Een rijke belofte

Veel krijgt de profeet Zacharia in deze nacht te zien. God heeft hem dan ook het nodige te zeggen. Hij zorgt voor verschillende taferelen. Hij zorgt ook voor een uitlegger. Zacharia ziet een gouden kandelaar. Dat is voor de zoon van een priester geen vreemde voorstelling. De kandelaar is nauw verbonden met de eredienst. Zo was dat in de Tabernakel, het heiligdom van de woestijntijd. En later verspreiden in de tempel van Salomo tien kandelaren hun licht. Maar Zacharia krijgt toch wel een heel merkwaardig instrument te zien. Elk van de zeven lampen is door middel van een buizenstelsel verbonden met een oliereservoirtje. En twee olijfbomen aan weerszijden van de kandelaar zorgen ervoor dat er olie naar dat reservoirtje stroomt.

In deze weken na Pinksteren wil ik u wijzen op dit gezicht. U zult weer veel over de Heilige Geest gehoord hebben. U weet, dat olie een beeld van Hem is. De Geest schakelt mensen in. Mensen mogen ervoor zorgen, dat de olie via het oliekruikje de lampen bereikt. Mensen mogen om zo te zeggen goud doorgeven! Dat heeft God gewild. In de dagen van Zacharia wilde Hij Zich bijzonder bedienen van Zerubbabel en de hogepriester Jozua. Zij zijn vol van de Heilige Geest. Aan hen moet Zacharia denken wanneer hij die twee olijfbomen naast de kandelaar ziet staan.

De HEERE heeft met name voor Zerubbabel een boodschap. Deze man mocht leiding geven aan de teruggekeerde Judeeërs. Hij moet tot het besef komen: 'Niet door kracht, noch door geweld, maar door Mijn Geest zal het geschieden, zegt de HEERE der heerscharen.' Dat is een hele les voor deze man. De HEERE bemoedigt, hem wanneer hij van de profeet hoort dat de kandelaar zal branden. Tempel en tempeldienst zullen hersteld worden. Na de nacht van de ballingschap en de duisternis van menselijk tegenwerken zal de HEERE God komen met Zijn licht.

Er gaat dan veel veranderen. De kandelaar zal weer licht verspreiden. En dat niet door het organisatietalent van Zerubbabel. En niet doordat de mannen van Juda de handen ineenslaan. Maar dit alles zal gebeuren door de Geest van God. Dat heeft Zerubbabel moeten leren. En niet alleen hij! Ook de Kerk van het nieuwe Verbond wordt door Gods Geest verlicht. Ook zij kan de verlichting door de Heilige Geest niet missen. Er is veel ingezonken. De zichtbare kerk is zeker niet altijd een licht op de kandelaar. Innerlijke verdeeldheid verlamt haar. De boze zaait verwarring op het kerkelijke erf. Tegenstellingen worden aangescherpt. Wat kunnen we hunkeren naar licht! Maar de zichtbare kerk geeft in onze dagen geen opwekkend beeld te zien. In onze kortzichtigheid willen wij wel eens denken dat wij de vlam brandend moeten houden. Dat wij met vereende krachtsinspanning de voortgang van de dienst des HEEREN moeten garanderen. En we kunnen in de praktijk krampachtig achter van alles en nog wat aanhollen. Maar ontdekte u al dat u de vlam niet van voedsel kunt voorzien? Misschien verwachtte u teveel van mensen. Mogelijk vertrouwde u op wat mensen organiseerden en aan visies naar voren brachten. Maar daarmee werd het leven in het licht nog geen feit. 'Niet door kracht, noch door geweld, maar door Mijn Geest zal het geschieden, zegt de HEERE der heerscharen.'

Met Zacharia krijgen ook wij aanschouwelijk onderwijs. Door Gods Geest wordt de kandelaar gevoed. Zoals de kandelaar licht verspreiden mag door de olie uit die twee olijfbomen, zo leeft de Kerk uit haar Koning. Christus zei over het werk van Zijn Geest: 'Hij zal het uit het Mijne nemen en zal het u verkondigen.' En de Heilige Geest wil hierbij gebruikmaken van de dienst van mensen. Door Zijn kracht worden ze in staat gesteld om licht te verspreiden. Door Hem worden ze gewillig gemaakt om de HEERE door Zijn Geest in hun hart te laten werken. Door de Geest, Die Hij verdiende, houdt Christus de lamp van het geloof brandend. Hij schenkt mensen de olie van Zijn Geest.

Dat betekent: Licht! Door de Geest, Die van de Vader en de Zoon uitgaat, wordt Gods Kerk gevoed en verlicht. Zerubbabel werd hiervan verzekerd. Hij zag in zijn dagen een berg vol bezwaren oprijzen. Maar de HEERE wist er raad mee. Van die berg zou niets overblijven. En Zerubbabel krijgt de belofte, dat hij de voltooiing van het heiligdom mag beleven. Door Gods Geest gebeuren er grote dingen.

Houden wij ons dit voor gezegd? Ook wanneer in onze dagen de afval al maar groter wordt en we ons wel eens moedeloos kunnen afvragen of het nog wel zin heeft om bezig te blijven in de dienst des HEEREN? Wanneer de Geest ons leidt zeggen we toch: 'De HEERE regeert en zal Zijn almacht tonen.' Hij regeert ook wat wij gewoon zijn klein te noemen. Hij zorgt voor moed en kracht. Hij brengt Zijn strijdende Kerk thuis. Allen, die in het vrolijke levenslicht wandelen, zullen hun Koning eren en zeggen: 'U maakte alles wel. U gaf ons steun en vertrouwen. U nam onze bezwaren weg. U vervulde Uw rijke beloften. Door Uw Geest deed U grote dingen. Ook in ons leven. U zij daarvoor lof en dank!'

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen