Heiligmaking

Het woord heiligmaking hoort onlosmakelijk­ onlosmakelijk bij rechtvaardigmaking. Beide woorden en zaken kunnen niet van elkaar gescheiden worden omdat ze verenigd zijn in het ene heil dat geschonken wordt in de kennis van Christus. Paulus geeft dat als volgt aan: Maar uit Hem zijt gij in Christus Jezus, Die ons geworden is wijsheid van God, en rechtvaardigheid, en heiligmaking en verlossing' (1 Kor. 1:30). Vanuit deze centrale tekst wordt het duidelijk dat de heiligmaking, of heiliging, niets anders is dan het leven in de praktijk vanuit Christus' verlossing. Het is niet de gerechtvaardigde gelovige zelf, die zijn heiligmaking als een eigen activiteit ter hand neemt. Het is door de werking van de Heilige Geest dat de 'heiligmaking des Geestes' (1 Petr. 1 : 2) de realiteit wordt van het nieuwe leven van de christen. Het is dezelfde Geest Die in Christus woont, en door Wie Christus duidelijk als Zoon van God wordt erkend: Die krachtelijk bewezen is te zijn de Zoon van God, naar den Geest der heiligmaking, uit de opstanding der doden namelijk Jezus Christus, onzen Heere' (Rom. 1:4). Heilig maken, dat kan ten diepste alleen wie heilig is. Daarom gaat het hier, als het de vermaning betreft tot de gelovigen om er werk van te maken, niet om het eigen werk waardoor ze zichzelf zouden moeten reinigen tot heiligheid.

De oproep tot heiligmaking aan het adres van de gelovigen rust in de genade van de verzoening door Christus' reinigend bloed. Als verzoening de grond is van het christelijke leven, dan is heiliging de vorm waarin. het nieuwe leven gestalte krijgt in de vreze Gods. Tot dit leven wordt de gelovige in genade geroepen. Het is de wil van God over zijn leven: Want dit is de wil van God, uw heiligmaking: at gij u onthoudt van de hoererij; Dat een iegelijk van u wete zijn vat te bezitten in heiligmaking en eer' (1 Thess. 4:3, 4). Het tegendeel van heiligmaking is onreinheid en onzuiverheid in morele zin.

Het is dus meer dan een innerlijke staat van de mens, het komt in de heiligmaking heel duidelijk aan op de praktijk van het leven dat in overeenstemming dient te zijn met de heiligheid van God, zoals die in Christus openbaar is gekomen. Het is ook een absolute voorwaarde voor de zaligheid, die in de aanschouwing van de Heere wordt ontvangen: Jaagt den vrede na met allen, en de heiligmaking, zonder welke niemand den Heere zien zal; ' (Hebr. 12:14). Het geeft aan het geloofsleven de vurigheid van verlangen naar de grote dag waarop de heiligmaking volkomen zal wezen, zoals de apostel tot uiting laat komen in zijn gebed voor de gemeente: Opdat Hij uw harten versterke, om onberispelijk te zijn in heiligmaking, voor onzen God en Vader, in de toekomst van onzen Heere Jezus Christus met al zijn heiligen' (1 Thess. 3 : 13). Het geheim van een leven van heiligmaking, hoezeer het ook de uiterlijke zuivering is van het levensgedrag, is toch eerst en voor al de zuiverheid van het hart dat God vreest. Het is de vreze des Heere, in het heilig leven met Zijn beloften en geboden, waar de apostel van spreekt: Dewijl wij dan deze beloften hebben, geliefden, laat ons onszelven reinigen van alle besmetting des vleses en des Geestes voleindigende de heiligmaking in de vreze Gods' (2 Kor. 7 : 1). Het is die eerbiedige en toegewijde vreze Gods, die alle onreinheid doet haten en ontvluchten, en die de reiniging zoekt in Christus' bloed en doet leven uit de kracht van de Heilige Geest.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen