Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ziet de mens

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ziet de mens

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Jezus dan kwam uit, dragende de doornenkroon, en het purperen kleed. En Pilatus zeide tot hen: Ziet, de mens!Johannes 19 : 5

Van kwaad tot erger
De zonde is een hellend vlak. De ene zonde roept de andere zonde op: de zonden worden meer en ernstiger, althans in mensenoog. Wie Gods heilige wet niet als gezaghebbende norm wil accepteren wordt een speelbal van de eigen driften of de driften van anderen.
Pilatus was dan wel geen man die naar Gods wet leefde, hij moest wel de Romeinse wetten handhaven. En dit zonder aanzien van de persoon. De stadhouder wilde echter de joodse leiders niet voor het hoofd stoten, terwijl hij wist dat Jezus onschuldig was. Eerst had hij zich van Jezus willen afmaken, door de joden te wijzen op de rechtspraak van het Sanhedrin. Daarna had hij nadrukkelijk gezegd: Ik vind geen schuld in Hem. Toen Pilatus Jezus naar buiten bracht om Hem te tonen aan de menigte zei hij 'opdat gij weet, dat ik in Hem geen schuld vind'.
Toch had Pilatus Jezus overgegeven om gegeseld te worden. Toch had Pilatus de soldaten hun gang laten gaan om met Jezus hun 'koningsspel' te spelen.
Tenslotte heeft Pilatus Jezus naar buiten gebracht. Onschuldig verklaard, niet veroordeeld, maar gegeseld en als Spotkoning tentoongesteld.
Van kwaad tot erger – Pilatus is voor ons een baken in zee. Wie God verlaat heeft smart op smart te vrezen. Wie begint om aan de zonde toe te geven, wordt al meer verstrikt in de zonde. Satan gaat door in zijn verleiding, totdat een mens in de zonde is omgekomen. Daarom moet altijd weer de oproep klinken: Bekeert u van uw zondige wegen; Zoekt de Heere en leeft!

Oproep tot medelijden
Pilatus bracht Jezus naar buiten, met een heel speciale bedoeling. Als de schare Jezus zou zien, zou dat hun medelijden opwekken. Deze man – onschuldig! – heeft toch al genoeg geleden? Geseling was immers een vreselijke straf. De ontblote rug was door de riemen van de gesel, waaraan ijzeren of loden haakjes zaten, open geploegd. Psalm 129 was in Jezus vervuld. 'Ploegers hebben op mijn rug geploegd; zij hebben hun voren lang getogen'.
'Ziet de mens'. Laat deze geseling genoeg zijn. Nu kan deze man vrijgelaten worden. Zou deze man de leider van een opstandige groep moeten zijn? Zou hij koning moeten zijn? Ziet de mens! Hij is niet meer dan een spotkoning! Geen echte kroon, maar een doornenkroon, waardoor Zijn hoofd bebloed is. Geen echte koningsmantel, maar een oud purperen kleed. Geen echte scepter, maar een rietstok. Medelijden en weerzin tegen deze koningsfiguur zullen om de voorrang gestreden hebben. Maar de bedoeling van Pilatus om Jezus op deze wijze vrij te laten, mislukte. Hij had niet gerekend met de grote haat van de joodse leiders. Hij had niet gelet op hun invloed op de verzamelde menigte.
Maar we moeten ook zeggen: Pilatus was instrument in Gods hand. God sloeg met deze kromme stok een rechte slag. Naar Gods raad moest de Christus lijden. Hij moest onschuldig ter dood veroordeeld worden. Hij moest gekruisigd worden, sterven en op de derde dag opstaan. Daarom is Pilatus niet geslaagd in zijn oproep tot medelijden.

Oproep tot schuldbesef
De woorden 'Ziet de mens' zijn verkondigd, nu al bijna twintig eeuwen lang. Wij mogen, vanuit het geheel van de Heilige Schrift, deze woorden van Pilatus verstaan als tekening van wie WIJ zijn. Beter gezegd, wie wij waren en wie wij geworden zijn.
Ziet de mens, ziet Adam! Jezus Christus is de Tweede Adam (Rom. 5). Hij is mens naar Gods bedoeling, onschuldig verklaard!
Zo was Adam, zo waren u en ik in Adam in de staat der rechtheid. Adam was als koning over de dieren en mocht de dieren een naam geven. De Schepper had de mens een weinig minder gemaakt dan de engelen en hem met eer en heerlijkheid gekroond (Ps. 8).
Door de zondige opstand tegen God dragen we niet meer de kroon der eer, maar zijn we slaven van zonde en satan geworden. De eer is weg. Wij mensen zijn een Spotkoning geworden. We verbeelden ons heel wat en kunnen hoog van de toren blazen. We strelen ons eigen ik en leven dat ik uit. Maar voor God zijn we niet meer dan een Spotkoning!
We worden getekend in wie we geworden zijn door de zondeval: Ziet de mens! De Heere laat ons dit niet verkondigen, opdat wij medelijden zouden hebben met de Heiland. Het gaat in de lijdenstijd niet er om, dat wij komen tot medelijden, maar dat wij komen tot schuldbesef! De Heilige Geest wil door het Woord aan zondaren leren, dat de Heere Jezus daar stond vanwege hun zonden. Ziet de mens! Ziet wie u geworden bent door de zonde! Als we door Gods genade dit werkelijk zien, dan gaan we ons verootmoedigen. Verdriet over de zonde als schuld tegenover de Heere.
Lezer(es), kent u het schuldbesef, als u hoort van de lijdende Zaligmaker? Striemt het uw hart, als u leest wat Pilatus sprak: 'Ziet de mens'?

Opwekking tot geloof
'Ziet de mens', wordt ons gepredikt, met een heerlijker en rijker bedoeling, dan alleen een opwekking tot medelijden. We mogen ook in een opwekking tot schuldbesef niet blijven steken. Het evangelie van Jezus Christus moet gepredikt worden aan alle volken met bevel van geloof en bekering.
De Heere laat aan ons prediken dat de Zoon van God, Die mens geworden is, de plaats wilde innemen van zondaren. Het heerlijk evangelie is, dat Hij als Borg vrijwillig de schuld van Zijn volk op Zich genomen heeft. Hij, Die geen zonde gekend noch gedaan heeft, is door God de Vader tot zonde gemaakt. Hij in onze plaats!
Maar dit niet in algemene zin. Zoals soms gezegd wordt: Jezus nam de plaats in van alle zondaren. U en ik zijn een zondaar, en daarom zullen we behouden zijn als we zelf in de Heere Jezus willen geloven. Deze remonstrantse leer van de algemene verzoening is door onze vaderen als onbijbels afgewezen. Christus bad voor degenen die de Vader Hem gegeven had (Joh. 17 : 9). Voor hen betaalde Hij de schuld. Echter, dit evangelie moet wereldwijd verkondigd worden. Ziet de mens. Ziet hoe grote liefde de Zaligmaker had voor zondaren. Hij wilde in hun plaats staan! Opdat zij, die belijden moeten niet meer te zijn dan een zondaar, door het gelovig zien op Hem behouden zullen worden.
De Heilige Geest wil ook u leren om al uw vertrouwen op deze Mens te stellen. Om te geloven dat Zijn offer genoeg is, ook voor uw hemelhoge schuld.
Dan blijft er voor alle gelovigen alleen verwondering over. Hij in onze plaats! Hij een spotkoning, opdat wij door Zijn Middelaarswerk weer zouden zijn een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterdom, een heilig volk, een verkregen volk; (1 Petrus 2 : 9).
Mag u, door de Heilige Geest geleid, al verkondigen de deugden van Hem, Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht? Dan wijzen we af van onszelf om heen te wijzen naar de Heere Jezus Christus in Zijn vernedering: Ziet de mens!
Hij, in mijn plaats!

A. Jonker, Barendrecht

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 maart 1994

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Ziet de mens

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 maart 1994

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's