Waar bent u geboren?

Pslam 87 is eigenlijk één grote lofzang op Gods grote en wonderlijke daden.

De dichter bezingt, hoe God — de Heere — in Zijn ondoorgrondelijke genade het nederige en van zichzelf verachte Sion zal maken tot een stad, waar de volken van alle kanten op aan zullen trekken.

En wie denkt hierbij niet aan Pinksteren en aan de zending?

In deze psalm worden geweldige vergezichten geopend, wereldwijd, ja nog wijder: hier stijgt de dichter uit boven de tijd tot in de eeuwigheid.

Zo heeft de kerk van alle eeuwen het verstaan: psalm 87 is een profetie van de Godsstad, die in eeuwigheid zal herrijzen op de nieuwe wereld. De Heere bouwt voor Zijn volk een blijvende stad, gefundeerd op Zijn Zoon Jezus Christus en Die gekruisigd.

En door Zijn Woord en Geest brengt Hij mensen, die van zichzelf niets zijn en niets hebben dan alleen maar zonde en schuld, tot bekering en maakt ze tot inwoners van Zijn stad, die is en die wonen zal.

Het is nauwelijks voor te stellen, waar Hij ze allemaal vandaan haalt en dat Hij met hen te maken wil hebben.

Moet u horen — de Heere zegt: Ik zal Rahab en Babel vermelden onder degenen, die Mij kennen.

Dat kennen, waarover hier gesproken wordt, is een bevindelijk, doorleefd kennen. Het geeft aan de innige omgang met God, waarbij de H. Geest ons laat zien, dat het van nature helemaal niet kan: de heilige en rechtvaardige God, Die omgang zou hebben met goddelozen.

Dat is het eerste wonder van dit kennen, maar het tweede is: de H. Geest openbaart ook, dat er verlossing is in Christus en leert een ontdekt zondaar als een rechteloze deze van God gegeven Christus en al Zijn weldaden te omhelzen. Dat is God kennen: in verwondering en ootmoed de majestueuze God leren noemen: Mijn Heere en Mijn God.

En daar zullen Rahab en Babel bij zijn. Rahab, dat is Egypte — een oervijand van Israël. En Babel, dat het volk deporteerde

— ook Babel zal samen met Rahab God gaan belijden als de enige ware God. Zij zullen komen om Hem te aanbidden als de Koning der koningen.

Is dat een wonder van Gods almacht of niet? Maar zie — zegt onze tekst — nog meer wonderen.

U kunt uw ogen niet geloven: zie, de Filistijn, de Tyriër en de Moor.

U kent de Filistijn: een ontzettend wreed en woest volk, dat raasde en tierde tegen al, wat Sion heette. Doch ook uit de bittere vijanden, zoals de Filistijnen, trekt de Heere Zijn kinderen: een spotter en een vloeker verandert Hij door Woord en Geest in een bidder.

Wat bij ons onmogelijk is, is mogelijk bij God. Want niet alleen de Filistijn, maar ook de Tyriër is erbij.

Een totaal ander soort volk; veel beschaafder; veel ontwikkelder, maar... in vijandschap tegen Israël was de Tyriër even fel als de Filistijn. Doch ook uit hun midden zal de Heere ze halen, die Zijn Naam belijden en verheerlijken. Niet alleen spotters komen tot bekering, maar ook beschaafde mensen, die menen God en Zijn Woord niet nodig te hebben, die aan Christus voorbij gaan, omdat ze menen buiten de genade te kunnen.

Gods Geest zal de man van deugd leren roepen om genade, als hij bij het licht van Gods Woord ontdekt: al mijn goede werken en al mijn beschaving zijn hopeloos tekort om rechtvaardig te verschijnen voor God.

Is dat een wonder van Gods almacht of niet? En zie, daar komt nog iemand aan: het is de Moor, die een getekende was en niet in het verbond met Israël kon worden opgenomen.

Wie denkt niet aan de kamerling van Candace? Een Moor vraagt om de doop: wat verhindert mij om gedoopt te worden? Ik geloof, dat Jezus Christus de Zoon van God is!!

Zo brengt de Heere ze samen in het nieuwe Jeruzalem. Het"zijn allemaal totaal verschillende volken — allemaal verschillende mensen met een eigen karakter. Toch komen ze allemaal samen in de Godsstad, omdat ze één ding gemeen hebben: ze zijn daar geboren, ze zijn opnieuw geboren en zijn bij God bekend.

En nu is de vraag: waar zijn u en ik gebo­ ren? Zijn wij bij God bekend?

Staan in de boeken van de kerk is mooi, maar staan wij ook in de rol, waarin de Heere de namen der volkeren schrijft?

Hoe zal ik dat weten vraagt iemand?

Wel, dan bent u hier op aarde een vreemdeling geworden en bent u door Gods genade op weg naar de Godsstad.

Dan gaat daar uw verlangen naar uit en is dat met alle gebreken en struikelen de gang geworden van uw leven: wandelen op de weg der zaligheid.

Dat is een weg, die met bloed en tranen is gemaakt. Er heeft een kruis gestaan, waaraan God Zijn enige Zoon heeft laten hangen.

Er heeft een stem geroepen in de meest uiterste godverlatenheid.

En juist in dat kruis en in die godverlatenheid van Christus baande God Zelf voor zondaren de weg naar vrede en eeuwig leven in het hemels Jeruzalem.

Waar bent u geboren?

Stel die vraag en bidt: doorgrond me en ken mijn hart, o Heere.

Is hetgeen ik denk niet tot Uw eer, beproef me en zie of mijn gemoed iets kwaads, iets onbehoorlijks voedt.

En doe mij toch met vaste schreden, de weg der zaligheid betreden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen