Stemverklaring bij het voorstel tot aankoop van de centrale locatie te Utrecht

Met dit besluit ronden we een traject af dat in 1994 begon in het rapport Mensen en Structuren. Toen reeds werd de wens, dan wel de noodzaak, van een centrale locatie aangeduid. Voor een werkelijke integratie van de landelijke diensten en hun werknemers was dit de goede oplossing.

Daarbij springen de synergie-effecten van de ineenschuiving van drie landelijke apparaten in het oog. Een duidelijke bezuiniging op de personeelskosten wordt bereikt.

Tenslotte moet de waarde van een centraal kerkelijk dienstencentrum in haar uitstraling niet worden onderschat, zeker niet als dat gelegen is op een zogenaamde toplocatie.

Deze overwegingen pleiten in dit stadium van afrondende besluitvorming, na meerdere principebesluiten, voor een duidelijk ja tegen de locatie van het voormalig Militair Hospitaal in Utrecht.

Toch neemt dat bij mij een aantal bezwaren niet weg.

Ik noem ze u.

1. De totale investering is in de begroting weliswaar budget-neutraal, maar dan wel doordat de terugverdieneffecten vanwege personeelsvermindering geïnvesteerd zijn in de ombouwen. Dat betekent een blijvende grotere investering in de huisvestingskosten (5.1).

In een situatie waarin een dalend ledental van de kerken een gegeven is voor mij een zorgelijke werkelijkheid.

2. De uitstraling, die verwacht wordt van de op zich fraaie locatie, ontken ik niet. Wel zeg ik nuchter: wordt de kerk nu echt gebouwd door een fraai centrum of door een voor deze tijd vereiste soberheid en een eenvoudig getuigenis van Gods Woord onder de aanroeping van de werking van de Heilige Geest?

3. Het opgeven van het zendingshuis acht ik nog steeds een groot offer. In de planning zijn de minimumwensen van de Raad voor de Zending gehonoreerd, dat waardeer ik. Toch wordt een stukje waardevolle historie opgegeven met daarbij een door recente renovatie kapitaalintensieve locatie in Oegstgeest.

4. Een laatste zorg is de kosten van de renovatie van het voormalig Militair Hospitaal. In de besluitvorming zijn schriftelijke zekerheden aangebracht. Er wordt een bedrag van ten hoogste 28 miljoen gulden genoemd en tussentijdse rapportages dienen de kostenontwikkeling te bewaken. Dat maakt bijstellingen mogelijk. Maar het genereert bij echte tegenvallers nog geen nieuwe financiële middelen (4.3).

Dit alles overwegend heb ik evenals in een eerder stadium mijn steun aan het besluit tot aankoop onthouden. Van door mij gevoerde discussie binnen de moderamina leg ik hiermee verantwoording af. Voorzitter, ik dank in u de moderamina dat u mij in de gelegenheid stelde via een stemverklaring aan de gezamenlijke vergadering van synoden rekenschap af te kunnen leggen.

B. J. van Vreeswijk

P.S. Drs. C. Pieren, voorzitter van de Raad voor de Zending, zei met pijn afscheid te nemen van het zendingshuis in Oegstgeest. Hij bepleitte een vertegenwoordiger van de zending in het directieteam, waarin tot verbazing van velen niet iemand uit de zending werd benoemd.

J. van der Graaf

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen