Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De plaats van Maria in de Reformatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De plaats van Maria in de Reformatie

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wanneer reformatorische christenen bezuiden de grote rivieren komen, anders gezegd in Rooms-Katholieke omgeving belanden, dan wanen ze zich, geestelijk gezien in een andere wereld. Die wereld is zeker christelijk te noemen. Het openbare leven is misschien meer door het christendom gestempeld dan in het protestantse noorden, maar het is wel een heel ander klimaat. De kerken zijn er imposanter en heel anders aangekleed. Met name de stoffering met beelden valt ons op. Teken van de verering van heiligen, onder wie Maria, de moeder van Christus, niet alleen de eerste plaats inneemt, maar ook een unieke plaats. Vele van de grote Rooms-Katholieke kerkgebouwen hebben een aparte kapel aan haar gewijd. De verering van Maria overtreft verre die van alle andere heiligen. Een protestant wordt gewaar dat Maria in het Rooms-katholicisme een totaal andere plaats inneemt dan in het protestantisme. Dit blijkt ook uit de namen en titels die men haar toedicht. Een zeer oude naam voor haar is 'Moeder Gods'. Verder wordt zij 'Koningin des hemels' of 'Sterre der Zee' genoemd. Zij heet 'onbevlekt ontvangen' te zijn, naar analogie van haar Zoon Jezus. Ook wordt zij geacht 'ten hemel opgenomen' te zijn. Bewijs daarvoor dat een en ander ook in de theologie wordt verwerkt. Zelfs wordt zij gezien als 'Medeverlosseres' met Christus. Het schijnt de conseqentie van al het voorgaande.
In de toegenomen drang tot oecumene wordt door alzo gezinde protestanten graag dit verschil in zienswijze op Maria gebagatelliseerd. Men houdt dan graag een verlicht katholicisme voor ogen, dat aan de Mariaverering ontgroeid heet te zijn. En men kan ook vele Roomse mensen tegenkomen die zich aan de verering van Maria niet veel gelegen laten liggen. Maar toch mag men er niet aan voorbij gaan, dat in de ontwikkeling van de theologie Maria's plaats niet geringer wordt, maar steeds belangrijker. De dogma's omtrent haar ten-hemel-opneming en haar medeverlosseres-zijn kwamen pas in later eeuwen tot ontwikkeling. Ook in de vroomheidsbeleving neemt Maria nog altijd een grote plaats in. Tot in die van het hoofd van de Roomse kerk, de paus, toe.

Wortels
Waar liggen toch de wortels van deze Mariaverering? mag dus wel de vraag zijn van iedere rechtgeaarde protestant. Daar zou natuurlijk een heel boek over te schrijven zijn, maar voor dit artikel wil ik twee dingen slechts aanstippen.
In de eerste plaats is daar de aanduiding van Maria als 'Moeder Gods'. Door protestanten nooit gebruikt, maar door rooms-katholieken (en oosters-orthodoxen) veelvuldig. U begrijpt dat het een hele stap is om Maria in plaats van 'Moeder des Heeren' 'Moeder Gods' te noemen. De eerste aanduiding is Bijbels, de tweede komt op in de traditie. Met de naam 'Moeder Gods' wordt ook wezenlijk wat anders uitgedrukt dan met 'Moeder des Heeren'. Toen Elizabeth Maria moeder van haar Heere noemde, drukte zij daarmee uit: het kind dat u, Maria, draagt, is mijn Heer. En Heer- of Koning-zijn behoort tot het Middelaarsambt van de Heere Jezus. Maar wanneer wij Maria 'Moeder Gods' noemen, dan denken wij aan Christus, niet in Zijn ambten, maar naar Zijn wezen en verbondenheid met de Vader en de Heilige Geest. En als zodanig heeft de Zoon van God niet een 'moeder'. Daarom geeft de naam 'Moeder Gods' aanleiding tot ernstig misverstand en heeft die in concreto zeer meegewerkt aan de verheffing van de figuur van Maria.


Nu stelde ik al, dat de titel 'Moeder Gods' reeds een zeer oude is. Inderdaad wordt hij al door kerkvaders in de Vroege Kerk gebruikt. Bijvoorbeeld door de kerkvader Athanasius; toch waarlijk een kampioen van de orthodoxie. En toch, het opvallende bij Athanasius is, dat hij met deze titel niet een uitspraak wil doen over Maria, maar over Christus! Met andere woorden: niet de goddelijkheid van Maria wordt met deze titel door Athanasius gesteld, maar de godheid van Christus wordt ermee onderstreept. Uiteraard is hiermee deze titel nog niet gelegitimeerd, maar wellicht het gebruik ervan in de Vroege Kerk verklaard.


Een andere wortel voor de verering van Maria ligt in een bepaalde vertaling van een tekst uit de Bijbel. Wij lezen in Lukas 1 van de verschijning van de Engel Gabriel aan Maria, waarbij hij haar de geboorte van een zoon, Jezus te noemen, aankondigt. De begroeting van Maria door de Engel luidt aldus: 'Wees gegroet, gij begenadigde; de Heere is met u; gij zijt gezegend onder de vrouwen' (Lukas 1 : 28, Statenvertaling). Het woord 'begenadigd zijn' komt maar twee keer in het Nieuwe Testament voor. Hier en in Efezen 1 : 6: '… door welke Hij ons begenadigd heeft in den Geliefde (nl. Jezus Christus)'. De vertaling 'begenadiging' drukt de bedoeling van het oorspronkelijke woord zeer juist uit, waarbij genade 'gunst' betekent; het welgevallen dat God heeft in Maria. Dit welgevallen is iets wat van God uitgaat en niet iets wat Maria oproept.
Beroemd, maar met een belangrijk verschil is de vertaling van Lukas 1 : 28 in de Latijnse Bijbel, die gezaghebbend is geworden in de Rooms-Katholieke kerk: 'Wees gegroet, gij vol van genade' ('Ave, Maria, gratia plena'). Het verschil is niet maar een accentverschil; het gaat dieper. Volgens de oorspronkelijke tekst is Maria een meisje zoals alle andere meisjes, die zich door de verschijning en de groet van de Engel Gabriel op één lijn zich ziet geplaatst met Abraham, Gideon en Jesaja. Maar in zichzelf is zij niet een bijzonder iemand, behalve dat ze uit het koninklijk geslacht van David stamt. Maar in de Latijnse Bijbel is het alsof Maria zelf een bijzonder iemand is, terwijl de Engel Gabriel dat niet bedoelt.

Kardinaal
Kardinaal is het verschil of Maria 'begenadigd' is of 'vol van genade'. Is genade iets in God of iets in Maria? Zo zou je de kwestie onder woorden brengen. In het eerste geval hebben we met een bijzondere God te maken en is genade werkelijk genade. In het tweede geval wordt de genade verlegd uit God in de mens. Genade wordt een kwaliteit van de mens. En dit is nu gebeurd in het geval van Maria. In de traditie van de kerk is men meer en meer van Maria iets bijzonders gaan maken en heeft men op grond daarvan steeds hoger titels aan haar toegekend.
Hier zijn we een hoogst belangrijk verschil tussen rooms-katholieken en protestanten op het spoor. Roomsen zeggen inderdaad dat genade iets is wat in de mens zit, waardoor die mens ook wat wordt. Protestanten zeggen Johannes Calvijn na wat bij schreef in zijn 'Institutie': Genade is 'de genadige gezindheid van God jegens ons'.
En zo heeft inderdaad de Engels Gabriel Maria begroet. Niet: 'Maria wat bent u toch een vrouw vol van genade', maar: 'Maria, er is in het hart van God genade; en Hij heeft u begenadigd'.
Intussen moeten wij protestanten niet denken dat wij hier niets te leren hebben. De vraag aan ons zou kunnen luiden: 'Wat is voor u genade?' En dan schiet ons een ouderwetse uitdrukking te binnen: 'Die of die; dat is iemand met genade'. En let dan op het woordje 'met'. Maar dan denken dus ook wij over de genade als een bezit! Een mens heeft genade of bezit die niet. En wanneer men genade 'bezit', dan is men toch boven andere mensen verheven. Met zulk een bijzonder bezit is men zelfbijzonder geworden. Maria wordt in reformatorische kringen niet vereerd, maar mensen met genade worden er wel geacht te zijn en zij worden wel vereerd.

Verlegging
Wij staan dus voor het feit, dat ook binnen het protestantisme door velen de genade verlegd wordt uit God in de mens. Natuurlijk zal niemand 'met' genade ontkennen, dat hij of zij die van God ontvangen heeft. Maar hoe spoedig wordt niet een ontvangen geschenk tot vanzelfsprekend eigendom. En hoe gemakkelijk wordt dan niet vergeten de oer-reformatorische wijsheid, dat wij allen 'van een lap gescheurd zijn'. Maar is genade dan niet iets wat in de mens een vaste plaats ontvangt? Deze vraag is in veler theologie bevestigend beantwoord. Het verlangen om iets van de zaligheid blijvend in zichzelf te hebben, zit diep in ons mensen. Het is niet genoeg om naar het woord van H. F. Kohlbrugge als enige 'de Heilige Geest blijvend in ons te hebben'. Wij verlangen groter zekerheid. Maar genade als bezit in onszelf is een doorlopende weg. In de Roomse kerk, met haar Maria 'vol van genade' is de heilszekerheid weggeraakt. In de protestantse kerken, met haar genade als bezit is de heilsonzekerheid even diep. Wat een mens heeft, kan hij immers zo gemakkelijk verliezen. En wat een mens niet heeft; hoe zal hij er aan komen?
Alle reden is er om de zaligheid uitsluitend en alleen 'buiten onszelf in Jezus Christus te zoeken' (het Avondmaalsformulier). Alle reden hebben we om (met Calvijn) het uitsluitend te verwachten van 'Gods genadige gezindheid jegens ons'. Ik hoef niet vol van genade te zijn; Maria was dat ook niet. Daarmee is zij niet gediskwalificeerd. Integendeel! De lege hand van het geloof heeft ze opgehouden en zo heeft zij Christus ontvangen. Niet vol van genade maar vol van geloof is zij geweest. En zo is ze geworden, niet 'Moeder Gods', maar moeder van Jezus en moeder van alle gelovigen.

J. J. Verhaar, Houten

Tekst afbeelding:
Stervende Maria. Mozaïek uit de Kariye Cami (Kerk van de Verlosser van het Choraklooster) te Instanbul, Turkeije.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 december 1994

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

De plaats van Maria in de Reformatie

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 december 1994

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's