kuyper heeft het wezen van het genadeverbond beperkt tot de uitverkorenen. Het ligt voor de hand dat Steenblok, die oorspronkelijk tot de Geref. Kerken behoorde, deze idee van Kuyper heeft overgenomen, en via hem is later daarvan weer invloed op Kersten uitgegaan. Nu konden zowel Kuyper als Kersten en Steenblok zich beroepen op bepaalde figuren uit het verleden. Vooral Thomas Boston en Comrie. Deze stelden namelijk dat het genadeverbond al in de vorm van het verbond der verlossing in de eeuwigheid gesloten is. Christus zou het Hoofd van het genadeverbond zijn. Met Hem en in Hem met de uitverkorenen sloot God al in de eeuwigheid het verbond der genade. Het spreekt voor zichzelf dat daar dan alleen maar de uitverkorenen onder vallen en de anderen niet. Van Genderen maakt de treffende opmerking dat nergens in de Schrift Christus het Hoofd van het verbond heet. Wel heet Hij in de Hebreeënbrief tot driemaal toe de Middelaar des verbonds en wel wordt Hij in diezelfde brief ook de Borg van het verbond genoemd, maar nergens het Hoofd van het verbond. En ook in onze belijdenisgeschriften ontbreekt deze term. Hoewel het in de Dordtse Leerregels voor de hand zou hebben gelegen, gesteld dat men deze visie was toegedaan, ontbreekt toch deze terminologie. Een bewijs dat de dordtse vaderen die kant niet hebben willen opgaan. Zij hebben vermeden het verbond te stellen onder de beheersing der verkiezing. En dat zij niettemin tenvolle de waarheid van de goddelijke verkiezing hebben beleden, is zonneklaar. Zo is Dordt gebleven in de lijn van de oorspronkelijke reformatorische visie, waar men later, helaas, van afgeweken is. Dat afwijken van deze reformatorische visie doet zich her en der voor. Ook in de kringen der Afgescheidenen, met name bij de zogenaamde Drentse groepering in de vorige eeuw vindt men haar. En in de kruisgemeenten en bij de ledeboerianen. Dat hele verhaal kunt u in dit boekje van Van Genderen vinden. De reformatoren wisten maar van één genadeverbond. Calvijn heeft gesproken over een drieërlei inenting in Christus. Hij handhaaft dat de beloften van God krachtens het verbond der genade voor alle kinderen van de gelovigen bestemd zijn en dat zij daarom behoren gedoopt te wezen. Bij Hand. 2, 39 zegt hij: Petrus leert dat alle kinderen van de Joden in hetzelfde verbond zijn opgenomen. Dit moet men zien als de achtergrond van het spreken over het verbond in onze Formulieren. Maar: er is niet alleen de belofte Gods. Er is ook het aannemen van die belofte, het geloof. De beloften Gods baten ons niet als er niet geloof is. Evenwel: ook dat geloof is beloofd. Zo blijft het genadeverbond genadeverbond. Wij worden geheel geworpen op de belofte Gods. En toch krijgt het werk van de Heilige Geest tenvolle de haar toekomende eer.

Ziehier enkele hoofdlijnen uit dit boek. Er staat natuurlijk nog veel meer in. In het tweede gedeelte wordt ons een (beknopt) overzicht gegeven van de geschiedenis van de verbondsleer. Ik had gaarne gezien dat dit laatste gedeelte was geïncorporeerd in het eerste, of dat het als een apart geschrift, en dan graag uitgebreider, was verschenen. Maar dat is maar een kleinigheid. Misschien kan echter prof. Van Genderen er nog eens toe komen om inderdaad een boek te schrijven, dat deze geschiedenis in haar geheel op tafel legt. Wij zijn dankbaar voor het gebodene. Het boek zal hier en daar wel tegenspraak op roepen. Ik hoop echter dat men dan met zakelijke argumenten komt, en niet met allerlei kreten. De zaak is het tenvolle waard.

N.a.v. dr. J. van Genderen, Verbond en Verkiezing, Kok, Kampen, 1983, 103 blz., ƒ 16, 50

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 juli 1983

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Verbond en verkiezing

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 juli 1983

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's