Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Van verkettering tot respect

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van verkettering tot respect

De Zeister Broedergemeente

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

'Ik denk niet dat ze in deze gemeenschap zo gelukkig waren, in ieder geval maakten ze geen opgeruimde indruk, ze waren alleen maar vergenoegd en het was alles bij elkaar genomen een weinig boeiende, onnatuurlijke bedoening. Het zou er tamelijk saai zijn, als ze niet voortdurend in de weer waren geweest. Alles wat ze nodig hebben, maken ze zelf, ze spinnen, breien, weven, bakken enzovoorts en ze hebben ook een keurig onderhouden boerderij.'

Deze woorden schreef de Schotse Lady Elisabeth Grant of Rothiemurchus in haar biografie over een bezoek aan Zeist in de zomer van 1819: 'een mooi dorp omgeven door akkers en bossen, met een goede herberg en die merkwaardige nederzetting van de hermhutters of Moraviërs'. De Schotse dame was nogal kritisch, zo lezen we in een lezenswaardig boek over 'De Zeister Broedergemeente 1746-1996'. Uit de meeste berichten van de vele bezoekers de jaren door spreekt echter toch 'een met nieuwsgierigheid en verbazing vermengd respect'. Al in de achttiende eeuw waren de pleinen, winkels en bedrijven een bezienswaardigheid.

Binnen het Nederlands protestantisme heeft de broederschap een positie ingenomen tussen, als uitersten, verkettering en respect. We laten enkele momenten oplichten uit het genoemde boek, dat een bijdrage wil zijn tot de geschiedenis van de hernhutters in Nederland.

Von Zinzendorf

De herrnhutters gaan in feite terug op de reformatorische beweging, die er al vóór Luther, Zwingli en Calvijn was in Bohemen en Moravië. Ze is verbonden met de naam van Jan Hus (1369-1415) en werd beïnvloed door John Wyclif in Engeland en de Waldenzen in Frankrijk en Italië. Eén van de takken van deze beweging was de Broederuniteit, ontstaan in 1457. Luther gaf later een positief en welwillend oordeel over deze broeders, voor wie het Evangelie 'richtsnoer van leer en praktisch leven' was. De broederuniteit, die zich niet bij de lutherse of calvinistische kerk aansloot, werd in 1608 door de overheid verboden en zonk in 1620, toen de overheid met geweld een proces van re-katholisering op gang bracht, weg in de illegaliteit. In 1722 arriveerde een groep vluchtelingen uit Moravië op het Duitse landgoed van Graf Nicolaus Ludwig von Zinzendorf, vlak over de grens van Bohemen. Ook Von Zinzendorf stamde van vluchtelingen om het geloof. Zijn grootvader bleef namelijk onder de vervolgingen van de rooms-katholieke Habsburgers in Oostenrijk de reformatie trouw en vluchtte naar Duitsland.

In 1726 vestigde Von Zinzendorf een nederzetting voor de Moraviërs, die Herrnhut werd genoemd, wat betekenen kan 'Onder de hoede van de Heere' of 'Op de hoede zijn in opdracht van de Heere'. Geestelijke gemeenschap stond er centraal. Von Zinzendorf trachtte de nieuwe gemeenschap te versterken door het creëren van een groot aantal ambten. Het liefdemaal was verder één van de uitingen van gemeenschap. De broedergemeente, die zo ontstond, wilde geen eigen kerk stichten maar zou 'de kerken moeten doorstromen zoals de river de Rhone het Meer van Geneve'.

De herrnhutters zochten dan ook contacten met christenen in alle delen van Europa. Zo ontstonden ook buiten Herrnhut broedergemeenten. Bovendien werd van meet af het zendingswerk ter hand genomen, niet gericht op massale bekeringen maar op de harten van de enkelingen.

Ook in Nederland zijn broedergemeenten ontstaan. In 1736 bezocht Von Zinzendorf Nederland. Het gerucht ging al spoedig, dat hij onder de hand van de Oranjes werkte. De lutherse predikanten kozen daarom openlijk stelling tegen hem en beweerden van de preekstoel, dat het hele verhaal van Herrnhut niet waar was.

Prinses Maria Louise, die Von Zinzendorf aanvankelijk zeer goed gezind was maar gezien de tegenkanting ietwat terughoudender werd, gaf toestemming een nederzetting voor de broeders te stichten in IJsselstein. Op 18 juni 1737 werd daar, naar analogie van Herrnhut, 's Heerendijk gevestigd. Maar de gemeenschap kreeg daar te maken met 'een afwijzend geestelijk klimaat'. In 1744 kwam dan ook het einde. Een deel van de gemeenschap werd overgeplaatst naar Zeist, waar in 1745 het Zeister Slot was aangekocht. Zeist telde toen ongeveer 300 inwoners.

Het begin van de Zeister synode (1746) was tevens het begin van de Zeister Broedergemeente. Von Zinzendorf zei: 'Zeist is daarom gekocht, niet omdat we er al huis en tuin hadden, maar opdat het een stad Gods zou mogen worden'.

Leer

Von Zinzendorf was lid van de lutherse kerk. Achter de paulinische boodschap van de rechtvaardiging van de zondaar uit genade, zoals hij die door Luther had leren verstaan, wilde hij niet meer terug. Hij meende ook, dat 'een streven naar ethisch perfectionisme onder de noemer van de heiliging' deze centrale boodschap zou verduisteren. Geen heiligingsdrijven dus. Vanwege dit laatste besloot bijvoorbeeld John Wesley, die in Londen enige tijd in de kring van de Herrnhutters had verkeerd, een eigen weg te gaan, die leidde tot het ontstaan van het Engelse methodisme. Het ging Von Zinzendorf intussen om de persoonlijke ontmoeting met Christus, 'de Gekruisigde als de Heiland'. Hij had van jongs af al wel een bizondere verering aan de dag gelegd voor de lijdende Christus. In 1744-1745 dichtte hij een Wonden-Litanie, waarin het geheel om 'Bloed en Wonden' ging. Later verschenen in de liedteksten van Von Zinzendorf de 'Wonden' in steeds 'grilliger combinaties', met ook tal van verkleinwoorden.

De belangstelling verplaatste zich binnen de Zeister gemeenschap ook meer en meer van de lijdende Christus naar de lijdenssymbolen, in het bizonder de zijdewonde van Christus.

De Zeister Broedergemeente kwam door radicalisering van de 'bloed en wonden religie' zelfs in een diepe crisis, in de zogeheten 'Sichtungszeit' (schiftingstijd), waarin de vroomheid ontaardde in wat één van de schrijvers noemt: 'zweverige geëxalteerdheid en mystieke fantasieën die naar het taalgebruik te oordelen niet vrij waren van hysterische trekken'. Daarin kwam ook plastische seksuele beeldspraak voor. Sekseverschillen werden opgeheven. Von Zinzendorf keerde zich hier krachtig tegen. Een 'ledige zuster' werd weggestuurd omdat ze door haar 'geistlische Schwarmerei' schade onder de broeders had aangericht. Deze crisisperiode was van voorbijgaande aard.

Verketterd

Von Zinzendorf legde bij zijn bezoeken aan Nederland contacten met predikanten uit verschillende kerken en richtingen. In het in 1738-1739 opgerichte zendingscomité werkten dan ook gereformeerden, doopsgezinden en herrnhutters samen. Maar al spoedig kwamen er kritische geluiden uit de hoek van de gereformeerden. Het 'oecumenisch ideaal' van de herrnhutters ging namelijk vergezeld van 'een afkeer van vastomlijnde belijdenisgeschriften, die naar hun idee de verdeeldheid van het christendom slechts aanwakkerden'. Bovendien viel het piëtisme, dat 'in veler ogen te mystiek' was, niet in goede aarde. De kerkenraad van Amsterdam publiceerde een herderlijk schrijven 'tegen de gevaarlijke dwalingen' der herrnhutters. De Utrechtse kerkenraad deed hetzelfde in 1749 maar trok dit schrijven in 1783 in. Sinds in 1738 de Zuid-Hollandse synode over de herrnhutters had vergaderd, was deze zaak een vast agendapunt op alle gereformeerde synodevergaderingen. Waakzaamheid was geboden tegen 'alle soorten van ziel verdervende ketterijen', waaronder ook die der herrnhutters.

In 1792 begonnen echter stemmen op te gaan om de herrnhutters van de lijst van ketters te schrappen. Pas in 1796 kwam het tot zulk een besluit. Hierin speelde een rol, dat de Broedergemeente had uitgesproken uitdrukkelijk steun te geven aan de Augsburgse confessie, waarop de Utrechtse theologische faculteit adviseerde haar niet meer als ketters te beschouwen. Veel later zijn vanuit gereformeerde kring de bezwaren tegen Von Zinzendorf en diens geestelijke nazaten nog eens op een rij gezet in een brochure van de gereformeerde predikant H. A. Munnik uit Fijnaart in de reeks 'Ons Arsenaal' (1915). Maar de bekende doleantie-voorman W. Hovy koesterde warme genegenheid voor de broedergemeente. Abraham Kuyper noemde hem bij diens open graf 'een gereformeerde herrnhutter' terwijl hij 'de levensuiting' der herrnhutters 'vriendelijk, lief en zoet' noemde.

Respect

Toch was verguizing in brede kring in de loop der tijd ook langzaam maar zeker overgegaan in respect. Dat had zeker te maken met de (genoemde) piëtistische vroomheid maar vooral ook met de zendingsdrang, waarin de bewogenheid om het verlorene tot uitdrukking kwam. Op 28 mei 1793 was opgericht 'de Broeder-sociëteit in Holland ter uitbreiding van het Evangelie onder de Heidenen'. Deze 'sociëteit' had een bizondere roeping van Godswege 'om de zaligmakende kennis van Jezus Christus overal uit te breiden, en dezelve ook den afgelegensten Volken en Heidenen mede te deelen'. In de jaren 1800-1802 werden uitwendige en inwendige zending officieel al met elkaar verbonden. We lezen hier overigens merkwaardigerwijs: 'Op de Veluwe, waar in die jaren een grote opwekkingsbeweging was ontstaan, zag men een groot veld voor zending...'.

Al spoedig trokken in de gehele protestantse wereld de zendingsactiviteiten van de herrnhutters grote aandacht. Dat was vooral het geval in de kring van het negentiende-eeuwse Reveil. Ook voor de 'Vrienden van het Reveil' stond de verbintenis met Christus als Heiland voorop. De zendingsdag - zendingsféést - van de Broedergemeente in Zeist, die vanaf de oprichting van de zendingssociëteit in zwang was, trok jaarlijks meer bezoekers. Onder hen waren velen Surinamers vanwege de Suriname-zending die vanuit Zeist gestalte had gekregen. Ook voormannen uit de kring van het Reveil werden als spreker gevraagd. De Utrechtse hervormde predikant dr. W. A. Bronsveld schreef in zijn 'Herinneringen', dat hij als student een zendingsdag bijwoonde en er allerlei Reveil-figuren van naam aantrof, onder wie Isaac da Costa en 'de jodenzendeling' C. A. Schwartz. Da Costa maakt ook een gedicht op het zendingswerk van de herrnhutters (zie hiernaast) en noemde hun zendelingen' de keurbende der Zendelingschap'.

Geïsoleerd

Intussen wordt in het boek opgemerkt, dat de Broedergemeente zelf 'in tegenstelling tot de zendingssociëteit' nauwelijks invloed heeft gehad op het Nederiands protestantisme. De gemeente zelf leefde geïsoleerd. Daaraan heeft de bejegening van de kerk, direct na haar onstaan zeker ook wel bijgedragen. Maar: 'Het eigen kerkje deed er niet zoveel toe, als de grote zaak maar gediend werd'. Op haar was van toepassing - zo vervolgt de schrijver - wat de pionier van de inwendige zending in ons land, O. G. Heldring, na een bezoek aan Herrnhut in 1857 schreef in een brief aan F. E. Kleinschmidt: 'Dat de Herrnhutters naar hun aard eigenlijk slechts eenvoudige hutbewoners kunnen zijn zult u mij kunnen toegeven. Onze woning is daarboven. Daarheen! betekent dat'.

Dat het leven door de herrnhutters in eeuwigheidsperspectief wordt gezien blijkt wanneer men op de kerkhoven rondziet. Ik herinner me in deze een bezoek aan Herrnhut tijdens één van de kerkhistorische reizen. In elke begrafenisliturgie klinkt de paasvreugde door: 'Hij mijn Heiland, wekt mij weder, als het laatste bazuingeschal over 't graf weerklinken zal.'

Keurbende

Genoeg over het mooie boek, waarin het wel en wee van de Zeister Broedergmeente de revue passeert. Er zou nog te schrijven zijn over wezenlijke beslissingen, die mensen moesten nemen, waarvoor zij de oudsten het lot lieten werpen. Ook de schaduwzijden blijven niet onvermeld . Ik noem de eerlijk beschreven tweespalt in de Tweede Wereldoorlog, toen leden zich bij de NSB aansloten, waarom na de oorlog 27 leden van de gemeente, inclusief kinderen werden uitgesloten van de gemeente. Ik sluit echter af met enkele opmerkingen ter bezinning.

Waren niet Von Zinzendorf en zijn volgelingen belijdend-gereformeerd. Als er al van confessionele betrokkenheid sprake was, dan waren de herrnhutters eerder luthers dan gereformeerd. Wrijvingen in het verleden met de 'gereformeerden' zijn dan ook niet verwonderlijk.

Het is overigens ontdekkend te lezen, dat Von Zinzendorf, toen hij in 1736 op rondreis was door de Nederlandse provincies, moest concluderen dat 'de godsdienstige verdeeldheid hier te lande bijzonder groot was', terwijl hij stillen in den lande aantrof, die 'verlangden naar de ware gemeente van Christus, waar de broederliefde een einde aan de onderlinge verdeeldheid zou maken'. Er is dus kennelijk vandaag niets nieuws onder de zon.

Wij hebben zeker ook vandaag nog onze vragen bij de 'oecumenische visie' van de Broederschap. En zeker, er waren in de geschiedenis van de herrnhutters 'geistliche Schwarmereien', die terecht onder kritiek werden gesteld. Dat gebeurde waar piëtisme ontaardde in mystiek. Maar kent de gereformeerde bevindelijkheid niet soortgelijke ontsporingen?

Ik sluit echter graag af met het woord 'keurbende', dat Da Costa bezigde. Hun passie voor het uitdragen van de Naam van Christus, de Heiland van zondaren, over de hele wereld is ook voor de gereformeerden van allerlei slag en soort in de

geschiedenis voorbeeldig geweest. Ze waren pioniers van uitwendige en inwendige zending.

Er zijn dan ook elementen in de herrnhutterbeweging, waardoor een appèl werd en wordt gedaan op de officiële kerken. Kerken kunnen, hun gereformeerde belijdenis ten spijt, leringen tolereren of uitdragen, die strijdig zijn met het Evangelie van de Gekruisigde en Opgestane. De Christusbelijdenis bij anderen is dan een spiegel.

Kerken kunnen belijdenis-getrouw zijn maar de passie missen om het Evangelie van de Gekruisigde en Opgestane uit te dragen in de wereld. Missionaire bewogenheid bij anderen strekt dan wel tot verootmoediging.

Of, het geloof kan zo leerstellig en rationeel worden, dat de warmte van en de vreugde in de persoonlijke geborgenheid in Christus gaat mankeren. Als zodanig vormen de herrnhutters niet de enigen, die de kerken de eeuwen door ook een schuldrekening presenteerden.

Van Von Zinzendorf is het wachtwoord: 'Ik ken maar één hartstocht, dat is Hij, slechts Hij'. Waarvan acte!

N.a.v. Aart de Groot en Paul Peucker (red.), 'De Zeister Broedergemeente 1746-1996', uitgave Walburg Pers, Zutphen, 256 pag., ƒ 49, 50.

P.S. In het stuk over 'Bomans en het heimwee' in het nummer van vorige week, maakte ik een vergissing. Ik schreef dat ds. Jac. van Dijk altijd nogal bezig was met pater Borremeus de Greeve. Dat moest echter zijn Henri de Greeve, bekend van zijn radiotoespraken 'Lichtflitsen'.


Herrnhut
'Herrnhut' is de titel van een gedicht van Da Costa waarin hij in gezwollen bewoordingen het wereldwijde zendingswerk der broeders bezingt:
(...) Daar is een stem voor die Zijn rijk verbeiden,
een roeping om den weg des Konings te bereiden.
In 't allerbinnenste des harten allereerst!
(Zijn komst is welkom slechts waar Zijn genade
heerscht.)
Vandaar dan welgemoed naar buiten uitgetreden!
Eens Heilands naam en woord verkondigd en
beleden!
Gord, Christen, gord u! ja, schiet ijzervleugels
aan
om op uws Heeren stem, naar de einden op te
gaan der aarde (...)
't zij 't kroost van Zinzendorf uit Groenlands
ijswoestijn,
naar 't heet Guiana trekt om zielen te bevrijden,
ook daar, en aan den slaaf zijn vrijheid toe te
wijden(…)

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 februari 1997

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Van verkettering tot respect

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 februari 1997

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's