Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Geboren uit de maagd Maria

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Geboren uit de maagd Maria

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Men behoort de gebeurtenis die Lukas in het eerste hoofdstuk van zijn Evangelie beschrijft met veel schroomvalligheid te benaderen. Het gaat hier immers om een gebeurtenis, waaromtrent nieuwsgierigheid of kil, kritisch en onoordeelkundig onderzoek niet past. Daar is hetgeen Lukas in sobere, maar diepe bewoording beschrijft, te heilig en te groots voor.

Het is er ons in deze bijdrage om te doen dat we in de gebeurtenissen die Lukas weergeeft de tonen van het Evangelie van Kerst horen. Dat kan alleen door eerbiedig te luisteren naar wat ons in de woorden van de engel tot Maria en van Maria tot de engel meegedeeld wordt. Alleen dat kan ons een stap dichter brengen bij wat zo kenmerkend is voor het kerstgebeuren: de aanbidding van het Kind, als de Zoon van God, die mens geworden is.

Lukas heeft naar alle waarschijnlijkheid uit de mond van Maria zelf gehoord van de gebeurtenissen rond de geboorte van de Heere Christus. Toen de kerstgeschiedenis plaatsvond, was Maria nog een jonge ongehuwde vrouw. Wel was ze verloofd met Jozef, een timmerman uit het dorpje Nazareth, waar zij ook zelf woonde.

Maria moet wel een bijzondere vrouw geweest zijn. Het geloof van het geslacht van David, waar zij deel van uitmaakte, was haar geloof. Zij had het geloof van het geslacht van David, waar zij deel van uitmaakte, zich eigen gemaakt. Zo was zij een echte dochter van Israël.

Dat valt af te leiden uit de groet waarmee de engel, die haar bezocht, haar tegemoet trad. Het blijkt ook uit haar reactie op de boodschap van de engel. Niet voor niets spreekt de engel haar aan met de woorden 'Weest gegroet'. Die woorden behelzen immers meer dan een gewone groet. In de oudtestamentische tijd werden ze door de profeten nogal eens in de mond genomen als ze spraken tot de dochter van Sion. Dan hadden ze de betekenis: Verheugt u, want uw heil en verlossing is op komst! Het blijkt tevens uit de aanspraak: 'gij begenadigde, de Heere is met u'. We vinden een soortgelijke begroeting in Daniël 9, waar uitgerekend de aartsengel Gabriel zich richt tot Daniël de profeet, nadat deze in zijn gebeden God gezocht had. De aanspraak vormt de inleiding tot de boodschap dat God zelf op het einde der geschiedenis zou komen om zijn volk met zijn genade te bezoeken.

Nadat Maria de groet van de engel gehoord had, moet het wel tot haar doorgedrongen zijn dat de engel een heilsboodschap kwam brengen. Het heeft haar aangegrepen. Dat zij zó aangesproken werd: 'gij begenadigde onder de vrouwen'!

Toch heeft zij in de verste verte niet kunnen vermoeden wat de inhoud van de heilsboodschap was. Nooit tevoren immers was een mens zo'n aankondiging ten deel gevallen!

De engel vertelt haar namelijk dat zij zwanger zal worden. Maria zal een Zoon baren en zijn Naam zal Jezus zijn. Deze zal groot zijn en Zoon van de Allerhoogste heten. Ook zal Hij de troon van zijn vader David beklimmen en tot in eeuwigheid heersen over het huis van Jakob!

Dat was voor de rechtgeaarde jood verstaanbare taal. In deze paar zinnen wordt de hele verwachting van het oude Israël samengevat. Ze hielden niet minder in dan dat de Messias, naar wiens komst door velen uitgezien werd, binnen korte tijd zou komen. Nu dit ging gebeuren, zou geloven niet langer inhouden het uitzien naar de vervulling van de belofte in de toekomst, maar het aanvaarden van de vervulling zelf die God tot stand bracht in het heden! En toch! Ondanks het feit dat God de belofte in vervulling liet gaan, gebeurde dat op een heel andere wijze dan men had kunnen vermoeden. Aan Maria, een jonge vrouw, die nog ongehuwd was en geen man bekend had, werd de toezegging gedaan dat zij zwanger zou worden en een Zoon zou baren, die de beloofde Davidszoon zou zijn!

Wij kunnen begrijpen dat Maria verwonderd is. Er is geen sprake van dat zij in ongelovigheid bezwaar maakt of twijfel uit over wat de engel haar heeft gezegd. Ze is bereid om hem haar geloof te schenken. Alleen: in haar verwondering vraagt zij zich af hoe dit kan, aangezien zij nog niet in de gehuwde staat leeft. Deze vraag van Maria geeft de engel de gelegenheid om de heilsboodschap nog dieper en heerlijker te verwoorden.

Uit de woorden die de engel dan gaat spreken, blijkt namelijk dat het Kindje dat Maria zal ontvangen en dat uit haar geboren zal worden, niet 'slechts' in de algemene zin van het woord de Messias zal zijn. Hij zal veel meer zijn!

De joden verwachtten op grond van het Oude Testament en hun andere geschriften dat de Messias eens zou komen. Daarnaast verwachtten zij dat God zelf in het laatst der dagen zou verschijnen om zijn heilshandelen aan Israël en deze wereld te voltrekken. De woorden van de engel zijn daar weliswaar niet in tegenspraak mee, maar ze geven toch fundamenteel méér aan. Wat de engel zegt is nieuw. In hetgeen de engel zegt ligt namelijk opgesloten dat het beloofde Kind zowel de Messias als de Zoon van God zelf is.

Met andere woorden: het Kind zal de verwachte Messias zijn, maar vooral God zélf die verlossend tot deze wereld komt. De boodschap van de engel geeft dat aan. Dat geldt allereerst voor de groet. Het 'weest gegroet' wijst op de vreugde die er als God verlossend komt. Vervolgens wijzen we erop dat de engel zegt dat de Heilige Geest over Maria zou komen. Hij is de scheppende Geest, die naar de belofte van het Oude Testament de schepping tot stand zou brengen. En: de uitdrukking 'de kracht des Allerhoogsten', duidt op de onweerstaanbare kracht waarmee God zijn vijanden zal vernietigen en waarmee Hij zijn heilswerk aan Israël gestand zal doen. Deze beloften uit het Oude Testament die de komst van God zélf aangeven, worden nu in direct verband gebracht met Maria.

Gods scheppende werk, dat de profeten verkondigen, staat in betrekking tot de 'wording' van het Kind dat straks geboren zal worden. Hij zal de nieuwe Adam zijn, het begin van de nieuwe schepping van God.

Vooral het feit dat de engel in dit verband het woord 'overschaduwen' gebruikt, duidt daarop. Het woord roept onmiskenbaar herinneringen op aan de overschaduwing door de wolk van de tabernakel en de tempel, als teken van Gods aanwezigheid. Dat de Heilige Geest Maria overschaduwt, duidt op de presentie van God in het kind dat Maria zal ontvangen en dat uit haar geboren zal worden. Zei Jezus niet tot de farizeeën 'Breek deze tempel af en Ik zal hem opbouwen in drie dagen' en voegt de evangelist daar niet aan toe: 'En Hij zei dit van zijn lichaam'? !

In dit licht wordt het duidelijk waarom Hij de Zoon van de Allerhoogste genoemd zal worden en dat Hij heilig zal zijn! Hij is immers in de meest letterlijke zin van het woord de Zoon van God, ja God zelf!

Bij de ontvangenis is de Zoon van God zelf mens geworden. Hij heeft het menszijn aangenomen van het prille begin af. Hij is nedergedaald in de onderste delen van de aarde. Zo is Hij niet alleen de Messias, de Zoon van David, maar vooral de tweede Adam, die een nieuwe schepping tot stand brengt.

Het zijn geweldige dingen die de engel uitspreekt. Vanzelfsprekend heeft over veel van wat de engel zegt voor Maria nog de sluier van de verborgenheid gehangen. Vanzelfsprekend heeft zij slechts vanuit de verte kunnen vermoeden-wat de boodschap inhield.

Maar zoals de grond het gestrooide zaad kan ontvangen, voordat het gaat groeien en vrucht geeft, heeft Maria de woorden van de engel in de eenvoud van haar hart geloofd. 'Maria bewaarde al deze dingen in haar hart', lezen we bij Lukas.

Later zal het Zoonschap van de Heere Jezus Christus meer en meer aan het licht komen. Maria zal dan gewaar worden hoe hetgeen zij rondom de geboorte meemaakte, samenhing met de grote daden van de Heere God in het geheel van zijn verlossend werk. De rijkdom daarvan zullen de apostelen en de profeten ontvouwen en als Evangelie aan de hele wereld verkondigen. Ook Lukas is door deze boodschap aangeraakt. Hij heeft in zijn poging om nauwkeurig te onderzoeken hoe alles gegaan is, de inmiddels oud geworden Maria bezocht. Bij haar heeft hij navraag gedaan naar wat er rond de geboorte van Jezus geschied is. Toen heeft Maria aan Lukas toevertrouwd, wat deze vervolgens aan Theofilus en zo voor de gemeente geschreven heeft.

Door Lukas' en Maria's getuigenis is eens te meer duidelijk geworden dat de ontvangenis en geboorte van de Heiland een daad van God zélf was. Beter nog: het was een daad van de Zoon van God zelf, die God uit God en Licht uit Licht is. Paulus zegt: 'Hij, die in de gestalte Gods was en die het geen roof achtte om God gelijk te zijn, heeft de gestalte van een dienstknecht aangenomen en is de mensen gelijk geworden.'

En de verkiezing van de maagd Maria hield in dat het Woord het verkoos om zich in haar schoot als de Tweede Adam te verbinden aan het menselijke geslacht, om zo de Heiland der wereld te zijn.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 december 1995

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Geboren uit de maagd Maria

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 december 1995

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's