Het verlossende Lam

Op het Isenheimer altaar is door Matthias Grunewald de kruising van Christus geschilderd; Johannes de Doper staat daar ook bij. En als u dat altaar zou zien, dan zou het u opvallen dat Johannes de Doper er op staat met een vinger van abnormale propottie, die wijst naar de gekruisigde Christus. Dat is de uitbeelding van de prediking van Johannes de Doper: 'Zie, het Lam Gods'. Als Johannes de Heere Jezus aanw^ijst als het Lam van God, zal hij wel denken aan de offerdienst van het Oude Testament. Vele lammeren werden onder het Oude Verbond geslacht. Ook als het Pascha werd gevierd vormde het geslachte lam het middelpunt. De Heere God had gezegd: 'Gij zult een volkomen lam nemen van een jaar oud'. Al die geslachte lammeren wezen heen naar de volmaakte offerande van Christus aan het kruis volbracht. Zo is het niet vreemd, dat Johannes de Doper de Heere Jezus het Lam van God noemt. In het geheel van de Schrift wordt Jezus genoemd: het Lam, dat geslacht is. Geen naam wijst ons zo duidelijk de Messias als de Zaligmaker van zondaren aan. Met deze naam treedt Jezus naar voren als Degene, Die in de plaats van een doodschuldig volk de dood is ingegaan. Dit Lam is om onze overtredingen verwond, om onze ongerechtigheden verbrijzeld. Christus is het Lam tot zaligheid gegeven.

Het lidwoord 'het' is veel betekenend. Er staat niet: 'Zie, een Lam Gods'. Naast Christus is er geen ander die voor zondaren gestorven is, geen ander die in onze naam voor het aangezicht van de Vader de hemelhoge schuld heeft betaald. Daarom is er geen andere weg tot redding. Bij dit Lam moet u zijn met al de zonden van uw bestaan.

En dan zegt Johannes ook nog: 'Zie, het Lam Gods'. Dat wil zeggen dat dit Lam van God komt. God heeft voor dit verlossende Lam gezorgd. De zaligheid van zondaren is niet uit de mensen, maar uit God. Dat is de wondere liefde van God voor Gode vijandige schepselen, dat Hij Zijn Zoon als een Lam laat doodbloeden aan het kruis. Als u dat wonder wil vatten, komt u verstand te kort. Maar juist daarin ligt wat een arme zondaar nodig heeft, in leven en sterven. Jezus is het Lam van God dat de zonde der wereld wegneemt. 'Wegnemen'. Neemt Jezus door zijn lijden en sterven de zonde weg, dan is de zonde ook radicaal weg. Dan ziet God geen zonde meer in Israël en geen overtreding in Jacob. Wat een rijkdom. Maar dan moet u wel achter het boed van het Lam Gods schuilen. Alleen achter dat bloed bent u veilig. Dat is de ervaring van het geloof. Misschien klinkt het wat vreemd, dat er gezegd wordt: 'De zonde der wereld'. Sommigen kunnen met dat woordje 'wereld' niet best klaar komen en maken er van 'de uitverkorenen'. Maar dat staat er niet. Laat u staan, wat er staat. Johannes de Doper wist wel wat hij zei, toen hij sprak: 'de zonde der wereld'. Neen, daarmee wordt niet bedoeld dat nu ook alle mensen, hoofd voor hoofd, zalig worden. Dat is in strijd met andere uitspraken van de bijbel. Het woord 'wereld' moet goed verstaan worden. 'Als Johannes de Doper zegt: de zonde der wereld, dan strekt hij deze genade uit t het ganse menselijke geslacht zonder onderscheid, opdat de Joden niet zouden denken dat de verlosser alleen tot hen gezonden was' (Calvijn). Dat is het. Gods genade in Christus is voor Joden en heidenen. En dat Evangelie imoet in de gehele wereld gepredikt worden, opdat een ieder, die in het Lam van jGod gelooft, zalig zal worden. Dat geloof jis noodzakelijk. Dat geloof zal belijden, 'dat u midden in de dood ligt, maar ook dat u in Christus het leven hebt ontvangen. En waar u dat geloof kent, zal dat openbaar worden in een leven tot eer van God en tot heil van uw naaste.

Zie, het Lam Gods. 'Nu is het onze zaak de weldaad die allen wordtaangeboden, aan te nemen' (Calvijn). Dat is het kenmerkende van het geloof, dat het aanneemt wat de Heere in Christus zo mild wil schenken. Zo staat de Heere in de prediking voor u, in de lijdenstijd, met het aanbod van Zijn genade: Bekeert u en gelooft het Evangelie'. Neen, dan hebt u niet gestolen, als u mag aannemen wat de Heere u geven wil. Het is de Heere Zelf, Die er bij u op aandringt, zo dikwijls als Zijn Woord u verkondigd wordt, om Christus en al Zijn weldaden aan te nemen. Laat dan in deze lijdenstijd het Lam van God voor u dierbaar en begeerlijk zijn. Dan zult u eenmaal, met al de verlosten, staan voor de troon en voor het Lam. om met grote stem te roepen: De zaligheid zij onze God, Die op de troon zit en het Lam' (Openb. 7 : 10)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen