Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Globaal bekeken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Globaal bekeken

7 minuten leestijd

In De Horizon (afd. Gereformeerde Bond te Sliedrecht) wordt het volgende vermeld 'van richtingen en afscheiding'.

'Meermalen heeft de gemeente ten deze strijd en zorgen gekend. We denken dan niet in de eerste plaats aan het verschil tussen de ambachtsheer en de kerkeraad over de beroeping van een predikant. Die strijd begon in 1679 en heeft tot in het begin van de vorige eeuw geduurd. Het geschil liep over de goedkeuring van de beroeping door de ambachtsheer, en derhalve niet over de theologische richting van de predikant.
Anders was het gesteld ten aanzien van de beroeping van dr. Lieftinck anno 1888/9. Eind 1888 komt de vacature, ontstaan door het vertrek van een vrijzinnige predikant, aan de orde. De kerkeraad is van mening dat er een predikant beroepen moet worden van "gematigde, doch beslist liberale beginselen". Kort nadien dringen 210 manslidmaten bij de kerkeraad aan op beroeping van een predikant "die vasthoudt aan de Bijbel als Gods onfeilbaar woord"; 68 leden wensen een predikant te beroepen "die de gemeente in vrijzinnige geest zal leiden". De kerkeraad heeft de vrijzinnige dr. J. W. Lieftinck beroepen. Hierna hebben 75 rechtzinnigen nog getracht de beroeping ongedaan te maken, zelfs tot de Algemene synode toe. In 1890 komt de synodale eindbeslissing: de kerkeraad kan onverwijld tot de bevestiging van dr Lieftinck overgaan.
Deze zaak heeft heel wat beroering gewekt. Ook kerkrechtelijk, getuige de 100 bladzijden tellende brochure "De kerkelijke kwestie te Sliedrecht" die omstreeks 1890 het licht zag.
Kort nadien voltrekt zich een afscheiding door de oprichting van de rechtzinnige Vereniging tot evangelisatie. Haar administratieboèkje is na de opheffing in 1935 aan de gemeente overgedragen.
Vermeldenswaard is nog de uittreding uit de gemeente van J. H. Bogaard omstreeks 1908. Bogaard is tot in 1940, met een "eigen gemeente", voorgegaan in het "Hervormd lokaal" aan de Stationsweg; hij bediende daar ook de sacramenten.'


Via een regionaal kerkblad kregen we een opmerkelijk stuk onder ogen van ds. R. Koopmans te Assen, eerder geplaatst in Woord en Dienst onder de titel 'De andere kerkverlaters':

'Het valt mij op dat wanneer het in Woord & Dienst en ook in bladen als Toerusting en dergelijke over kerkverlating gaat, vrijwel altijd de aandacht is gericht op de zogenaamde "progressieve gelovige": het lid van de liturgiecommissie die geen gehoor krijgt, de moderne "theologische cursus voor gemeenteledenvrouw" die vindt dat de dominee de gemeente dom houdt enz.
Er is echter een grote stroom van kerkverlaters die zich meer ter rechterzijde van het kerkelijk spectrum bevindt Het zijn er velen, vrouwen en mannen, ook jongeren, die teleurgesteld zijn in de kerk omdat het eenvoudige geloof hen ontnomen wordt, en die hun heil zoeken in afgescheiden of evangelische groepen óf thuisblijven. Het zijn geen domme of domgehouden mensen. Onze kerken worden immers bevolkt door mensen overal vandaan, ze hebben heel wat meegemaakt en gehoord, ook vanaf de kansels. Vaak zijn zij naar hun oordeel jarenlang "suf gepreekt" over twee scheppingsverhálen, twee, nee drie Jesaja's, een alleen maar joodse Jezus en allerlei rabbijnse vondsten. Ze kregen te horen van een feministische Ruth en moesten de eredienst vieren met hun niet eigen zijnde responsies. Het gepsychologiseer à la Drewermann – ze kunnen het misschien niet zo benoemen, maar ze hebben het alláng gehad.
En het hangt ze meterslang de keel uit. Sommige van deze gemeenteleden ontmoet ik in mijn pastoraat. Hun verhalen zijn vaak emotioneel en bitter. Want juist zíj werden niet begrepen, kregen geen gehoor of zelfs niet eens huisbezoek.
Het is natuurlijk niet zo dat bovengenoemde zaken door deze gemeenteleden verafschuwd en door mij misschien wat gechargeerd weergegeven, hun eigen waarde niet hebben. In de stad waar ik woon en werk zijn gelukkige voorbeelden van wijkgemeenten, waar een wat "modernere" geloofsbeleving wél landt en waar de liturgie van harte gevierd wordt. En we zijn in Assen gelukkig "geperforeerd", zodat een ieder zijns of haars weegs kan gaan. Over en weer. En toch als ik om mij heenkijk, in althans kerkelijk Noord-Nederland, dan kunnen de traditionelere gelovigen in onze kerken vaak nauwelijks meer terecht. Uit ervaring weet ik dat in sommige streken de kerkelijke kaalslag wat dit betreft enorm is. In tegenstelling tot liefhebbers van moderne liturgie en theologie, die kunnen vaak te kust en te keur aan hun trekken komen, in stad en dorp.
De opmerking in het artikel van mevrouw Van Ginkel genoemd, gemaakt tegen een liturgiecommissie: "Jullie moeten de weg naar God maar eens terugvinden", is inderdaad bot. Maar raakt ze niet de kérn van ons geloof, de vraag naar God, naar een genadige God? Veel gemeenteleden zoeken een prediking die ingaat op die vraag. Verticaal, inderdaad, maar nabij genoeg om ook horizontaal te kunnen zijn. Ze beleven hun geloof in een sobere dienst met bekende liederen, en willen een dominee die gewoon op huisbezoek gaat Helaas komen zij vaak van de koude kermis thuis. In onze wijkgemeente proberen wij in alle gebrekkigheid aan deze vraag te voldoen. Niet om mensen dom te houden of de gemeente naar de mond te praten, maar omdat wij juist zó geloven en belijden willen.
Er is veel (potentiële) kerkverlating bij deze groep gewone gereformeerden en hervormden. Het ware te wensen dat aan hún stem meer gehoor werd gegeven.'


Ergens 'onderweg' reikte iemand mij gedichten aan, waaronder 'Reizen' van Jacobus Revius:

Wat baat het, veel gereisd in landen wijd – gelegen.
Zo gij niet in en gaat des Heeren smalle wegen?
Wat baat het te bezien zo menig schone stad
Zo gij het hemelrijk in 't harte niet bevat?

Wat baat het dat gij roemt van velerhande spraken
indien des Geestes taal u niet en kan vermaken?
Wat baat het dat gij weet, en vele daarvan kout,
Hoe hier en daar een waard zijn gasten onderhoudt.

Indien gij niet en weet hoe dat gij moet onthalen
Die Gast, Die in uw ziel komt van de hemel dalen?
Reist vrij ter plaatse daar gij vreemde dingen ziet,
Maar wacht u, en vervreemdt van uwen Schepper niet.


Van Henk van As, redacteur kunst en letteren bij het R.D., werd een nieuwe hoogwaardige dichtbundel uitgegeven, onder de titel 'Ik moet het eerst zien' (Boekencentrum, Zoetermeer). In streekdialect dichtte hij over zijn moeder 'Mien moeder, un noagedachte'

Drie jaor nao heur hengaon
Meimavond Stermaond 1994

Haos twintig jaor heb Ie Pa overlèèf,
toen kwam óe tied. Wie heb Oe weg'ebrach.
Mä in mien droom'n zie 'k Oe elke nach
en ik heur de wieze less'n die'j mien geef.

Daor bin 'k niet altied blie mee, mä ie kunt
mien nog niet löslaot'n, en dät is goed:
zó lange he'j veur ons 'ezörg! Wie gunt
Oe wel, dä'j dät noe niet meer doet!

Ik mot toch deur, ok mit mijn klein gezin.
Dät völt niet altied mee; soms snap ze niet
wat mien mankeert: 'Nao drie jaor nòg ve'driet?
Bi'j vijftug, en ie vuult oe nòg klein kind?'

Ie lèèf oe bèter lèèv'n bie oe God
noe zonder traon'n. Die he'j genòg 'ehad!

Ik mis Oe, mä bin blie dät in oe Stad
van Goud gien zunne meer onder geet
en dä'j gien las meer heb van al òns leed.
Wie ziet Oe trug, straks, op de Dag van God.

Slaop, Moe, eers vredig in oe moederschoot.
Nóen is de kouwe kerkhofgrond oe moeder.
Zee zörg zolange veur Oe, mien éigen Moeder.
Ie bint noe zaod in de aarde, mä niet dood.

Want as un korrel graan zö'j rustig gruuj'n
en in Heer Jezus' tuintjen eeuwig bluuj'n!

v. d. G.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 september 1994

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Globaal bekeken

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 september 1994

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's