Geholpen door genade
'Uw geloof heeft u behouden'(Matth. 9 : 22; Mark. 5 : 34)
Eén van de geschiedenissen in de bijbel, die me altijd bijzonder heeft aangesproken en bemoedigd, is die van de 'bloedvloeiende vrouw'. Zij raakte op de rug de zoom, de kwast van Jezus' mantel aan en werd genezen. Het gaat echter niet alleen om de genezing, maar ook en vooral om het geloof.
Er staat van haar, die we niet bij name kennen, dat ze twaalf jaar aan chronisch bloedverlies had geleden. Allerlei dokters afgelopen. Geen baat gehad. Het werd integendeel erger. Zoiets kan diepe teleurstelling opleveren. U weet er in uw persoonlijke omstandigheden wellicht van. Nu bij deze arts, dan bij die natuurgenezer. Degenen, die geholpen zijn, geven hoog van hen op. De teleurgestelden zwijgen echter. Wie nood heeft probeert het toch maar. Wie weet...
Na alle teleurstellingen gaat de vrouw in het dertiende (!) jaar van haar ziekte naar Jezus toe en wordt genezen (Wie zei dat dertien een ongeluksgetal is?).
Weet u wat zo opmerkelijk is in dit gaan naar Jezus? Het is dit: Ze mocht het eigenlijk niet doen. Er zijn wel mensen, die zeggen: Pas op voor een gestolen Jezus. Ik zou hen willen antwoorden: Kijk eens hier! Deze patiënte mocht niet naar de Heiland gaan. Ze was namelijk onrein. Deze onreinheid was weliswaar niet zo erg als van een melaatse. Die mocht niet meer in de gemeenschap wonen. Deze vrouw had een lichtere onreinheid. Daardoor mocht ze wel thuis blijven en in de stad lopen, maar niet komen waar mensen te hoop liepen, zoals de samenkomsten van de gemeente. De voorhof van de tempel was voor haar ook verboden terrein. Bovendien: Wie door haar aangeraakt werd, was zelf voor de rest van de dag eveneens onrein. Zo was dat.
Wat zal deze naamloze nu doen? Zal ze er zich gelaten en lijdelijk bij neerleggen en zeggen: Het is nu eenmaal niet anders. Gods ontferming is zeker niet voor mij? Ik zal wel een straf op mijn zonden moeten dragen. Wie zal de namen kennen van de velen, die tot op vandaag met dezelfde wanhoopsgedachten vervuld zijn? Ik kan niet, ik mag niet. Voor mij zal 'het' wel niet zijn...
Eén van de mooie punten van deze geschiedenis is, dat deze vrouw wèl gaat. Ze breekt als het ware door het prikkeldraad van de verboden heen. Dat is geloof, echt bijbels en zaligmakend geloof.
We kunnen meteen opmerken, dat dit geloof een vrucht is van de Heilige Geest, die in haar hart werkte. Dat is ook zo. Het is echter de vraag of je dat aan het begin al moet vertellen. Plak de achterste bladzij van een roman niet vóórin. Dan haal je de spanning eruit.
Het is duidelijk: de vrouw had geloof. Ze had straf van God kunnen krijgen, omdat ze deed wat ze als onreine niet mocht: Tussen de oploop van mensen komen en Jezus aanraken. De Zaligmaker zou haar kunnen wegsturen. Ondanks dat alles gaat ze. Ze gaat in geloof.
De vraag zou kunnen worden gesteld of haar geloof wel zuiver was. Ze verwachtte het van een aanraking, terwijl het Woord van Jezus voldoende voor haar zou moeten zijn. Och, wie van ons heeft een volkomen vertrouwen?
We beperken ons in deze meditatie tot het voornaamste: de vrouw had geloof. Jezus zegt het aan het eind: Uw geloof heeft u behouden. Dat vertrouwen dreef haar, ondanks al haar tekorten en gebreken, naar de Zaligmaker toe. Ze was niet aan het praten óver Jezus, terwijl ze ondertussen in de verte bleef staan. Nee, ondanks alles ging ze. Het moet maar nood zijn, zou ze tegen u en mij zeggen. Vindt u het niet bijzonder? Ze handelde tegen de regels en op haar geloof was ook wat aan te merken, maar per slot van rekening was Christus haar enige Toevlucht!
Zou dit voor u en mij niet het voornaamste zijn? Naar zulk geloofsvertrouwen worden we afgemeten. Zoeken we het alleen bij Christus? Het kan er best moeilijk aan toe gaan. Een mens moet soms door kruip- en sluipwegen heen. Zie maar naar deze vrouw. Ze heeft heel wat duwen gehad. Déze dokter mislukt, dàt medicijn waardeloos. Tenslotte nergens anders heen kunnen, dan naar de Heiland.
Heeft haar aanraking van Jezus' mantel resultaat? Zal nu eindelijk dit 'consult' de oplossing geven? Ja, kijk eens wat er gebeurt. Christus helpt. Als ze Hem aanraakt, komt haar gezondheid terug. Toen keerde Jezus Zich om. Is dat niet wonderlijk? De Heiland voelde kracht van Zich uitgaan. Hij liep op dat moment niet verder alsof Hij niets gemerkt had. De vrouw schrok hevig, omdat ze van haar kant stilletjes had willen wegsluipen. Het gaat anders. Jezus wil echter niet dat dit wonder verborgen blijft. De mensen moeten weten wat er is gebeurd. De vrouw zelf moet ook in haar geloof worden bevestigd. Opdat ze nooit zou denken, dat ze het had gestolen.
De Zaligmaker keert Zich en ziet haar aan. Ze wilde op dit moment wel door de grond heenzinken. Er overkomt haar echter een tweede verrassing: ze ziet geen straffende, maar vriendelijke ogen. Er is geen barse, maar een tere stem: Dochter, wees welgemoed, uw geloof heeft u behouden.
Was haar geloof een soort prestatie? Nee, het was het instrument waardoor de zaligheid naar haar toekwam.
Uiteindelijk is haar behoud alleen bewerkt door Christus. Hij werd eigenlijk onrein door haar. Dat is een voorafschaduwing van Zijn lijden en sterven op Golgotha. Daar draagt Hij de onreinheid van goddelozen zoals u en ik. Hij onze plaats. Hij tot zonde geworden voor ons, opdat wij zouden worden gerechtigheid Gods in Hem.
Zou dat voor mij mogen zijn? vraagt iemand zich af. Let op wat de vrouw deed. Het staat als evangelie in de bijbel: Wie Hem aanroept in de nood, vindt Zijn gunst oneindig groot. De hulp van God is onverdiend. En ik mag misschien ook wel niet, net zomin als deze vrouw. Het is met mij te erg.
Doe dan wat deze naamloze deed: Niet kijken naar de mensen, niet kijken naar jezelf. Maar gaan naar Christus. Dat is komen op de plaats waar u Hem hoort, waar Zijn stem klinkt in het midden van de gemeente. En dan is het tenslotte waar, dat wie biddend en pleitend op Zijn beloften door alles heenbreekt, mag ervaren dat het Gods Geest was en is, die hem of haar daartoe bracht. De Geest van Christus, die juist voor zulke mensen op aarde is neergedaald. Zo komt er ruimte voor het loflied: De Heer verhoorde mij in 't lijden en deed mij in de ruimte gaan. Dat is een ruimte die blijft tot in eeuwigheid.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 augustus 1992
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 augustus 1992
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's