Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Boemeltrein met door elkaar pratende reizigers

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Boemeltrein met door elkaar pratende reizigers

De hervormde najaarssynode

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op dit moment is er bij de hervormde classicale vergaderingen onvoldoende draagvlak voor het ongewijzigd verdergaan naar de vereniging van de drie kerken, die met de kerkorde voor de Verenigde Protestantse Kerk in Nederland wordt beoogd. Dat concludeerde de hervormde Commissie voor Kerkordelijke Aangelegenheden (KOA) op grond van de consideraties van de classes, waarvan de samenvatting bijgaand is opgenomen.

'We hebben een tot het bot verdeelde kerk', zei dan ook de synodepraeses ds. W. B. Beekman bij de opening van de synodezitting over deze consideraties. Ik citeer hem letterlijk:

'De vraag die voortdurend op mijn nachtkastje ligt, is: hoe gaan wij om met een dermate verdeelde kerk. De goede wijze van hiermee omgaan weet ik niet. Die zullen we als kerk samen moeten zoeken. Ik heb al wel een slechte handelwijze gevonden: ontkennen. Zeggen dat het allemaal wel meevalt. Dat SoW de hobby is van enkele kerkleiders en functionarissen en een noodzaak voor enkele armlastige gemeenten of regio's. Of dat het wel meevalt met de weerstand. Het gedeelte dat niet wil is altijd tegen elke verandering; krachtig optreden krijgt hen vanzelf weer in het gareel.

Een tweede vorm van ontkennen is verkondigen dat het niet mag: De tegenstanders van SoW zijn intolerante fundamentalisten, daar mag je geen rekening mee houden. Bovendien, kerkelijke eenwording is toch opdracht van de Heer! Of van de andere kant: Eenwording van de hervormde kerk met Lutheranen en Gereformeerden verkwanselt de historie, het erfgoed en de belijdenis van de Hervormde Kerk. De Hervormde Kerk die samen op weg gaat, kan dus de ware Hervormde Kerk niet zijn. Het hart daarvan blijft achter

Ontkennen geeft oogkleppen. Zij die trekken aan de voortgang van SoW, trekken nog een stukje harder. Zij die remmen, remmen nog wat sterker. En zo frustreren zij elkaar.'

Voor het proces van vereniging is intussen meer tijd nodig dan was voorzien. Maar voor verder werken aan dit proces, om op langere termijn tot vereniging te komen, zou wel voldoende draagvlak zijn. Dat was namelijk de tweede conclusie van KOA. Met hand en tand heeft KOA deze conclusie verdedigd, waarbij de gedachte van federatie, die ongevraagd door een groot aantal classes was opgeworpen, door KOA niet bespreekbaar werd geacht. Dat zou het proces laten verzanden 'in een organisatorisch proces, dat niemand wil'.

Aan het eind van de zitting liet voorzitter ds. R van den Heuvel evenwel weten, dat classes federatie opvoerden als alternatief, omdat ze Samen op Weg niet willen. Dat nu had in de conclusies dunkt ons duidelijker verdisconteerd moeten worden. Het is immers niet niets, dat zoveel classes ongevraagd hebben aangedrongen op federatie(ve samenwerking). Juist op het punt van al of niet verenigen blijkt de Hervormde Kerk 'tot op het bot verdeeld'. De KOA heeft de kwestie nu intussen helemaal teruggebracht tot de vraag 'ja of nee' en zelf tot 'ja' besloten.

Trein

De synode ging na een amechtige zitting akkoord met de conclusies van KOA, daarin gesteund door 'de grootst mogelijke meerderheid van het modefamen'. De KOA mag haar adviezen voor de verdere voortgang van het proces dan ook aan de triosynode in januari voorleggen.

Wat onder grootst mogelijke meerderheid van het moderamen moest worden verstaan bleek uit het feit, dat moderamenlid ds. W. P. van der Aa een motie indiende, waarin hij de synode opriep uit te spreken dat het kerkorde-traject — 'vereniging zoals beoogd in de kerkorde VPKN' — nu geen prioriteit kan hebben. De vragen van het kerk-zijn verdienen 'als weg van herstel van de Hervormde Kerk in haar verdeeldheid en van de kerken in haar breuk' voorrang. Aan die vraag blijkt de weg van de kerkorde niet te voldoen. Deze verdiept de kloof.

De classes zijn het zat, zo betoogde ds. van der Aa. 'Ik herken de stem van mijn classis niet in het KOA advies'. De vraag is of classes nog wel willen considereren als het over de ordinanties bij de kerkorde gaat.

Oud. L. van Walsum, Bleskensgraaf vroeg in een motie zelfs het proces geheel te stoppen. Een fusie op papier zal niet helpen en de 'groeioptie' zal niet werken. Er wordt door KOA toegewerkt naar 'SoWconclusies'.

In een motie van ds. D. D. Lucas, Nijega e. a. werd gevraagd de behandeling van de kerkorde op te schorten, totdat kerkeraden en classicale vergaderingen concreet zouden zijn geraadpleegd over de beide opties: federatie en vereniging. Als niet nu daartoe zou worden besloten zou dat 'beneden het niveau van de ernst van de situatie zijn', aldus ds. Lucas..

Een gelijksoortige motie werd ingediend door ds. B. H. Weegink, Katwijk aan Zee, die refereerde aan het feit, dat classes voor federatie hadden gekozen 'om hun onbehagen over SoW als zodanig te parkeren'. De oplossing is niet dat we meer tijd nemen. Dat wordt een loopgravenoorlog. Mensen worden het zat. De besluitvoorstellen van KOA verhevigen het verzet.

Ds. M. Baan, Nijkerk vroeg in een motie de KOA een stuk te laten opstellen, waarin helder uiteen wordt gezet wat het verschil is tussen federatie en fusie en daarover dan de classes te raadplegen. Hij waarschuwde voor schaatsen op zwak ijs.

Mevrouw ds. H. Keur, Driel daarentegen vroeg in een motie ondertekend door uitsluitend vrouwelijke synodeleden, elf in totaal, het SoW-proces krachtig te bevorderen. Het draagvlak ontbreekt, erkende ze, maar er moet alles aan worden gedaan om het draagvlak te vergroten. De hervormde synode mag de triosynode niet voor het blok zetten en mag niet terug gaan achter de besluiten van 1986. De vertraging, die nu optreedt, geeft grotere vrijblijvendheid, aldus mevr. Keur namens de vrouwenfractie.

Ds. J. Brezet, 's-Heer Hendrikskinderen wilde uitgesproken zien, dat federatie als groeimodel, zoals nu wordt bepleit, strijdig is met het feit, dat in 1990 het groeimodel door de hervormde synode is afgewezen. Dr. K. Blei kritiseerde terecht deze motie. In 1990 werd gekozen voor een kerkorde-ineens en werd een groeimodel voor de kerkorde afgewezen. Dat liet de mogelijkheid van een groeimodel voor het proces onverlet. Toen is niet uitgesproken, aldus dr. Blei, dat federatie uitgesloten was.

Allerlei synodeleden lieten hun misnoegen blijken over de KOA conclusies. 'Koa kiest voor een optie die de meerderheid niet kiest', aldus ds. J. ter Steege, Steenwijk.

We konden pas echt over de voortgang van het proces spreken nadat de consideraties bekend waren. De consideraties geven een nog ongunstiger beeld dan Theo Klein in Woord en Dienst al voorspelde. De conclusie nu van KOA is veel te euforisch (ongegrond vrolijk, v. d. G). We moeten niet verder gaan dan het uitbouwen van de Tussenorde, aldus oud. drs. M. Bruggraaf, Ede.

'Als we besluiten SoW voort te zetten valt niet meer te adviseren om te considereren. In de consideraties, waarin voor federatie wordt gepleit, komt tot uitdrukking dat classes en gemeenten, die SoW niet willen, SoW-geméénten niet willen frustreren.' (diaken J. D. van der Klis, Apeldoorn).

'Twee en dertig classes zijn weloverwogen tégen. KOA stelt echter alles in het werk om zo dicht mogelijk bij het (gevaarlijke) water te komen', (ds. H. Klink, Hoornaar) Theo Klein heeft alsnog gelijk gekregen maar daaruit zijn niet de consequenties getrokken. De behandeling van de kerkorde moet worden stop gezet. De grootte van de classes verschilt bovendien nog al, aldus ds. H. E. J. van der Laan, 's Gravenzande. 'Als KOA zegt, dat het inhoudelijke gesprek rondom de kerkorde moet worden gevoerd, is dat een misvatting. Bij de behandeling van de kerkorde in eerste lezing is vijf dagen over de inhoud gesproken. Al onze bezwaren zijn toen weggestemd.' {oud. A. D. Drost, Veen).

'De weg die KOA wijst is een andere dan die de classes wijzen. We moeten niet van de ene patstelling in de andere komen' (ds. D. Breure, Wilnis).

Ds. H. E Venema, Enschede, laakte intussen het geestelijk gehalte van de consideraties in vergelijking met de 'Verklaring van overeenstemming' van 1986. De geestelijke eenheid in de Hervormde Kerk ontbreekt. We zitten weer midden in de richtingenstrijd.

Ds. W. B. Beekman, Koudum constateerde uit de moties, dat KOA links en rechts wordt ingehaald maar verder is er 'geen emotie meer'.

'We zijn hard toe aan het spreken met ons zelf', zei mevr. A. W. Wamsteker-Meijer, secr. algemene zaken.

Ds. B. Wallet, secretaris SoW, zei dat de weerstand tegen SoW toeneemt. 'Het verzet is consistent in zorg en bewogenheid'. De onvrede om zoveel energie te stoppen in conflicten neemt toe. SoW wordt intussen onttakeld tot een samengaan van de arbeidsorganisaties, terwijl SoW de vernieuwing van de gemeenten heeft bedoeld. De druk neemt nu echter toe om 'een netwerk te vormen tegen apathie'. 'Als de Geest nog niet is geblust gaan we voort'.

Toch verder!

Zoals gezegd heeft KOA de weg geplaveid, dat de Hervormde Kerk verder blijft gaan met SoW, zij het dat het proces in sterk vertraagde gang wordt voortgezet. Alle moties, die zich tegen de KOA conclusies keerden, werden met ongeveer twintig stemmen vóór afgewezen. Men mag zich overigens afvragen hoe het mogelijk is, dat 33 classes de weg van federatie wilden en slechts ongeveer 20 afgevaardigden zich tegen de KOA-conclusies keerden.

Hoe gaat het nu verder? Ik gebruik hier het beeld van de boemeltrein. Moeizaam wordt de weg vervolgd. Het schrikbeeld duikt zo op, dat deze trein nog een reeks van jaren de synodeperrons zal aandoen. Daarbij zal het gesprek inzake het belijden moeten worden vervolgd rondom de kerkorde, dus in deze voortsukkelende trein.

Alsof dat gesprek nog mogelijk is. Het SoW-proces is kunstmatig geworden. Ik noemde hierboven de synodale discussie amechtig. In geestelijk opzicht gebeurt er niets meer. De stellingen zijn betrokken en synodeleden hebben elkaar niets nieuws meer te vertellen. De trein wordt nog slechts moeizaam voortgetrokken, terwijl de tegenkrachten steeds sterker worden. Zo sukkelt de SoW-trein verder.

Alle bezinning op belijdend kerk-zijn wordt zo gedoofd. Als zodanig is het tekenend, dat de motie van der Aa, waarin werd gepleit voor een nieuwe weg van bezinning op het belijden der kerk, werd afgewezen.

Tekenend was ook, dat ook voorstanders van SoW er blijk van gaven, dat ook bij hen het enthousiasme doofde. De verveling slaat toe. Het moet bovendien te denken geven, dat de kerkelijke voortgang van het proces in boemeltreintempo geschiedt, terwijl in gemeenten de voortgang zó voortvarend is dat, om een woord van ds. Y. C de Groot, Assen te gebruiken, zich hier ook een zekere afscheiding voltrekt. Wat dan namelijk te denken van die wijkgemeenten, die in zulke gemeenten in de vaart worden meegenomen en in knelposities terecht komen? De situatie wordt er niet helderder op!

Belijdend spreken

Het gevaar is verder groot, dat we belijdend ook niet verder komen dan het uitwisselen van ervaringen in de boemeltrein. Dit laatste baseer ik op het gesprek over de vraag 'Geloven we in dezelfde God? , zoals dat daags na de discussie over SoW plaats vond. Na een forumgesprek 's morgens (zie verslag dr. W. Verboom) ging de synode 's middags daarover in gesprek, waarbij de dagvoorzitter uitdrukkelijk vroeg uit de ervaring te vertellen met betrekking tot de vraag waar en hóé men Christus ontmoet, en vooral niet theologisch te spreken. Het gevolg was, dat het ene na het andere persoonlijke relaas op tafel kwam, hoe integer vaak ook.

Naar persoonlijke verhalen wordt goed geluisterd. Ervaring is in vandaag. De verhalen gingen over ervaringen aan een sterfbed, bij het verlies van een geliefde, bij het lezen van de krant, in het dagelijkse werk, in de ontmoeting van de medemens en (soms) onder de prediking. Het kerkelijk belijden inzake de vraag 'wat dunkt u van de Christus? ' Kwam zo echter niet uit de verf. Soms dook die vraag wèl op, bijvoorbeeld in een confrontatie tussen ds. W. P. van der Aa, Herwijnen en dr. B. A. M. Luttikhuis, Leiderdorp over de maagdelijke geboorte: kan iemand kerst vieren als het credo van de maagdelijke geboorte wordt geloochend? Of toen ds. H. Klink, Hoornaar en ds. A. Baas, Ermelo de geloofsvorm van Athanasius aan de orde stelden: geen zaligheid als niet de drieënige God wordt beleden.

Verder dan het uitwisselingen van hoogst persoonlijke ervaringen kwam het niet. De vraag is dan ook hoe de Hervormde Kerk belijdend verder zal gaan. In de boemeltrein van SoW zullen we niet verder komen dan gesprekjes met elkaar. Er is geen tijd voor grondiger bezinning. De treinperikelen zullen alle aandacht opeisen.

Hoe zal de vonk nog weer overspringen als het gaat om het echte en rechte belijden vandaag? Dat is de vraag, die vooral blijft knellen na het amechtige debat over SoW en de ervaringsronde inzake de kern van het christelijk geloof, waar geen kerkelijke lijn uit te trekken viel.

Zou het waar zijn dat er niets meer is wat de Hervormde Kerk bijeen houdt? Dat suggereerde de NRC in een verslag van de synodezitting naar de wereld toe. SoW houdt de kerk niet bijeen. En hoe het met het belijden zit valt na vorige week nauwelijks nog te zeggen.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 november 1995

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

Boemeltrein met door elkaar pratende reizigers

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 november 1995

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's