Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Boekbespreking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Boekbespreking

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ds. M. Drayer e.a. , In trouw gescheiden, Kok, Kampen 1984, 150 blz., ƒ 25, - .

Dit boek bevat een bundel opstellen die geschreven zijn ter herdenking van de Afscheiding van 1834. In het Vooraf wordt de bundel aangekondigd als een 'kleine publikatie'. Dat getuigt van een bescheidenheid die wij kunnen waarderen, maar die niet helemaal klopt met de werkelijkheid, want er wordt in deze 150 bladzijden heel wat geboden. Een verhaal over het hele verloop van de Afscheiding (K. Boersma), een stuk over de Acte van Afscheiding, met de indringende vraag: een separatistisch document? (J. H. Velema); een goed historiscji en principieel betoog over de binding aan de belijdenis (W. van 't Spijker); een stuk over de emigratie van vele afgescheidenen naar de Nieuwe Wereld (Vermeulen); een beschrijving van de verhouding die bestaan heeft tussen Réveil en Afscheiding (J. C. L-Starreveld); een instructief artikel over Afscheiding en Nadere Reformatorie (T. Brienen) en een lang en goed gedocumenteerd betoog over de Afscheiding en de Doleantie, in verband met de Vereniging van 1892 (M. Drayer).

Node heb ik in deze bundel gemist een stuk van prof. Van Genderen. Het bevreemdt mij dat het ontbreekt.

De Afscheiding is door de diverse auteurs, die, voorzover mij bekend, allen leden zijn van de Christelijke Gereformeerde kerken, van alle kanten belicht.

Veel komt in deze bundel voor wat algemeen bekend kan worden geacht. Dat was niet te vermijden. Maar hier en daar zijn 'bronnen' aangeboord en komen verrassende dingen aan het licht. Ik heb er dankbaar nota van genomen. Voor een niet-Afgescheidene, zoals de schrijver van deze recensie, bevat deze bundel naast het vele waarmee hij van harte instemt ook allerlei irriterende uitspraken. Bijvoorbeeld daar waar men het laat voorkomen alsof zij 'die bleven' de kerkelijke besturen met rust hebben gelaten (44), wat pertinent onjuist is; of waar men suggereert dat De Cock om zijn prediking is geschorst (45), wat eveneens onjuist is; of waar men verdedigt dat De Cock de Hervormde Kerk een valse kerk noemde (44); of waar men in de Acte van Afscheiding een toon van ootmoed meent te horen (33).

Ik erken de grote betekenis van een goede Gereformeerde kerkvorm. Ik erken dat zulk een vorm mede behoort tot het Gereformeerde belijden. En toch vraag ik mij af, zeker ook na het lezen van deze bundel, of onze Christelijke Gereformeerde broeders niet te formalistisch spreken over de kerk en, als gevolg daarvan, ook over de gehoorzaamheid. Juist nu de Afscheiding herdacht is, treedt dat, naar mijn gevoelen, sterk naar voren, sterker dan ik sinds jaren van hen vernomen heb.

Is de kerk niet veel meer dan alleen maar haar organisatie? Er kan, dunkt mij, een ware kerk schuilgaan onder een heel gebrekkige, ja zelfs heel verkeerde organisatie; en omgekeerd, onder een perfecte, goed-Gereformeerde kerkinrichting kan de kerk niettemin geheel ontaarden.

Voor nauwgezette studie beveel ik deze bundel van harte aan.

De Afscheiding van 1834 en haar geschiedenis. Kok, Kampen, 1984, 272 blz., ƒ 45, —.

Dit fraaie boek, verschenen in verband met de herdenking van de Afscheiding van 1834, bevat een zevental bijdragen over allerlei aspecten die er aan de Afscheiding als historisch verschijnsel waar te nemen zijn. In het eerste stuk zet dr. Aart de Groot de hele beweging der Afscheiding in de brede contekst van 'Het vroegnegentiendeeeuwse Nederland'. Aan het slot van zijn verhaal zoekt De Groot naar de oorzaken van het 'nationaal verval' aan het begin van de 19e eeuw in ons land. Godsverzaking komt volgens De Groot niet in aanmerking. De gevolgen van de revolutiegeest evenmin. Wat dan wel? Ik kon er geen wijs uit worden.

Het tweede stuk van drs. J. de Vree gaat over 'De Nederlandse Hervormde Kerk in de jaren voor de Afscheiding'. Een rationalistisch supranaturalisme voerde de boventoon. De Vree laat zien hoe groot de tegenstelling was tussen hetgeen leefde in menig conventikel ter plaatse én in de kring der hogere kerkelijke besturen. Dat móest wel op een conflict uitlopen. En toch vragen wij: was niet een andere oplossing mogelijk geweest.

Het derde artikel ziet de Afscheiding als 'breekpunt' en als 'kristallisatiepunt'; het is geschreven door dr. P. N. Holtrop. Het vierde gaat over 'Scheuring' en 'Vereniging' waarbij de jaartallen 1837 en 1869 vallen. Dit artikel is een werkstuk van drs. J. van Gelderen. Wie ter zake kundig is, weet dat in 1837 Afgescheidenen en Kruisgezinden uit elkaar gingen, maar in 1869 zich verenigden.

Daarna volgt het stuk van prof. dr. W. van 't Spijker over 'Theologie en spiritualiteit van de afgescheidenen'. Vooral Hendrik de Cock wordt besproken, en afgegrensd tegen H. P. Scholte, maar ook tegenover de mensen van het Reveil en tegenover Kohlbrugge. Het is een fraai artikel, dat wij graag ter kennisneming aanbevelen. Het gaat over het hart van de zaak. Maar juist daarom zal het ook tegenspraak oproepen. De visie van Van 't Spijker deel ik, behalve op één punt, maar dat kan hem niet verwonderen, en dat is de uiteindelijke waardering van De Cock's kerkopvatting. Ik wil heel veel in De Cock waarderen en hem in zijn strijd met de geest van die tijd heel ver volgen, maar ik meen dat hij niet vanuit een waarlijk 'reformatorisch' besef, maar veeleer vanuit de conventikelgeest, waaraan hij sterk verwant was, gehandeld heeft toen hij brak met de kerk. Tekenend vind ik het dat prof. Van 't Spijker eerst zelf zegt dat De Cock een geestverwant van de Kruisgezinden was, daarna critiek levert op de 'theologie' van die Kruisgezinden, maar die critiek dan niet doortrekt naar De Cock toe, en volstaat met op te merken, dat De Cock erin heeft berust dat de Kruisgezinden zich van de Afgescheidenen afkeerden. Dan is mijn opmerking: Hij móest wel berusten, dit bewijst nog niet dat hij wat 'theologie' en 'vroomheid' betreft, afscheid van hen nam.

De Cock leefde uit een heel andere geest dan de reformatoren. De 'theologie' van De Cock heeft zich ook in de Afgescheiden kerk niet doorgezet. Naarmate meer de Reformatie is bestudeerd, kwam er een andere geest in de kring der Afgescheidenen. Hiermee is natuurlijk niet ontkend dat er bepaalde zeer wezenlijke elementen uit de Reformatie (als ontkenning van de vrije wil, de leer der predestinatie, en de onwederstandelijke kracht van de Heilige Geest; kortom: hetgeen de Dordtse Synode leerde) door De Cock - met recht - krachtig verdedigd zijn. Niet over het hoofd mag verder worden gezien dat De Cock al te zeer zich heeft laten leiden door het predestinatianisme van Van Zuylen, en alleen al op dit punt een andere weg ging dan de reformatoren. Deze critische kanttekeningen willen overigens niet voor het minst afdoen aan de hoge waardering die ik heb voor dit artikel van Van 't Spijker in deze bundel.

Na vervolgens nog een stuk over 'De Afscheiding en de Nederlandse samenleving' van prof. dr. W. J. Wieringa, volgt een bijdrage van de Utrechtse hoogleraar prof. dr. O. J. de Jong over 'Hervormde reacties op de Afscheiding'. In dit instructief, maar al te kort artikel had ik graag meer aandacht gezien voor mannen als Morrees, Callenbach en andere, die tóch bleven. Hun argumenten daarvoor zouden in dit boek niet hebben misstaan.

Al met al een prachtig boek. Met heel veel informatie. En met tal van foto's. Gaarne aanbevolen.

K. Exalto

Afscheiding-Wederkeer, Opstellen over de Afscheiding van 1834, Vijlbrief, Haarlem 304 biz., geb., tot 15 dec. 1984 ƒ 32, 50, daarna ƒ 39, 95.

Deze bundel Opstellen over de Afscheiding is ontstaan in de kring van de Vrijgemaakt-Gereformeerden. De redactie werd gevormd door de hoogleraren D. Deddens en J. Kamphuis. Het is een bundel die er wel wezen mag. Met vereende krachten heeft men een boek van for­maat voortgebracht, niet alleen wat het uiterlijke betreft, maar ook wat de inhoud aangaat. De bladspiegel is zo groot dat aan de rand tal van foto's konden worden afgedrukt, die komen dus doorgaans niet in mindering op de tekst. De ruim 300 bladzijden bieden daardoor extra veel. Het boek begint en eindigt met artikelen van ds. Bouma. In zijn eerste artikel wordt de héle Hervormde Kerk van het begin van de vorige eeuw beoordeeld naar wat hier en daar gepreekt werd of naar wat er leefde onder tal van leden van de besturen. Ik vind dit onjuist. De Afscheiding noemt Bouma een 'ware reformatie'; dat is, naar mijn gevoelen, te hoog gegrepen.

De bundel biedt verder een opstel van prof. drs. D. Deddens over 'Afscheiding in Geneve'. Hier heb ik hoge waardering voor. Het zet het verschijnsel 'afscheiding' in een breder verband, waarbij rechtstreeks uit de bronnen is geput. Na een opstel van prof. dr. L. Doekes over 'Het credo der Afscheiding' volgt er een van prof. J. Kamphuis over 'De Kerk in de Acte van Afscheiding'. Men zie hierover mijn artikel in hetzelfde nummer van ons blad.

Drs. H. van Veen laat zien in zijn opstel over 'De Afscheiding en de Gezangenstrijd' dat onder de vaders der Afscheiding er eigenlijk maar één geweest is die het zingen van gezangen in de kerkdiensten categorisch heeft afgewezen, die ene was De Cock. De andere vaders keurden wel de dwang af en hadden ook critiek op vele gezangen die in de Hervormde bundel voorkwamen, maar zeiden het De Cock niet na, dat het invoeren van Gezangen te allen tijde een teken van verval is.

Mijn mening is dat dit standpunt der anderen wat al te sterk aangezet in dit opstel naar voren komt.

Drs. M. te Velde schrijft over 'De Vervolgingen'. In zijn betoog trof mij een uitspraak: 'Zij (d.i. de Hervormde Kerk) heeft de vervolgingen meer aangewakkerd dan afgeremd. En intussen heeft zij zelfde geestelijke en kerkelijke middelen ongebruikt gelaten om de afgescheidenen terug te winnen'. Vooral deze laatste zin heeft mij, als een pijl, meer getroffen dan tientallen kanonschoten, die er overigens van Afgescheiden zijde op de Hervormde kerk zijn (en worden) afgevuurd. Hier ligt een grote schuld. Verder deed mij weldadig aan, dat Te Velde, in alle nuchterheid, weigert de vaders der Afscheiding nu direct tot grote 'geloofshelden' te maken (179).

Dr. J. Wesseling schrijft over de plaats van de oefenaar in de kerken van de Afscheiding in de eerste jaren na 1834. Hij is op dit terrein goed thuis. Het blijkt dat Van Velzen in dezen kerkelijker dacht dan De Cock. Weer eens opnieuw een bewijs hoezeer De Cock een man was die wij moeten zien tegen de achtergrond van de 18e eeuw, en niet die van de 16e eeuw (Reformatie).

Dr. C. Smits wil in zijn bijdrage 'De Afscheiding bewaard' een eerherstel voor Van Velzen bewerken. De overtuigingskracht van dit stuk vond ik maar zeer ten dele. Het feit dat Höveker eerst en Wormser later tot de Hervormde Kerk zijn teruggekeerd, en dat Wormser bovendien zijn boek De Kinderdoop schreef, schijnt Smits voldoende te zijn om hen te zetten aan de kant van Scholte, wat diens independentisme aangaat. Hij gebruikt naar mijn gevoelen een oneigenlijke argumentatie in het verdedigen van Van Velzen en het veroordelen van zijn opponenten in de Amsterdamse twisten.

Prof. C. Trimp schreef over 'S. van Velzen als prediker en homileet'. Het is naar mijn gevoelen een zeer waardevolle bijdrage in dit boek. Critisch en toch ook waarderend. Het deed mij goed op te merken dat Trimp een open oog heeft voor de gevaren die er, wat de prediking betreft, aanwezig zijn in zijn eigen kring, nl. een objectivisme, dat de prediking kil en krachteloos maakt.

Ik eindig. Ik heb veel lof voor deze bundel. Zij biedt een schat aan gegevens. Zij slaat ook niet alle gesprek met andere Gereformeerden dood. En tenslotte, de prijs is zeer redelijk. Maar dan moet ge u wel haasten, na 15 december gaat zij omhoog.

K. Exalto

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 november 1984

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

Boekbespreking

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 november 1984

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's