Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ik ben een dakloze geweest en gij hebt Mij gehuisvest

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ik ben een dakloze geweest en gij hebt Mij gehuisvest

8 minuten leestijd

Met kerst trekken we alle registers open om aandacht te vragen voor de noden in de wereld, ver weg en dichtbij.
Wat is intussen gemakkelijker dan om, met het uitzicht op een welvoorziene dis of in de afgeslotenheid van een warme en gezellige huiskamer en binnen de intimiteit van huiselijkheid en familiariteit, ook nog wat aandacht te geven aan marginalen in de samenleving, aan de gekneusden of de eenzamen in de maatschappij. Geen betere thematiek ook voor het kerstverhaal, dat eerst zo dramatisch mogelijk is om toch ergens uit te kunnen lopen op het happy end. De ellendigen worden juist in de kerstverhalen uitgebuit.


Ik realiseer me dit alles zeer wel als ik in onderstaande bijdrage ook wat afwijk van het normale genre onderwerpen, waarover ik pleeg te schrijven, namelijk over daklozen en vluchtelingen.
Hoe ben je immers geloofwaardig als je over dit thema schrijft?
Moet je dan niet bijvoorbeeld het leven delen met de armen, zoals moeder Theresa in Calcutta?
Of wat denkt u van de Japanse evangelist Toyohiko Kagawa! Hij werd op vijftienjarige leeftijd bekeerd en op negentienjarige leeftijd ging hij preken in de achterbuurten van Kobe. Hij zag daar hoe velen hun geld en bezittingen, hun vrouw en kinderen verdobbelden en besloot toen zelf een 'dobbelaar van God' te worden. Hij sliep vier jaar op een kamer met een ongeneeslijk zieke en liep er zelf een oogziekte door op. Hij schreef intussen: 'Jezus Christus schenkt ons iets wat andere godsdiensten niet kunnen geven, namelijk verlossing. Vanaf het ogenblik dat ik als jongen van vijftien jaar christen werd, heb ik nooit in dit geloof gewankeld. Dat komt echter niet doordat ik altijd God vastgehouden heb, maar doordat God mij vasthield. De liefde van God is de enige macht, die onze harten reinigen kan. Jezus Christus heeft deze liefde belichaamd aan het kruis.'


De voorbeelden zijn met meerdere aan te vullen. Niet zelden was bijvoorbeeld het leven van befaamde opwekkingspredikers ook gekenmerkt door grote sociale bewogenheid. Wie kennis neemt van de zelfopofferende liefde van dezulken, die hun geloof toonden uit hun werken, slaagt er maar moeilijk in om vanuit een louter theoretische positie aandacht te vragen voor de problemen, die zij met hun hele bestaan deelden.

En toch…
Niet ieder is echter in de gelegenheid of zelfs ook geroepen om zo dienstbaar te zijn aan de arm(st)en in de wereld. De vraag is dan echter wel, wat nochtans onze grondhouding is ten opzichte van diegenen, die zulk een zelfopofferende liefde wèl praktiseren. Want we leven wel allen in een wereld waar noden zijn en waar ook met inzet van velen noden gelenigd worden.
Moeten we niet eerlijk zeggen, dat vaak allereerst de vraag wordt gesteld naar de belijdenis achter de hulpverlening? Is die enigszins twijfelachtig dan worden de werken al snel als voortkomend uit een verkeerde bron àf-gedaan. Maar intussen houdt Jezus ons de barmhartige Samaritaan, met zijn hoogst twijfelachtige belijdenis, ten vóórbeeld tegenover de priester en de leviet, die in de tempel hun rechtzinnigheid gingen belijden en aan de man met zijn wonden voorbijgingen.

Wat zegt Jezus?
Niet de vraag wat wíj kunnen of waartoe wij geroepen worden is doorslaggevend. Ook niet de vraag hoe wíj beoordelen de arbeid der liefde, die in Zijn Naam bedreven wordt. Doorslaggevend is wat Jezus zelf zegt of wat de Schriften in het algeméén zeggen.
'De Heere vergeet niet de arbeid der liefde aan Zijn Naam bewezen als die de heiligen gediend hebt en nog dient' (Hebr. 6 : 10).
Zo staat Jezus ook voor vluchtelingen en daklozen. 'Ik was een vreemdeling en gij hebt Mij geherbergd', zegt Hij bij het laatste oordeel tot de rechtvaardigen. 'Voor zoveel gij dit een van deze minste broeders hebt gedaan, hebt gij het Mij gedaan'.


De vluchteling en de vreemdeling, de dakloze en de thuisloze staan niet buiten de aandacht van Christus. Hij trekt ze binnen Zijn lichtkring. Hij deelde Zelfs hun leven, zoals Hij het leven deelde van welke 'probleemgevallen' onder de mensen dan ook. Hij zegt van Zichzelf, als een Schriftgeleerde Hem zegt Hem te zullen volgen, dat de vogels van de hemel nesten hebben en de vossen holen, maar dat de Zoon des Mensen nog geen steen tot Zijn hoofdpeluw heeft. Dat is toch maar bij-wijze-van-spreken? Jezus had immers ook aardse vrienden, bij wie Hij terecht kon, waar Hem onderdak kon worden verschaft? En toch zegt Hij dit van Zichzelf.

Was Hij echter niet in de díépste betekenis van het woord een Verbannene, een Thuisloze, een Dakloze? Hij verliet immers het Huis van de Vader en koos deze aarde tot Zijn woonplaats. Dat alleen al betekende Thuis-loosheid, zoals niemand die kende of kent. Wat Hij in de schoot van de Vader had, is onvergelijkelijk méér dan wat een aards kind bij vader of moeder heeft. Daarom werd Hij, met Zijn komst in het vlees, de absoluut Thuisloze… Dakloze als geen ander.
Maar zo staat Hij ook dicht bij diegenen, die geen plaats ter woning hebben. In deze barre aardse gewesten, ver van het Huis van de Vader, weet Hij nabijheid te geven aan daklozen en zwervers, wanneer namelijk mensen in Zijn Naam tot dezulken komen. Dat geldt in geestelijk opzicht. Dat geldt ook dáár, waar een beker koud water wordt gegeven aan een dorstige, waar een schotel eten wordt verstrekt aan een hongerige, waar vluchtelingen onderdak krijgen en waar daklozen een onderkomen krijgen geboden in Naam van Christus.

Concreet
De Komst van Christus in ons menselijke vlees, in de onherbergzaamheid van deze wereld bepaalt ons dan ook zeker bij de immense noden onder de mensen, geestelijk, lichamelijk en sociaal. Dat brengt ons ook dicht bij diegenen die vandaag geen thuis hebben.
Miljoenen mensen in deze wereld hebben, ook het achterliggende jaar weer, huis en haard achter zich moeten laten, vluchtend naar onbekende bestemming. Ze zijn opgejaagd van de ene plek naar de andere, voortgejaagd van de ene schuilplaats naar de andere. We denken aan het drama in het voormalige Joegoslasvië, aan de onvoorstelbare honger in Somalië. En wat is alle hulp, die wordt verleend, méér dan een druppel op een gloeiende plaat! Ze steekt zo pover aftegen de lichtreclames van onze kerstverlichte volle winkels.


Maar we behoeven zo ver niet weg te gaan om daklozen en zwervers te ontmoeten. In eigen land zijn ze er in toenemende mate. Er is nieuwe armoede. Toegegeven, de dakloosheid in de derde wereld is een armoedeprobleem en dakloosheid te onzent is niet zelden (ook) een welvaartsprobleem. De moderne mens in onze welvaartssamenleving heeft immers ook machten, die hem binden en waarvan dan de gevolgen tastbaar zijn! Mensen raken soms door eigen schuld aan lager wal. Maar feit is intussen wel, dat er in ons land van jaar tot jaar 8.000 nieuwe daklozen en zwervers bij komen.

Wie is mijn naaste?
Niet ieder – het zij nogmaals gezegd – kan daadwerkelijk naast de marginalen in de samenleving gaan staan. Maar ook vandaag zijn er de mensen, die gedreven door de liefde van Christus, handreiking doen. Onze grondhouding is dan wezenlijk.


'Is een thuisloze mijn naaste?', zo luidt bijvoorbeeld het opschrift op een brochure van de Reformatorische Stichting Ontmoeting *). Deze stichting beijvert zich voor opvang van daklozen in onze grote steden. Het antwoord op de vraag is (kennelijk) positief. In die brochure staat te lezen, dat er in Nederland wel zo'n 200.000 dak- en thuislozen zijn. 'Mensen, die thuisloos zijn, missen meer dan een dak boven hun hoofd', staat daar met enkele eenvoudige maar veelzeggende woorden.
Wie denkt bij dit alles niet aan het genoemde woord van Jezus over de peluw, die Híj́ missen moest voor Zijn Hoofd?

Hier doen mensen er intussen wat aan om de nood van zwervers te lenigen, niet alleen door hen onderkomen te verschaffen maar ook door hen bij te lichten op hun uitzichtloze weg door het leven vanuit het Evangelie van de Zaligmaker, Die kwam om het verlorene te zoeken.
Kerst krijgt daar handen en voeten. Niet uit activisme of uit drang tot werkheiligheid, niet als alibi om de hulpvaardigheid van de gemeente af te kopen of omdat zulk werk toch wel boeiend is. Nee, gewoon omdat Christus het vráágt.
Letterlijk wordt gezegd: 'Een christen is de zalving van Christus deelachtig (zondag 12 H.C.). Zo gaat Hij het beeld van de Meester vertonen. Zoals de Heere Jezus bewogen was, zo is ook een christen bewogen. Zoals Christus gekomen is om te dienen (Matth. 20 : 28), zo acht ook een christen het zaliger te geven dan te ontvangen.'


We kunnen niet allen met moeder Theresa de sloppenwijken van Calcutta in of met Kagawa die van Kobe. We kunnen niet allen in directe zin naast de dakloze staan of naast de vluchteling. Maar de arbeid onder daklozen en vluchtelingen geschiedt wel in Jezus' naam. Voor zover gij dit aan een van deze minsten hebt gedaan…
Hij had geen plek om het hoofd neer te leggen. Hij was de Dakloze en Hem is de eeuwen door nochtans herbergzaamheid geboden. In de navolging namelijk. De kribbe staat dan ook dichter bij de straat dan bij de fonkelende feestzalen van deze wereld.
Immanuël, God met ons!

J. van der Graaf

*) 's-Gravendijkwal 95, Rotterdam, gironr. 2600356 t.n.v. St. Ontmoeting te Rhenen.

Tekst foto: Afghaanse vrouw met kleinkind in vluchtelingenkamp bij Peshawar (Tear Fund).

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 december 1992

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Ik ben een dakloze geweest en gij hebt Mij gehuisvest

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 december 1992

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's