Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Teloorgang van ‘de gereformeerde zede’

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Teloorgang van ‘de gereformeerde zede’

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wanneer daarom van die 'gereformeerde zede' niet veel meer is overgebleven, ervaar ik dat niet zozeer, als vele anderen, als een bevrijding uit een al te enge band – al valt daarvan bepaalde opzichten stellig óók te spreken – maar veeleer als het gevolg van de omslag in de algemene cultuur, waarin het samenbindende beginsel van het 'wij-tesamen' heeft plaats gemaakt voor het 'ieder voor-zich'. Een omslag, die zich in alle geestelijke en maatschappellijke bewegingen laat constateren, maar die zich het sterkst doet gelden waar, zoals bij de gereformeerden, een soort bevlogenheid heerste om met elkáár ergens voor te staan. Dat 'met elkaar' vereiste een zekere discipline, ook een zekere zelfbeperking.'

Bovenstaande woorden zijn van professor dr. H.N. Ridderbos, oud-hoogleraar van de (toen nog) Theologische Hogeschool te Kampen. Ze zijn te vinden in een boekje, getiteld Getuigen van een generatie (Meinema, Zoetermeer), waarin een aantal vertegenwoordigers van geestelijke en maatschappelijke stromingen in Nederland zich rekenschap geven van 'waarden, idealen en het leven van alledag in de jaren na de Eerste Wereldoorlog in Nederland'; en met name ook van de verschuivingen, die in dat opzicht in al die stromingen zijn opgetreden.
Het is een onmiskenbaar gegeven, dat in alle geestelijke en maatschappelijke stromingen zich min of meer ingrijpende verschuivingen hebben voorgedaan. Het cultuurpatroon is drastisch gewijzigd; opvattingen zijn navenant veranderd; de levensstijl is in brede kring méé veranderd; waarden, die vroeger vaststonden, zijn ondermijnd of ter discussie gesteld.
Wanneer de generatie van pak weg vijftig jaar geleden nu nog eens de ogen zou kunnen opslaan, zou men vele zaken, waarmee men vroeger vertrouwd was, niet meer terugvinden. Het leven, met name het christelijk leven ook, is in haar uitingsvormen onherkenbaar veranderd.

Terugzien
Het is begrijpelijk, dat, bij de snelle veranderingen, die zich voltrekken, telkens mensen van de oudere generatie worden bevraagd omtrent die veranderingen. Zij hebben het immers nog (zo) anders meegemaakt. Soms voelen mensen zichzèlf ook geróépen om in een publicatie rekenschap te geven van hun gevoelens in deze. Sommigen nemen daarbij luidruchtig afscheid van hun eigen verleden. Anderen zien in nostalgie of met een zeker heimwee om. Ik denk, wat dit laatste betreft, aan een boek, dat jaren geleden verscheen van Godfried Bomans en Michel van der Plas. Het heette In de kou. Ze beschrijven daarin de wezenlijke veranderingen in de Rooms Katholieke Kerk. Hoewel zij zelf afscheid genomen hadden van de oude roomse zekerheden, keken ze met een zekere nostalgie nog eens om. Het rijke roomse leven had – zo stellen ze – iets veiligs. Er waren allerlei vei­ligheidshekken om het leven gezet. Er was een roomse moraal. Boete en biecht waren geboden en boden een uitweg wanneer de normen, vooral op het terrein van de zedelijkheid, werden overtreden. Maar méér dan een nostalgisch omzien was het voor hen niet. Ze konden zelf de oude (roomse) wegen niet meer gaan. Ze waren om zo te zeggen bevrijd van de oude banden. Anderzijds beseften ze wel, dat het òn-gebondene eigensoortige gevoelens van ge-bondenheid met zich meebrengt.


Zo kan men vandaag ook vaak mensen tegenkomen, komend uit de (gereformeerde) 'parade der mannenbroeders', die er niet genoeg van kunnen krijgen te zeggen hoe bevrijdend het afleggen van het juk van de oude gereformeerde zede is geweest. 'De gereformeerde zede' – er was ooit een boekje onder die titel van prof. dr. R. Schippers – was vooral kenbaar aan zaken, die men niet deed. Er waren in dat opzicht best nuanceringen in opvattingen. Maar grosso modo onthield een gereformeerd christen, in de toonaangévende gereformeerde wereld, waarvan met name de Gereformeerde Kerken de exponent waren, zich van bioscoop en kermis, van dans en kaarten, van de kroeg en het zondagse voetbalveld. De gereformeerde zede wàs (ik spreek bewust nog even in de verleden tijd) vooral ook kenbaar aan de wijze van zondagsbesteding: tweemaal per zondag naar de kerk en zich verder onthouden van arbeid en recreatie.


Inzake de zondagsviering onderscheidde de gereformeerde christen zich met name van zijn roomskatholieke medeburgers. Zo verscheen er dezer dagen ook een boekje, getiteld Een ijsje op zondag, 'cultuurverschillen tussen katholieken en protestanten' (uitgave Kok, Kampen). Met betrekking tot de titel van dit boekje vinden we het volgende opgetekend uit de mond van prof. dr. G. Schutte (de vrijgemaakt gereformeerde historicus):
'Mijn kinderen waren nog klein en speelden met buurkinderen – het was een warme zondag en de ijscoman rinkelde door de straat – toen een buurman luidkeels riep, zodat wij het goed zouden horen: 'kinderen ga een ijsje halen, en ook voor de kinderen van Schutte, wan die krijgen op zondag geen ijsjes.' Die buurman was katholiek, jazeker.'


Het zal duidelijk zijn, dat dit voorbeeld slechts een topje van de 'ijsberg' was, waardoor de 'gereformeerde zede' zich onderscheidde van 'de roomse moraal'. De woorden van Schutte zijn er intussen ook het in bewijs van, dat het onjuist is om met betrekking tot de gereformeerde zede uitsluitend in de verléden tijd te spreken. Velen namen afscheid van 'de gereformeerde zede'. Maar her en der wordt ook vandaag nog ernst gemaakt met de viering van de zondag als dag des Heeren, met daaraan gepaard onthouding van dingen, die niet bij een positieve zondagsbesteding passen. En her en der is er nog distantie ten aanzien van die dingen, die een naam hebben in de wereld, maar die de grenzen van wat een christen betaamt te buiten gaan.
Overigens geldt desalniettemin, dat er toch allerwegen verschuivingen zijn, gewenningen aan zaken, die vroeger ontoelaatbaar werden geacht. Verwereldlijking – want zo duiden we aanpassing aan de schema's van de wereld toch! – treffen we in de volle breedte van de kerken aan. Slijtage van de gereformeerde zede heeft breed om zich heen gegrepen. En dat heeft met méér te maken dan met uiterlijke verschuivingen. Het uiterlijk weerspiegelt immers het innerlijk. De levensheiliging als uitleving van het geloof is in het geding.

Niet in het koor
Professor Ridderbos zingt intussen niet mee in het koor van hen, die verlies van 'de gereformeerde zede' bevrijdend achten. Het citaat hierboven geeft er blijk van, dat hij niet mee wil doen met de gangbare lofzang op de bevrijding van knellende banden, zoals vele anderen het loslaten van de gereformeerde zede bestempelen.
Die zogeheten bevrijding heeft verder bepaaldelijk geen stand gehouden bij alleen het loslaten van bepaalde groepseigenheden of bepaalde tradities. Het leven naar Gods geboden op zìch kwam in een volgend stadium niet zelden onder grote spanning te staan. Voor de gereformeerde zede, die wortelde in het gebod Gods, kwam grosso modo een ethiek, die wortelt in de autonome mens.
Het losgooien van de banden had vaak meer te maken met datgene wat Psalm 2 zegt: 'laat ons hun banden verscheuren en hun touwen van ons werpen'. Het gaat dan tegen de Heere en Zijn Gezalfde.


Ongetwijfeld maakt het wel een groot verschil of men in de opvoeding een bepaalde levensstijl meekreeg vanuit een positieve gezindheid, opkomend uit liefde tot de Heere en Zijn dienst, waarbij de dienst van de wereld verbleekt en proef-ondervindelijk waardeloos blijkt te zijn, òf dat het leven werd geperst in een ijzeren harnas, waarin men gedwongen werd te gaan. Is het laatste het geval dan is het gevaar niet denkbeeldig, dat mensen soms knellende banden afwerpen. Is het eerste het geval – leven in echte Godsvrucht – dan moet er wel sprake zijn van verharding als men nochtans de dienst des Heeren kwijt raakt. Men snijdt de band met het voorgeslacht door.

Samenbindend
Het lijkt mij dan ook toe, dat prof. Ridderbos intussen terecht de vinger legt bij een ingrijpende gevolg van het wegvallen van de gereformeerde zede, of hoe men het geheel van bijbelse normen inzake het leven van elke dag ook wil aanduiden. Hij zegt: valt dit weg, dan valt een samenbindend element weg.
Het vrijheidsbeginsel van onze tijd, dat in hoge mate de moderne ethiek bepaalt, heeft tot gevolg een verregaand individualisme: 'ieder voor zich'. Dat móét ook uitermate verarmend inwerken op het publieke leven. Er is geen samenbindend beginsel meer. Het individualisme werkt ont-bindend, des-integrerend. Het christelijk volksdeel heeft zo geen pit en merg meer in de samenleving, omdat men niet meer sámen vóór iets staat en men niet meer sámen een bepaalde wijze van leven – met distantie en onthouding – praktiseert. Dat blijft naar buiten toe niet onopgemerkt. Het móést vroeger zó! Het kàn vandaag kennelijk ook anders! Wat zijn beginselen en waarden van christenen eigenlijk nog waard als ze zich zo makkelijk met de wereld laten gelijkschakelen?
Alle taboes zijn onder christenen zo langzamerhand achterhaald. Christenen reizen (vliegen) net zo gemakkelijk op zondag als niet-christenen. Ze kijken naar dezelfde films. Het sportveld op zondag is, alleen al door de t.v., ook gewoon geworden. Op zondag wordt ook het strand, na de kerkdienst (jawel), soms snel opgezocht.
Christen-politici mijden vandaag ook niet het publieke mondaine uitgaansleven. Ze laten zich daar soms – blijkens een op grote schaal verspreid dagblad – gaarne fotograferen temidden van de glitter en glamour, van de showbusiness van de wereld.

Het 'ijsje op zondag', als voorbeeld van wat scheiding maakt tussen rooms katholieken en protestanten, is een peanut geworden, gezien de verregaande gelijkstelling van het brede christelijke leven met de wereld vandaag.

Mazen
Daar, waar intussen discussies beginnen omtrent de wijdte van de mazen van het net, waardoor mensen ontsnappen kunnen aan de kenmerkende normen van hun gezindte, is de desintegratie in principe al lang in gang gezet. Samenbinding vindt niet alleen plaats op grond van een gemeenschappelijk basisprincipe, maar ook op een gemeenschappelijke beleving van het leven, met onderkenning van wat goed en heilzaam is in de dienst des Heeren en van wat daaraan schade toebrengt.
Als zodanig is het loslaten van 'de gereformeerde zede' de aanzet geweest voor verregaande ontbinding van het gereformeerde volksdeel, met alle gevolgen voor de samenleving vandien.
De ontwikkelingen rondom huwelijk en gezin leveren wel het méést sprekende voorbeeld van die desintegratie. Juist hier heeft de moderne vrijheid de gereformeerde zede ondermijnd. En wat hebben we ervoor in de plaats gekregen? Stress en eenzaamheid, praatgroepen en therapeuten in soorten, ongelukkige mensenlevens, met kinderen, die vergroeiingen hebben opgelopen, omdat ze niet meer geleerd hebben wat harmonieus samenleven is.

Twee kanten
Er is ook best een keerzijde, dat zij toegegeven. Juist de saamhorigheid van een groep of beweging zèlf kan betekenen, dat mensen binnen de paaltjes blijven, vanwege een bepaalde sociale controle, terwijl er niet is een hartelijk leven uit en naar het heilzame gebod Gods. Dan duurt het zolàng het duurt, zolang het isolemènt met náme duurt.
Maar het andere is zeker waar: waar het 'ieder voor zich' geldt, is de saambinding weg. Dat is aangrijpend gebleken in de laatste decennia. En daarom, verlies van 'de gereformeerde zede' heeft méér betekend dan het loslaten van traditie.
Ten diepste gaat het om de Godsvrucht, om het leven dat vàn God ùìt en náár God tóé vruchten der dankbaarheid draagt.

J. van der Graaf

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 november 1992

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Teloorgang van ‘de gereformeerde zede’

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 november 1992

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's